ECLI:NL:RBGEL:2025:3194

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
18 april 2025
Publicatiedatum
24 april 2025
Zaaknummer
05.390938.24 + 18.146753.20 (tul)
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor afdreiging en witwassen met een gevangenisstraf van 3 jaar

Op 18 april 2025 heeft de Rechtbank Gelderland een 28-jarige man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaar voor (poging tot) afdreiging en witwassen van meer dan 10.000 euro. De man werd beschuldigd van het afdreigen van meerdere slachtoffers via datingsites en sociale media, waarbij hij hen bedreigde met openbaarmaking van intieme informatie en foto's als zij geen geld of opwaardeerkaarten zouden betalen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan afdreiging van ten minste 18 slachtoffers, waarbij hij gebruik maakte van verschillende telefoonnummers en accounts om zijn slachtoffers te benaderen. De rechtbank stelde vast dat de verdachte een gewoonte had gemaakt van het plegen van deze misdrijven, gezien zijn eerdere veroordelingen voor soortgelijke feiten. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten, de impact op de slachtoffers en het recidiverisico van de verdachte. De verdachte werd ook veroordeeld voor witwassen, omdat hij de met afdreiging verkregen gelden had vermengd met legale gelden. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 3 jaar, waarbij de tijd in voorlopige hechtenis in mindering zou worden gebracht. Daarnaast werden schadevergoedingen toegewezen aan de benadeelde partijen, en werd beslag gelegd op de in beslag genomen telefoons die gebruikt waren bij de misdrijven.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer: 05.390938.24 + 18.146753.20 (tul)
Datum uitspraak : 18 april 2025
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 1996 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres 1] , [postcode] in [woonplaats] ,
op dit moment gedetineerd in de P.I. [verblijfplaats] .
Raadsman: mr. B. Hartman, advocaat in Amsterdam-Duivendrecht.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op een openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op/in of omstreeks de periode van 7 augustus 2023 tot en met 15 juni 2024 te [plaats 1] , [plaats 2] , [plaats 3] , [plaats 4] , [plaats 5] , [plaats 6] , [plaats 7] , [plaats 8] , [plaats 9] en/of [plaats 10] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen een of meer personen te weten:
- [slachtoffer 1] (zaak 1),
- [slachtoffer 6] (zaak 6),
- [slachtoffer 7] (zaak 7),
- [slachtoffer 9] (zaak 9),
- [slachtoffer 10] (zaak 10),
- [slachtoffer 11] (zaak 11),
- [slachtoffer 12] (zaak 12),
- [slachtoffer 14] (zaak 14),
- [slachtoffer 16] (zaak 16) en/of
- [slachtoffer 18] (zaak 18)
(telkens) door bedreiging met smaad, smaadschrift en/of openbaring van een geheim, heeft gedwongen tot afgifte van enig goed, althans een geldbedrag, te weten:
- [slachtoffer 1] (zaak 1): een of meerdere (Bitsa) opwaardeerkaarten (t.w.v. 200,00 euro),
- [slachtoffer 6] (zaak 6): een of meerdere (Bitsa)opwaardeerkaarten (t.w.v. 1.629,60 euro) en/of meerdere geldbedragen,
- [slachtoffer 7] (zaak 7): een of meerdere (Bitsa)opwaardeerkaarten (t.w.v. 696,93 euro),
- [slachtoffer 9] (zaak 9): een of meerdere (Bitsa)opwaardeerkaarten (t.w.v. 106,99 euro),
- [slachtoffer 10] (zaak 10): een of meerdere (Bitsa) opwaardeerkaarten (t.w.v. 106,99) en/of een of meerdere geldbedragen met ongeveer een totaal van 200,00 euro,
- [slachtoffer 11] (zaak 11): een of meerdere (Bitsa) opwaardeerkaarten (t.w.v. 106,99) en/of een of meerdere geldbedragen met ongeveer een totaal van 2.948,- euro,
- [slachtoffer 12] (zaak 12): een of meerdere geldbedragen met ongeveer een totaal van 400,00 euro,
- [slachtoffer 14] (zaak 14): een of meerdere geldbedragen met ongeveer een totaal van 2.150,00 euro,
- [slachtoffer 16] (zaak 16): een of meerdere geldbedragen met ongeveer een totaal van 500,00 euro en/of
- [slachtoffer 18] (zaak 18): een of meerdere (Bitsa) opwaardeerkaarten en/of een of meerdere geldbedragen met ongeveer een totaal van 1.514,38 euro,
dat geheel of ten dele aan die voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] , [slachtoffer 11] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 14] , [slachtoffer 16] en/of [slachtoffer 18] toebehoorde(n) door (telkens):
- met voornoemde personen (erotisch getint) contact te leggen en/of te krijgen en/of te hebben en/of te chatten via (dating)website(s) Badoo.com en/of (dating)app Tinder en/of Whatsapp althans via een website en/of app,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app aan (één of meer) voornoemde personen te vragen en/of voornoemde personen te stimuleren om het (erotisch getinte) gesprek voor te zetten via WhatsApp en/of,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp om naaktfoto’s en/of erotisch getinte foto’s en/of foto’s van ontblote lichaamsdelen van (één of meer) voornoemde personen te vragen en/of
