ECLI:NL:RBGEL:2025:2559

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
2 april 2025
Publicatiedatum
2 april 2025
Zaaknummer
447999
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot rectificatie in kort geding tussen verzekeringsassurantiebedrijven over onrechtmatige publicatie

In deze zaak heeft PMF Adviesgroep V.O.F. (hierna: PMF) een kort geding aangespannen tegen Proactief Business Partners B.V. (hierna: Proactief) met als doel rectificatie van een persbericht dat door Proactief was uitgegeven. Het persbericht, gepubliceerd op 14 februari 2025, beschuldigde PMF van grootschalige verzekeringsfraude, wat PMF als onrechtmatig en misleidend beschouwde. PMF vorderde dat Proactief de term 'fraude' uit het persbericht zou verwijderen en een rectificatie zou publiceren. De rechtbank heeft op 2 april 2025 geoordeeld dat de uitlatingen van Proactief niet onrechtmatig zijn. De voorzieningenrechter oordeelde dat de term 'fraude' in de context van de zaak niet uitsluitend verwijst naar strafrechtelijke fraude en dat de uitlatingen van Proactief niet feitelijk onjuist waren. PMF werd in het ongelijk gesteld en moest de proceskosten betalen, die zijn begroot op € 4.280,00.

Uitspraak

RECHTBANK Gelderland

Civiel recht
Zittingsplaats Zutphen
Zaaknummer: C/05/447999 / KZ ZA 25-22
Vonnis in kort geding van 2 april 2025
in de zaak van
PMF ADVIESGROEP V.O.F.,
te Tilburg ,
eisende partij,
hierna te noemen: PMF ,
advocaat: mr. S. Besli,
tegen
PROACTIEF BUSINESS PARTNERS B.V.,
te Harderwijk ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Proactief ,
advocaat: mr. M.H.P. Claassen en mr. J.X.J. Cremers.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de producties 1 t/m 15 van PMF
- de conclusie van antwoord
- de producties 1 en 2 van Proactief
- de mondelinge behandeling van 12 maart 2025
- de pleitnota van PMF
- de pleitnota van Proactief .

2.De feiten

2.1.
Zowel PMF als Proactief is een Nederlands verzekeringsassurantiekantoor en intermediair.
2.2.
Tussen partijen heeft een gerechtelijke procedure plaatsgevonden waarin Proactief onder andere het standpunt heeft ingenomen dat PMF in het verzekeringsjaar 2020-2021 zonder toestemming van de verzekerden 1990 verzekerden heeft omgezet van het collectief Hepimiz of Türkiyenet waarvan Proactief de bemiddelaar is naar het collectief BM Life , waarvan PMF de bemiddelaar is. De verzekerden waren via voornoemde collectieven verzekerd bij Zilveren Kruis zorgverzekeringen n.v. en/of Achmea n.v. (hierna: ZKA ). ZKA had een samenwerkingsovereenkomst met zowel PMF als Proactief waarbij deze een vergoeding ontvingen per premiebetalende verzekerde. ZKA heeft per 1 januari 2022 de collectieven Hepimiz en Türkiyenet beëindigd. ZKA heeft per 1 januari 2023 de samenwerkingsovereenkomst met Proactief beëindigd.
2.3.
Proactief heeft in voornoemde procedure onder andere een betaling van een schadebedrag van € 59.700,00 door PMF gevorderd ten aanzien van gemiste provisie-inkomsten over 2021 en betaling van een schadebedrag van € 1.177.650,00 ten aanzien van geleden schade door verlies aan provisie-inkomsten na 1 januari 2022.
2.4.
Bij vonnis van 12 februari 2025 is, voor zover in deze zaak van belang, het volgende door de rechtbank beslist:

