Uitspraak
RECHTBANK Gelderland
1.De procedure
2.De zaak in het kort
3.De feiten
e-mails van 16 en 27 mei 2019 en brief van 29 mei 2019 houdt [gedaagde] samengevat vast aan het Kalasjnikov-model en voor wijzigingen op dat ontwerp is volgens haar de gemeente verantwoordelijk.
4.Het geschil
5.De beoordeling
- i) Op [gedaagde] c.q. Hoogvliet rust de taak om nader te specificeren en te onderbouwen welke kosten en welke posten wellicht voorkomen hadden kunnen worden,
- ii) De gemeente zal op basis daarvan in alle redelijkheid en in overleg met [gedaagde] c.q. Hoogvliet nader beschouwen of die kosten inderdaad voorkomen hadden kunnen worden,
- iii) Voor zover dan inderdaad blijkt dat dergelijke kosten voorkomen hadden kunnen worden, dan zullen die kosten niet worden doorberekend via de open begroting van artikel 8 lid 4.
6.De beslissing
- een bedrag van € 342.054,68 met ingang van 6 april 2024 tot 3 januari 2025,
- een bedrag van € 277.929,68 met ingang van 3 januari 2025 tot de dag van volledige betaling,