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen te vragen hoe zij eruit zagen en/of hoe hun geslachtsdelen en/of billen eruit zagen en/of
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen (erotisch getinte) foto’s en/of berichten te sturen en/of ontvangen en/of
- ( vervolgens) via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan voornoemde personen mede te delen dat hij/zij, althans verdachte, minderjarig was,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen berichten te sturen (met verschillende mobiele nummers) met daarin screenshots en/of foto's van hun persoonlijke profielen en/of contacten en/of familieleden op Facebook en/of Instagram en/of andere sociale media platforms en/of
- voornoemde personen dreigende en/of dwingende berichten te sturen (met verschillende mobiele nummers), waarbij verdachte dwingende en/of dreigende uitlatingen en/of eisen deed, onder meer inhoudende dat voornoemde personen één of meer geldbedragen moesten vermaken en/of opwaardeerkaarten (van Bitsa) te betalen, omdat verdachte die personen anders bekend zou maken op internet en/of voornoemde naaktfoto’s en/of erotisch getinte foto’s en/of foto’s van ontblote lichaamsdelen en/of geslachtsdelen en/of voornoemde erotisch getinte
gesprekken en/of beschuldigingen van pedofilie aan de relaties, familie, vrienden, werkgevers en/of collega's van voornoemde personen zou sturen en/of op één of meer sociale media platformen zou plaatsen, althans anderszins (via internet) zou verspreiden en/of publiceren;
2.
hij op/in of omstreeks de periode van 7 augustus 2023 tot en met 11 mei 2024 te [plaats 1] , [plaats 11] , [plaats 12] , [plaats 13] , [plaats 14] , [plaats 10] , [plaats 15] en/of [plaats 16] , althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om, met het oogmerk om zichzelf wederrechtelijk te bevoordelen, één of meer personen, te weten:
- [slachtoffer 2] (zaak 2)
- [slachtoffer 3] (zaak 3),
- [slachtoffer 4] (zaak 4),
- [slachtoffer 5] (zaak 5),
- [slachtoffer 8] (zaak 8),
- [slachtoffer 13] (zaak 13),
- [slachtoffer 15] (zaak 15) en/of
- [slachtoffer 17] (zaak 17)
door bedreiging met smaad en/of smaadschrift en/of openbaring van een geheim,te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag, althans enig goed, immers heeft verdachte (telkens):
- met voornoemde personen (erotisch getint) contact gelegd en/of gehad/of gekregen en/of te gechat via (dating)website(s) Badoo.com en/of (dating)app Tinder en/of Whatsapp althans via een website en/of app,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app aan (één of meer) voornoemde personen gevraagd en/of voornoemde personen gestimuleerd om het (erotisch getinte) gesprek voor te zetten via WhatsApp en/of,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp om naaktfoto’s en/of erotisch getinte foto’s en/of foto’s van ontblote lichaamsdelen van (één of meer) voornoemde personen gevraagd en/of
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen gevraagd hoe zij eruit zagen en/of hoe hun geslachtsdelen en/of billen eruit zagen en/of
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen (erotisch getinte) foto’s en/of berichten gestuurd en/of ontvangen en/of
- ( vervolgens) via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan voornoemde personen medegedeeld dat hij/zij, althans verdachte, minderjarig was,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen berichten verstuurd (met verschillende mobiele nummers) met daarin screenshots en/of foto's van hun persoonlijke profielen en/of contacten en/of familieleden op Facebook en/of Instagram en/of andere sociale media platforms en/of
- voornoemde personen dreigende en/of dwingende berichten verstuurd (met verschillende mobiele nummers), waarbij verdachte dwingende en/of dreigende uitlatingen en/of eisen heeft gedaan, onder meer inhoudende dat voornoemde personen één of meer geldbedragen moesten overmaken en/of opwaardeerkaarten (van Bitsa) te betalen, omdat verdachte die personen anders bekend zou maken op internet en/of voornoemde naaktfoto’s en/of erotisch getinte foto’s en/of foto’s van ontblote lichaamsdelen en/of geslachtsdelen en/of voornoemde erotisch getinte
gesprekken en/of beschuldigingen van pedofilie aan de relaties, familie, vrienden, werkgevers en/of collega's van voornoemde personen zou sturen en/of op één of meer sociale media platformen zou plaatsen, althans anderszins (via internet) zou verspreiden en/of publiceren;
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf (telkens) niet is voltooid;
3.