4.4. verklaart voor recht dat PMF Adviesgroep onrechtmatig tegenover Proactief heeft gehandeld,
4.5.
veroordeelt PMF Adviesgroep[…]
tot betaling aan Proactief van € 20.025,00 aan schadevergoeding die Proactief als gevolg van dat onrechtmatig handelen heeft geleden,
2.5.
De rechtbank heeft -samengevat- het schadebedrag ten aanzien van de geleden schade door verlies aan provisie-inkomsten na 1 januari 2022 afgewezen en het schadebedrag ten aanzien van gemiste provisie-inkomsten over 2021 toegewezen tot een bedrag van € 20.025,00. De rechtbank heeft als uitgangspunt genomen dat in ieder geval 89 verzekerden zonder hun toestemming zijn overgeschreven, maar dat in totaal méér dan 89 verzekerden zonder hun toestemming zijn overgeschreven. De rechtbank heeft vervolgens het aantal van 89 verzekerden vermenigvuldigd met een factor van 7,5 om tot een benadering te komen van het totaal aantal verzekerden dat zonder toestemming is overgeboekt. De schade van Proactief is vervolgens geschat op 7,5x89 verzekerden x € 30,00 (de gemiste premie-inkomsten per verzekerde) = € 20.025,00.
2.6.
Proactief heeft na ontvangst van het vonnis een persbericht verstuurd naar het Algemeen Nederlands Persbureau (hierna: ANP ). In het persbericht staat, voor zover in deze zaak van belang, het volgende:
Turkse verzekeringsadviseur pleegt grootschalige verzekeringsfraude
14 FEB 2025 14:44 | Proactief Business Partners BV
Verzekeringstussenpersoon Proactief Business Partners heeft na vier jaar strijd een belangrijke overwinning behaald. De rechtbank in Utrecht heeft op 12 februari 2025 geoordeeld dat het Turkse verzekeringskantoor PMF Adviesgroep , beter bekend als Benim Sigortam , onrechtmatig heeft gehandeld door meer dan 650 verzekerden zonder hun toestemming over te boeken van de portefeuille van Proactief naar haar eigen portefeuille.
[…]
Reactie op de zaak
Proactief Business Partners is verheugd over de uitspraak van de rechtbank en hoopt dat andere verzekeraars die samenwerken met PMF /Benim Sigortam de nodige conclusies trekken. “De verzekeringsmarkt moet gebaseerd zijn op integriteit en vertrouwen. Er is geen plaats voor partijen die de integriteitsregels aan hun laars lappen en grootschalige verzekeringsfraude plegen,” aldus de woordvoerder van Proactief .
2.7.
Het persbericht is door diverse media, waaronder Infinance en verschillende Turkse media, overgenomen.

3.Het geschil

3.1.
PMF vordert - samengevat - dat Proactief op straffe van een dwangsom wordt veroordeeld om onderstaande rectificatie te publiceren, te verspreiden, te verzenden aan alle mediakanalen en branchegroepen die het oorspronkelijke bericht hebben ontvangen of gepubliceerd en het rectificatiebericht als een nieuw persbericht via hetzelfde ANP -persportaal op dezelfde wijze als het oorspronkelijke bericht te publiceren,

