ECLI:NL:RBGEL:2025:3173
Rechtbank Gelderland
- Wraking
- A.L.M. Steinebach - de Wit
- O. Nijhuis
- S.H. Keijzer
- Rechtspraak.nl
Wraking van de rechter in een civiele procedure waarbij verzoeker niet-ontvankelijk wordt verklaard
Op 17 april 2025 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Gelderland, locatie Arnhem, uitspraak gedaan op het wrakingsverzoek van een verzoeker, die in de onderliggende procedure als informant was aangemerkt. Het wrakingsverzoek was ingediend tegen mr. C. van Apeldoorn, de behandelend rechter in die procedure. De wrakingskamer oordeelde dat het verzoek niet-ontvankelijk was, omdat de verzoeker geen partij was in de zin van artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Volgens de wet kan alleen een partij een wrakingsverzoek indienen, en de verzoeker was in deze zaak slechts als informant aangemerkt. De wrakingskamer benadrukte dat het niet aan hen was om de rechterlijke waardering van de positie van de verzoeker te toetsen. De beslissing om de verzoeker niet-ontvankelijk te verklaren werd openbaar uitgesproken, en tegen deze beslissing stond geen rechtsmiddel open.