hij op/in of omstreeks de periode van 7 augustus 2023 tot en met 9 december 2024 te [plaats 1] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (van) een of meerdere voorwerpen, te weten:
een geldbedrag van ongeveer 10.558,88 euro, althans een of meerdere geldbedragen,
heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen, heeft omgezet, en/of
gebruik heeft gemaakt
terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat/die voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk – afkomstig was/waren uit enig (eigen) misdrijf, terwijl hij, verdachte, van het plegen van dat feit een gewoonte heeft gemaakt.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Feit 1 en 2
De rechtbank zal de feiten 1 en 2 samen behandelen gelet op de onderlinge samenhang van de feiten. Feit 1 ziet op de voltooide afdreiging van tien aangevers en feit 2 ziet op de poging tot afdreiging van acht aangevers.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich als pleger schuldig heeft gemaakt aan feit 1 en 2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat verdachte ten aanzien van de zaken [slachtoffer 15] (15), [slachtoffer 16] (16), [slachtoffer 17] (17) en [slachtoffer 18] (18) wordt vrijgesproken, nu verdachte geen opzet had op het grondfeit. Ook blijkt het feitelijke aandeel van verdachte in de zaken [slachtoffer 15] (15), [slachtoffer 17] (17) en [slachtoffer 18] (18) onvoldoende uit het dossier.
Daarnaast heeft de raadsman bepleit dat verdachte ten aanzien van de zaken [slachtoffer 1] (1), [slachtoffer 2] (2), [slachtoffer 4] (4), [slachtoffer 5] (5), [slachtoffer 6] (6), [slachtoffer 8] (8), [slachtoffer 9] (9), [slachtoffer 10] (10), [slachtoffer 11] (11) en [slachtoffer 13] (13) wordt vrijgesproken. Verdachte zijn rol in deze zaken is beperkt gebleven tot facilitator (medeplichtige), omdat het ter beschikking stellen van simkaarten, zijn Belgische rekeningnummer en zijn Bitsa-account onvoldoende is om een nauwe en bewuste samenwerking met een of meer anderen aan te kunnen nemen. Nu medeplichtigheid niet ten laste is gelegd, dient vrijspraak te volgen volgens de raadsman.
De raadsman heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank ten aanzien van de zaken van [slachtoffer 3] (3), [slachtoffer 7] (7), [slachtoffer 12] (12) en [slachtoffer 14] (14).
Beoordeling door de rechtbank
Inleidend
Het onderzoek werd opgestart na een aangifte van zogenoemde sextortion van [slachtoffer 11] . [slachtoffer 11] verklaarde op 23 november 2023 via WhatsApp te zijn benaderd door een persoon die zich voordeed als “ [naam 1] ”. Deze [naam 1] stuurde hem screenshots van een gefabriceerd WhatsApp gesprek tussen hem en een onbekend meisje waaruit naar voren kwam dat het meisje en hij een afspraak voor een ontmoeting hadden gemaakt die mogelijk op seks zou uitdraaien. Nadat [slachtoffer 11] terug had geappt dat hij dit nooit gedaan had en ook nooit zou doen, werd er vervolgens gedreigd om die screenshots openbaar te maken via Facebook. Daarbij zou vermeld worden dat [slachtoffer 11] een pedofiel zou zijn. Ook zijn werkgever zou hiervan op de hoogte worden gesteld. [slachtoffer 11] kon dit voorkomen door een geldbedrag over te maken naar een Belgisch rekeningnummer [rekeningnummer] en door het kopen van Bitsa opwaardeerkaarten. [2]
Uit de historische verkeersgegevens van het telefoonnummer ( [telefoonnummer 1] ) waarmee [slachtoffer 11] werd benaderd, bleek dat dit telefoonnummer op 25 november 2023 in een iPhone had gezeten met IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] en gebruikmaakte van een telefoonmast aan de [adres 2] in [plaats 1] . Deze telefoonmast staat hemelsbreed op 410 meter van het adres van verdachte; [adres 3] in [plaats 1] . Verder bleek uit de historische verkeersgegevens dat in de gevorderde periode van 1 augustus 2023 tot en met 21 januari 2024 zeven telefoonnummers waren gekoppeld aan dit IMEI-nummer. Van deze telefoonnummers waren vier telefoonnummers te koppelen aan verschillende aangiften en meldingen van afdreiging in de periode van november 2023 tot en met januari 2024. Vanaf 12 januari 2024 werd het telefoonnummer [telefoonnummer 2] gebruikt via de iPhone met IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] . Het telefoonnummer [telefoonnummer 2] staat op naam van verdachte
. [3]
Naar aanleiding van deze aangifte is gebleken dat meerdere personen op een soortgelijke wijze slachtoffer zijn geworden van zogenoemde sextortion, zoals hieronder wordt beschreven.