Rectificatie
Op 14 februari 2025 heeft Proactief Business Partners een persbericht gepubliceerd met de
kop "Turkse verzekeringsadviseur pleegt grootschalige verzekeringsfraude". Deze kop en berichtgeving waren misleidend en onjuist. De rechtbank heeft geen fraude vastgesteld, maar enkel geoordeeld dat PMF /Benim Sigortam onrechtmatig heeft gehandeld in een civielrechtelijke zaak. Wij erkennen dat deze berichtgeving schade heeft toegebracht aan PMF en betreuren dit. Wij rectificeren hierbij onze eerdere berichtgeving.”
Verder vordert PMF dat Proactief wordt veroordeeld tot het verwijderen van het woord fraude uit haar oorspronkelijke persbericht zoals deze is gepubliceerd op 14 februari 2025 via ANP .
Ten slotte vorder PMF een voorschot van € 25.000,00 op de schade die PMF heeft geleden. Met veroordeling van Proactief in de kosten van de procedure.
3.2.
PMF legt aan de vordering het volgende ten grondslag. Proactief heeft (bewust) een onjuiste en misleidende kop gebruikt in haar persbericht. De rechtbank heeft geen oordeel gegeven over fraude, maar enkel vastgesteld dat de medewerker van Proactief onrechtmatig heeft gehandeld bij het overboeken van verzekerden zonder toestemming. Fraude impliceert een strafbaar feit met opzet. Het persbericht wordt niet gepresenteerd als een uiting van de mening van Proactief . Het woord ‘pleegt’ beschrijft een directe, feitelijke handeling. Proactief voert bewust aan op reputatieschade bij PMF , mede door de woorden ‘
grootschalige verzekeringsfraude’ en de woordkeuze ‘
geen plaats voor partijen die de integriteitsregels aan hun laars lappen’. Deze uitspraken impliceren dat PMF zich volgens Proactief schuldig heeft gemaakt aan fraude, terwijl dit door de rechtbank niet is vastgesteld. Het is een onjuiste en onrechtmatige bewering die schade toebrengt aan PMF . Het bewust gebruiken van het woord ‘Turkse’ in de kop van het persbericht -terwijl PMF een Nederlands bedrijf is- kan voorts worden beschouwd als bewuste framing met een discriminerende of stigmatiserende ondertoon. Op grond van artikel 6:162 van het burgerlijk wetboek (BW) is een publicatie onrechtmatig als de uiting onjuiste of misleidende informatie bevat, de uiting onnodig schadelijk is voor de reputatie van de benadeelde en/of er geen voldoende maatschappelijk belang is bij de berichtgeving in de gebruikte vorm. Daarvan is in deze zaak sprake. De uiting van Proactief is onjuist, Proactief heeft geen maatschappelijk belang bij huidige formulering en de wijze waarop Proactief de berichtgeving heeft gebracht, levert schending van de eer en goede naam van PMF op. Proactief heeft als professionele partij een grote verantwoordelijkheid om haar uitlatingen te baseren op feiten. Weliswaar biedt artikel 10 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) (vrijheid van meningsuiting) bescherming voor journalistieke berichtgeving, maar dit heeft grenzen wanneer een publicatie feitelijke onjuistheden van fraude bevat of onnodige reputatieschade veroorzaakt. Proactief handelt ook niet uit journalistiek oogpunt, maar enkel vanuit haar eigen financiële belang.
3.3.
Proactief voert verweer. Proactief concludeert tot niet-ontvankelijkheid van PMF , dan wel tot afwijzing van de vorderingen van PMF , met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van PMF in de kosten van deze procedure.
3.4.
Proactief voert het volgende aan. Het kunnen en mogen uitbrengen van een persbericht, om daarmee uiting te geven aan iemands mening, is een groot democratisch goed dat wordt beschermd door artikel 10 EVRM. Proactief hecht er waarde aan om via een persbericht kennis te geven van het vonnis om consumenten en (zorg)verzekeraars te waarschuwen. In de financiële sector is integriteit een zeer groot goed. Proactief heeft veel moeite gedaan om een correct en feitelijk beeld neer te zetten en om duidelijk de feiten te onderscheiden van haar eigen opvattingen. Dit heeft Proactief onder andere gedaan door onderscheid te maken tussen wat de rechtbank inhoudelijk heeft geoordeeld in het vonnis en wat de reactie op de rechtszaak vanuit Proactief is. PMF heeft ook geen bezwaar tegen de inhoud van het bericht, alleen tegen titel van het persbericht. De titel dekt echter de lading van wat er is gebeurd en wat de rechtbank heeft vastgesteld in het vonnis. Fraude is niet enkel een strafrechtelijke kwalificatie. Fraude is een algemeen gebruikte term die in verschillende contexten kan worden gebruikt. In deze context valt het zonder toestemming overboeken van verzekerden onder fraude. Al zou de titel strafrechtelijke fraude impliceren, dan maakt het inhoudelijke persbericht meteen duidelijk dat de rechtbank in een civiele procedure heeft geoordeeld dat PMF onrechtmatig heeft gehandeld. De kwalificatie van het handelen van PMF als frauduleus is een duidelijk geciteerde mening van Proactief als reactie op de zaak. Het overboeken van 650 verzekerden zonder hun toestemming kan ook worden gezien als grootschalig. Ten slotte heeft Proactief bewust ervoor gekozen om toe te lichten dat het een Turkse verzekeringsadviseur betreft omdat het geschil en het vonnis zagen op Turkse consumenten. Zowel de collectiviteiten van Hepimiz en TürkyeNet als de collectiviteit van BM Life zijn etnische collectiviteiten en richten zich (exclusief) op de Turkse gemeenschap.
3.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Het gaat hier om een in kort geding gevorderde voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter moet daarom eerst beoordelen of PMF ten tijde van dit vonnis bij die voorziening een spoedeisend belang heeft. Daarnaast geldt dat de voorzieningenrechter in dit kort geding moet beoordelen of de vorderingen in de bodemprocedure een zodanige kans van slagen hebben, dat vooruitlopend daarop toewijzing van de voorlopige voorziening gerechtvaardigd is. Als uitgangspunt geldt bovendien dat in deze procedure geen plaats is voor bewijslevering.
spoedeisend belang
4.2.
Het spoedeisend belang is niet betwist en volgt uit de aard van de vordering.
toetsingskader onrechtmatige publicatie
4.3.
De voorzieningenrechter zal beoordelen of het door Proactief uitgebrachte persbericht onrechtmatig is in de zin van artikel 6:162 BW. Het gaat hier om de botsing van twee fundamentele grondrechten. Aan de ene kant staat het recht van vrijheid van meningsuiting (artikel 7 Grondwet en artikel 10 EVRM) van Proactief . Proactief kan net als natuurlijke personen een beroep doen op de bescherming van de vrijheid van meningsuiting. Bij beoordeling of/in hoeverre de bijdrage van Proactief beperkt mag worden, is onder andere van belang op welke wijze de uitingen bijdragen aan het publieke debat. Aan de andere kant staat de bescherming van de eer en goede naam van PMF (artikel 10 Grondwet en artikel 8 EVRM). Welk van deze rechten zwaarder weegt is afhankelijk van alle omstandigheden van het geval. Een wegingsfactor kan de toonzetting van een bericht zijn. De toonzetting en (ongelukkige) woordkeus kan ervoor zorgen dat een bijdrage excessief is maar in het algemeen moet binnen de uitingsvrijheid ruimte worden gelaten voor enige overdrijving en provocatie. Verder is van belang dat de grenzen van toelaatbare kritiek volgens vaste rechtspraak ruimer zijn bij een publiek figuur. PMF wordt in dat kader gekwalificeerd als een publiek figuur omdat zij zich als rechtspersoon beweegt in het economisch verkeer. Daar tegenover staat, zoals PMF terecht heeft opgemerkt, dat van een professionele partij als Proactief in grotere mate van verantwoordelijkheid heeft dan de gemiddelde natuurlijke persoon om haar uitlatingen te baseren op feiten.
Proactief hoeft geen rectificatie te plaatsen
4.4.
Bovenstaande factoren in acht genomen en na afweging van alle omstandigheden van het geval, acht de voorzieningenrechter de uitlatingen van Proactief niet onrechtmatig. Hierna wordt toegelicht waarom niet.
de titel en geciteerde uitlatingen zijn ongenuanceerd maar niet feitelijk onjuist
4.5.