Modus operandi
De rechtbank stelt vast dat in het overgrote deel van de zaken een gedeelde modus operandi wordt gehanteerd. Uit de aangiftes blijkt dat deze als volgt is. Aangevers komen via een datingsite/-app, voornamelijk Badoo, in contact met jonge ‘vrouwen’. Via de datingsite wordt door de ‘vrouw’ verteld dat zij meerderjarig is. Op een gegeven moment gaat het gesprek over op WhatsApp. Er worden (seksueel getinte) gesprekken met elkaar gevoerd en aangevers geven persoonlijke informatie over zichzelf. Op een gegeven moment zegt de ‘vrouw’ waarmee de aangevers praten dat ze minderjarig is. Vervolgens wordt gedreigd dat de (seksueel getinte) gesprekken die de aangevers hebben gevoerd en de foto’s die zij hebben gestuurd openbaar worden gemaakt en dat zij beschuldigd zullen worden van pedofilie, als zij geen geld betalen of Bitsa-opwaardeerkaarten kopen voor de persoon met wie zij contact hebben. In een aantal gevallen wordt gevraagd geld over te maken naar een Belgisch rekeningnummer. Daarna worden de aangevers door verschillende nummers benaderd waaronder accounts die zichzelf ‘ [naam 3] of [naam 3] ’ noemen. In meerdere zaken zijn dezelfde telefoonnummers gebruikt om de aangevers te benaderen. [4]
Aangiftes
Feit 1 (voltooide afdreiging)
Tien personen hebben aangifte gedaan van afdreiging in de periode van 7 augustus 2023 tot en met 15 juni 2024. De volgende personen hebben een hierna te noemen geldbedrag betaald door Bitsa opwaardeerkaarten te kopen en/of geld over te maken, omdat zij anders op internet en/of bij relaties, familie, vrienden werkgevers of collega’s beschuldigd zouden worden van pedofilie:
- [slachtoffer 1] uit [plaats 2] heeft € 200,- betaald aan Bitsa opwaardeerkaarten; [5]
- [slachtoffer 6] uit [plaats 3] heeft € 1.520,36 betaald aan Bitsa opwaardeerkaarten; [6]
- [slachtoffer 7] uit [plaats 4] heeft een bedrag van € 589,94 aan beltegoed betaald; [7]
- [slachtoffer 9] uit [plaats 5] heeft een bedrag van € 106,99 aan beltegoed betaald; [8]
- [slachtoffer 10] uit [plaats 6] heeft € 106,99 betaald voor een Bitsa opwaardeerkaart en hij heeft een geldbedrag van € 200,- betaald; [9]
- [slachtoffer 11] uit [plaats 7] heeft € 106,99 betaald voor een Bitsa opwaardeerkaart en hij heeft een geldbedrag van in totaal € 2.948,- in delen betaald; [10]
- [slachtoffer 12] uit [plaats 8] heeft een bedrag van € 400,- betaald; [11]
- [slachtoffer 14] uit [plaats 9] heeft een bedrag van in totaal € 2.150,- in delen betaald; [12]
- [slachtoffer 16] uit [plaats 10] heeft een bedrag van in totaal € 499,- in delen betaald; [13]
- [slachtoffer 18] uit [plaats 1] heeft € 1.514,38 betaald aan Bitsa opwaardeerkaarten. [14]
Feit 2 (poging tot afdreiging)
Acht personen hebben aangifte gedaan van poging tot afdreiging in de periode van 7 augustus 2023 tot en met 12 mei 2024. De volgende personen zijn benaderd via datingsites en chats om geld te betalen in de vorm van Bitsa-opwaardeerkaarten of het overmaken van geldbedragen, omdat zij anders op internet en/of bij relaties, familie, vrienden werkgevers of collega’s beschuldigd zouden worden van pedofilie:
- [slachtoffer 2] uit [plaats 1] ; [15]
- [slachtoffer 3] uit [plaats 11] ; [16]
- [slachtoffer 4] uit [plaats 12] ; [17]
- [slachtoffer 5] uit [plaats 13] ; [18]
- [slachtoffer 8] uit [plaats 14] ; [19]
- [slachtoffer 13] uit [plaats 10] ; [20]
- [slachtoffer 15] uit [plaats 15] ; [21]
- [slachtoffer 17] uit [plaats 16] . [22]
Zaaksgerichte verklaring verdachte
Over feit 1 heeft verdachte het volgende verklaard. Hij heeft met aangever [slachtoffer 7] gesprekken gevoerd. Hij wist wat de bedoeling was van deze gesprekken. Verdachte heeft verder verklaard dat hij met aangever [slachtoffer 12] heeft gechat als [naam 3] en hem geld heeft laten storten. Hij heeft via WhatsApp dreigende berichten naar [slachtoffer 12] gestuurd. Verdachte heeft verder erkend dat hij via WhatsApp berichten heeft gestuurd naar aangever [slachtoffer 14] . Verdachte heeft [slachtoffer 14] meerdere verschillende bedragen laten betalen, omdat hij niet wilde dat de rekening geblokkeerd zou worden. Een deel van het geld dat verdachte van [slachtoffer 14] heeft ontvangen, heeft hij gebruikt om te gaan stappen met vrienden.
Ten aanzien van aangevers [slachtoffer 6] , [slachtoffer 11] , [slachtoffer 9] en [slachtoffer 10] heeft verdachte erkend dat hij bijbehorende sim-kaartjes heeft geactiveerd in zijn telefoon dan wel dat hij de sim-kaartjes heeft aangeschaft. [23]
Over feit 2 heeft verdachte het volgende verklaard. Hij heeft aangever [slachtoffer 3] berichten gestuurd met telefoonnummer [telefoonnummer 3] als nationale [naam 3] en geprobeerd hem af te dreigen
Ten aanzien van aangevers [slachtoffer 2] , [slachtoffer 4] en [slachtoffer 8] heeft verdachte erkend dat hij de sim-kaartjes van de bijbehorende telefoonnummers heeft geactiveerd. [24]
Belgisch rekeningnummer [rekeningnummer]
Aangevers [slachtoffer 10] , [slachtoffer 11] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 14] en [slachtoffer 16] hebben verklaard dat zij geld moesten overmaken naar het Belgische rekeningnummer [rekeningnummer] . [25] Verdachte heeft erkend dat deze rekening op zijn naam staat en dat hij wist dat er geld door personen die werden afgedreigd op zijn rekening werd bijgeboekt. [26]
Verbalisant heeft onderzoek gedaan naar de Belgische rekening met rekeningnummer [rekeningnummer] . Verbalisant heeft gezien dat door [slachtoffer 16] op 8 oktober 2023 in meerdere transacties een bedrag van in totaal € 499,- is overgemaakt naar deze rekening. Verder werd gezien dat door [slachtoffer 12] een bedrag van in totaal € 400,- is overgemaakt naar deze rekening. Verbalisant zag dat op 26 en 28 november 2023 in totaal een bedrag van € 2.948,- is overgemaakt op deze rekening door [slachtoffer 11] . Daarnaast zag verbalisant dat [slachtoffer 14] op 21, 22 en 24 oktober 2023 een bedrag van in totaal € 2.150,- heeft overgemaakt op deze rekening. [27]
Bitsa-account
Uit diverse aangiftes komt naar voren dat aangevers Bitsa-kaarten moesten kopen voor degene door wie zij onder druk werden gezet. [28] Verdachte heeft erkend dat het gebruikte Bitsa-account op zijn naam stond. [29]
Bitsa distribueert Bitsa-kaarten via het Bitsa-platform, dat toegankelijk is via de website van Bitsa en de Bitsa-app na goedkeuring van het verzoek van de klant. De Bitsa-kaart is een prepaidkaart die opgewaardeerd kan worden met herlaadbonnen (Bitsa-kaarten c.q. prepaidkaarten). Deze kaarten kunnen bij erkende bedrijven worden gekocht en ingewisseld worden via de Bitsa-app. Het account stond op naam van verdachte van 26 juni 2023 tot en met 9 juli 2024. [30]
Aangever [slachtoffer 7] heeft verklaard dat hij op 18 februari 2024 vijf keer € 106,99 en één keer € 54,99 aan beltegoed heeft gekocht voor degene door wie hij onder druk werd gezet. [31] Verdachte heeft verklaard dat het geld van [slachtoffer 7] en [slachtoffer 6] op zijn Bitsa-account terecht is gekomen. Verder heeft verdachte verklaard dat één code, betaald door [slachtoffer 1] , is overeengekomen met zijn account. [32]
Bitsa heeft een transactieoverzicht van het Bitsa-account van verdachte [verdachte] over de periode van 28 november 2023 tot en met 9 juli 2024 aangeleverd. Verbalisant beschrijft dat een bepaald bedrag aan ‘fee’ moet worden betaald. Het bedrag is afhankelijk van het soort account dat wordt afgenomen door de accounthouder. Verbalisant ziet in het transactieoverzicht dat de accounthouder (verdachte) verschillende maandelijkse bedragen hiervoor betaalt. De ‘fee-bedragen’ zijn dan ook wisselend berekend en passen bij de bijgeschreven bedragen van 48,95, 96 en 100 euro. [33]