PMF stelt dat de gemiddelde lezer bij het woord fraude denkt dat sprake is van een strafbaar feit. Fraude is echter in het normaal gangbare taalgebruik een breed begrip dat niet alleen gebruikt wordt voor fraude in een strafrechtelijke context. Fraude wordt in de Van Dale gedefinieerd als: bedrog, gepleegd door vervalsing van administratie. Bedrog wordt weer gedefinieerd als “het opzettelijk wekken van een onjuiste voorstelling”. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter valt het zonder toestemming overzetten van verzekerden van het ene collectief naar het andere collectief binnen deze definitie. De term fraude kan ook in verband worden gebracht met veel zwaardere gedragingen. Onrechtmatig heeft in het dagelijkse taalgebruik over het algemeen een minder zware lading. Maar dat maakt niet dat Proactief de term fraude in de titel niet mag gebruiken. Daarbij is mede van belang dat Proactief in de inhoud van haar bericht niet de suggestie heeft gewekt dat PMF is veroordeeld voor fraude door de rechtbank. Volgens PMF wekt de titel die suggestie wel. Maar om te weten dat sprake was van een gerechtelijke procedure, moet de lezer al de inhoud van het bericht hebben gelezen. De voorzieningenrechter acht de term ‘grootschalig’ evenmin onrechtmatig. De rechtbank is ervan uitgegaan dat 89 verzekerden zonder toestemming zijn overgeschreven. Vervolgens heeft zij een schatting gemaakt van het aantal verzekerden dat is overgeschreven en dat aantal heeft zij geschat op 650. Dit was weliswaar in het kader van de begroting van de schade, maar daarvoor is een schatting gemaakt van het aantal verzekerden dat zonder toestemming is overgeschreven. Wederom had deze nuance aangebracht kunnen worden, maar Proactief handelt niet onrechtmatig door dat niet te doen. De term ‘Turkse’ is ook niet onrechtmatig in de context van deze zaak. BM life richt zich immers (onbetwist) uitsluitend op de Turkse gemeenschap binnen Nederland.
4.6.
PMF voert nog aan dat een medewerkster de overboekingen heeft gedaan en PMF volgens de rechtbank alleen risicoaansprakelijk was voor deze medewerkster. De gedragingen van de medewerkster worden echter in het kader van de vraag of ‘ PMF ’ verzekerden heeft overgeboekt toegerekend aan PMF . De medewerkster heeft dit immers gedaan in de uitoefening van haar werk voor PMF , anders was PMF ook niet risicoaansprakelijk geweest. Bovendien heeft de rechtbank de vorderingen van Proactief tegen de medewerkster in persoon afgewezen, waardoor ook niet aannemelijk is dat sprake was opzet of bewuste roekeloosheid van de medewerkster waar PMF niet verantwoordelijk voor kan worden gehouden.
4.7.
Proactief is de concurrent van PMF waardoor niet onaannemelijk is dat zij -anders dan een onafhankelijke derde- mogelijk ook voordeel heeft bij het negatief uitlaten over PMF . Dit sluit echter niet uit dat Proactief eveneens tot doel heeft om het publiek te informeren. Er is immers vastgesteld dat, geschat, 650 consumenten zonder hun toestemming door een professionele partij zijn overgeschreven. Proactief is bovendien de benadeelde partij in de procedure bij de rechtbank. In dat kader mag zij op grond van het recht van meningsuiting een persbericht sturen dat enigszins ongenuanceerd/gekleurd is om haar belangen te verdedigen, ook met de wetenschap dat het bericht mogelijk ongewijzigd overgenomen wordt. Daarbij is van belang dat Proactief zelf niet onder de pers valt en de berichten ook niet zelf op een journalistiek medium heeft geplaatst. Proactief heeft uitsluitend haar persbericht (met vonnis) verstuurd naar het ANP . Het persbericht is overgenomen door verschillende media. Indien het bericht niet aan de journalistieke c.q. de eigen standaarden voldoet (in deze zaak ligt immers niet de vraag voor of er journalistieke standaarden zijn overtreden), is het in beginsel aan die media om het bericht anders op te nemen, zoals Infinance heeft gedaan.
4.8.
Voorgaande in acht genomen worden de vorderingen van PMF afgewezen.
4.9.
PMF is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van Proactief worden begroot op:
- griffierecht
2.995,00
- salaris advocaat
1.107,00
- nakosten
178,00
(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
4.280,00
4.10.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
wijst de vorderingen van PMF af,
5.2.
veroordeelt PMF in de proceskosten van € 4.280,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als PMF niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
5.3.
veroordeelt PMF tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
5.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de onder 5.2 en 5.3 genoemde beslissingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.F.A. Bierbooms en in het openbaar uitgesproken op 2 april 2025.
LS/PB