Aangever [slachtoffer 9] heeft verklaard dat hij op 1 januari 2024 beltegoed heeft gekocht voor degene door wie hij onder druk werd gezet. Op de bij de aangifte gevoegde schermafdruk is een melding van opwaarderen.nl te zien waarbij staat: “Hierbij ontvang je het product: Bits…”. Op hetzelfde tijdstip is een melding van ING Bankieren te zien, dat er een bedrag van € 106,99 is afgeschreven. [34] In het transactieoverzicht van het Bitsa-account van verdachte is te zien dat op 1 januari 2024 een bedrag van 96 euro is bijgeschreven. [35]
Aangever [slachtoffer 11] heeft verklaard dat hij voor € 106,99 een Bitsa opwaardeerkaart heeft gekocht. De afschrijving op zijn bankrekening is gedaan op 28 november 2023. Uit het transactieoverzicht van Bitsa blijkt dat op dezelfde datum een bedrag van € 96,- is bijschreven.
Aangever [slachtoffer 10] heeft verklaard dat hij voor € 100,- een Bitsa opwaardeerkaart heeft gekocht. Op de printscreen van de aankoop is te zien: opwaarderen.nl, BITSA € 100,-, datum 2023-12-02, code [code] . In het transactieoverzicht van BITSA is te zien dat op 2 december 2023 een bedrag van € 96,- wordt bijgeschreven onder vermelding van: ‘ [betalingskenmerk] . [36]
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat aangevers [slachtoffer 1] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 10] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] en [slachtoffer 11] middels Bitsa-kaarten geld hebben overgemaakt naar het Bitsa-account van verdachte.
Gebruikte telefoonnummers
De aangevers hebben verklaard met welk telefoonnummer of telefoonnummers zij contact hadden. In een aantal gevallen zijn dezelfde telefoonnummers gebruikt om contact met de desbetreffende aangevers te zoeken. De volgende telefoonnummers komen vaker dan één keer terug in een aangifte:
- [telefoonnummer 4] is gebruikt bij aangevers [slachtoffer 6] en [slachtoffer 7] . [37] Dit telefoonnummer staat op naam van de werkgever van verdachte: [bedrijf 1] ; [38]
[telefoonnummer 5] is gebruikt bij aangevers [slachtoffer 7] en [slachtoffer 8] ; [39]
0622439156 is gebruikt bij aangevers [slachtoffer 10] en [slachtoffer 11] . [40] Dit telefoonnummer is te koppelen aan de iPhone XR met IMEI-nummer: [IMEI-nummer 1] ; [41]
- [telefoonnummer 6] / [telefoonnummer 6] / [telefoonnummer 6] is gebruikt bij aangevers [slachtoffer 11] , [slachtoffer 12] en [slachtoffer 13] ; [42]
[telefoonnummer 7] is gebruikt bij aangevers [slachtoffer 12] en [slachtoffer 13] . [43] Dit telefoonnummer is te koppelen aan de iPhone XR met IMEI-nummer: [IMEI-nummer 1] ; [44]
[telefoonnummer 8] is gebruikt bij aangevers [slachtoffer 16] , [slachtoffer 18] , [slachtoffer 15] en [slachtoffer 17] ; [45]
[telefoonnummer 9] is gebruikt bij aangevers [slachtoffer 16] en [slachtoffer 18] ; [46]
[telefoonnummer 10] is gebruikt bij aangevers [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] . [47]
Onderzoek gegevensdragers
Onder verdachte werden onder meer een iPhone XR, iPhone SE, een iPhone 11 en een Asus-laptop in beslag genomen en deze gegevensdragers zijn uitgelezen. [48] Een inbeslaggenomen witte iPhone en een Acer laptop konden niet worden uitgelezen door de politie.
IPhone XR
De iPhone XR, die uit handen van verdachte in beslag werd genomen, is onderzocht door de politie. Deze iPhone, met IMEI-nummer [IMEI-nummer 2] , is vanaf 28 januari 2024 gekoppeld geweest aan het Apple ID-account van verdachte. In deze telefoon heeft het telefoonnummer [telefoonnummer 2] gezeten, welk nummer op naam van verdachte staat. Op 27 januari 2023 (
De rechtbank begrijpt: 2024) werd voor het eerst ingelogd op het Wifi-netwerk ‘ [Wifi-netwerk] ’ van de begeleid wonen locatie [begeleid wonen] aan de [adres 4] in [plaats 1] . Verdachte staat sinds 5 mei 2024 ingeschreven op het adres [adres 1] in [plaats 1] .
Op 30 december 2023 is de telefoon teruggezet in de fabrieksinstellingen en op die dag werden er 23 wachtwoorden van Apple-applicaties opgeslagen op deze telefoon. Op 31 december 2023 werd het user-account [e-mailadres] aangemaakt. Het hiervoor genoemde account werd nogmaals op 28 januari 2024 opgeslagen op deze telefoon. Op 28 januari 2024 werden er veel contacten tegelijk opgeslagen die te linken zijn aan [bedrijf 1] , omdat achter de naam werd toegevoegd ‘ [bedrijf 1] ’, ‘ [bedrijf 1] ’ of ‘ [bedrijf 1] ’. Verdachte was werkzaam bij [bedrijf 1] . Vanaf 29 januari 2024 zag verbalisant veel WhatsApp (Business) gesprekken tussen het telefoonnummer van verdachte en contacten waarbij achter de naam ‘ [bedrijf 1] ’ of ‘ [bedrijf 1] ’ werd weergegeven. Verbalisant vond verder tot aan de datum van inbeslagname vrijwel dagelijks WhatsApp-(bel)gesprekken tussen het telefoonnummer van verdachte en deze contacten. [49] Verdachte heeft verklaard dat de Iphone XR zijn telefoon is en dat hij gebruik maakt van het nummer eindigend op [telefoonnummer 2] . [50]
Op de iPhone XR werd het WhatsApp User ID [telefoonnummer 11] @s.whatsapp.net opgeslagen. Dit account is gebruikt bij aangever [slachtoffer 9] . Ook werd het WhatsApp User ID [telefoonnummer 12] @s.whatsapp.net opgeslagen op deze telefoon. Dit account is ook gebruikt bij aangever [slachtoffer 9] .
Het WhatsApp User ID [telefoonnummer 13] @s.whatsapp.net is gekoppeld aan het WhatsApp Business-account [telefoonnummer 2] . Het telefoonnummer [telefoonnummer 13] werd op 8 juni 2024 opgeslagen op deze telefoon. Op diezelfde dag werd een WhatsAppbericht gestuurd door de gebruiker naar een contact ‘ [naam 2] [bedrijf 1] ’. Het telefoonnummer [telefoonnummer 13] komt terug in de aangifte van [slachtoffer 1] .
Het WhatsApp User ID [telefoonnummer 10] @s.whatsapp.net is gekoppeld aan het WhatsApp Business-account [telefoonnummer 2] (verdachte). Dit telefoonnummer komt terug in de aangifte van [slachtoffer 4] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] .
Verder werd het WhatsApp User ID [telefoonnummer 3] @s.whatsapp.net op 24 april 2024 opgeslagen op deze telefoon, onder de naam “ [naam 3] ” met een profielfoto waarop de tekst te zien is “ [naam 3] ”. Op dezelfde datum stuurde de gebruiker een WhatsAppbericht naar contact ‘ [naam 4] [bedrijf 1] ’. Het telefoonnummer [telefoonnummer 3] komt terug in de aangifte van [slachtoffer 3] .
Het WhatsApp User ID [telefoonnummer 5] @s.whatsapp.net is gekoppeld aan het WhatsApp Business-account [telefoonnummer 2] (verdachte). Dit telefoonnummer komt terug in de aangifte van [slachtoffer 7] en [slachtoffer 8] .
Het WhatsApp User ID [telefoonnummer 14] @s.whatsapp.net is gekoppeld aan het WhatsApp Business-account [telefoonnummer 2] (verdachte). Dit telefoonnummer komt terug in de aangifte van [slachtoffer 6] .
Het WhatsApp User ID [telefoonnummer 15] @s.whatsapp.net is gekoppeld aan het WhatsApp Business-account [telefoonnummer 2] (verdachte). Dit telefoonnummer komt terug in de aangifte van [slachtoffer 5] .
Verbalisant zag dat er wekelijks een factuur naar verdachte werd gemaild voor Badoo Premium á 7,99 euro per zeven dagen. Verder zag verbalisant dat er in de internetgeschiedenis tot 28 juni 2024 diverse pagina’s werden bezocht:
  • www.politie.nl/aangifte-of-melding-doen (laatst bezocht: 31 december 2023);
  • wise.com (laatst bezocht: 1 januari 2024);
  • beltegoed.nl/bitsa (laatst bezocht: 18 februari 2024);
  • www.paysafecard.com/nl/account-and-card (laatst bezocht: 16 april 2024).
  • moontopup.com (laatst bezocht: 12 mei 2024);
  • beltegoed.nl (laatst bezocht: 19 mei 2024);
  • nl.xhamster.com (meermaals tussen 23 juni 2024 en 30 juni 2024);
  • melden.meldmisdaadanoniem.nl (geen datum weergeven);
  • badoo.com (meermaals tussen 29 juni 2024 en 7 juni 2024);
Verder zag verbalisant dat vanaf 1 maart 2024 tot 10 juli 2024 veelvuldig websites van [bedrijf 1] werden bezocht, waaronder [website] , welke website ook werd bezocht op 5 mei 2024 met de inbeslaggenomen iPhone 11. [51]
Gelet op de bovenstaande bewijsmiddelen concludeert de rechtbank dat verdachte vanaf 30 december 2023 de gebruiker is geweest van de iPhone XR en dat verdachte deze telefoon heeft gebruikt in de zaken [slachtoffer 1] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 9] (allen behorend bij feit 1) en bij de zaken [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] , [slachtoffer 5] en [slachtoffer 8] (allen behorend bij feit 2). Hiermee schuift de rechtbank de verklaring van verdachte dat hij deze telefoon op 12 januari 2024 heeft gekregen terzijde.
IPhone SE
De iPhone SE, met een hoesje van [bedrijf 1] , die tijdens de doorzoeking werd gevonden is onderzocht door de politie. Deze iPhone is vanaf 15 mei 2024 gekoppeld aan het Apple ID-account van verdachte en het telefoonnummer van verdachte: [telefoonnummer 2] . Verbalisant stelt vast dat alles erop wijst dat verdachte, tenminste vanaf 15 mei 2024 de gebruiker was van deze iPhone SE. Verbalisant is geen aanwijzingen tegengekomen dat een ander dan verdachte de iPhone SE in gebruik heeft gehad. Op 16 mei 2024 werd de Bitsa-app op deze telefoon geïnstalleerd. Tussen 17 juni 2024 en 6 juli 2024 zijn met deze app in totaal 36 betalingen gedaan bij eetgelegenheden, tankstations en supermarkten met een totaal van € 609,84. Op 19 mei 2024 is de Badoo app op deze telefoon geïnstalleerd. Ook de website van Badoo werd veel gebruikt.
Op deze iPhone werd het WhatsApp User ID [telefoonnummer 13] @s.whatsapp.net opgeslagen. Dit account is gebruikt bij aangever [slachtoffer 1] . Ook werd het WhatsApp User ID [telefoonnummer 10] @s.whatsapp.net opgeslagen op deze telefoon. Dit account is gebruikt bij aangevers [slachtoffer 4] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] . [52]
Uit bovenstaande concludeert de rechtbank dat verdachte vanaf 15 mei 2024 de gebruiker is geweest van de iPhone SE en dat verdachte deze telefoon in ieder geval heeft gebruikt in de zaken [slachtoffer 4] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] (feit 2).
IPhone 11
Getuige [getuige] heeft op 10 december 2024 verklaard dat zij meer dan een jaar geleden haar iPhone 11 heeft doorverkocht aan verdachte. Zij heeft de telefoon toen niet teruggezet naar de fabrieksinstellingen. [53]
De iPhone 11, die tijdens de doorzoeking werd gevonden, is onderzocht door de politie. De volgende netwerken zijn volgens verbalisant relevant om de gebruiker van de iPhone 11 te identificeren:
- [bedrijf 1] , locatie [adres 5] [plaats 1] : “Timestamp”: 17 februari 2024, “Last connected”: 4 mei 2024, “Last auto connected”: 6 juli 2024.
Verdachte is werkzaam geweest bij [bedrijf 1] .
- [Wifi-netwerk] , locatie [adres 1] [plaats 1] : “Timestamp”: 11 februari 2024, “Last connected”: 11 februari 2024, “Last auto connected”: 8 juli 2024.
Verdachte staat per 5 mei 2024 ingeschreven op de [adres 1] in [plaats 1] . Hier werd de iPhone 11 ook aangetroffen.
Verbalisant zag dat de bezochte internetpagina’s tot 7 januari 2024 over het algemeen in het profiel van een jonge vrouw passen zoals dat van getuige [getuige] (geboren in 2007). Vanaf 18 februari 2014 werden dergelijke websites niet meer bezocht en wel websites die te relateren zijn aan sextortion-zaken, zoals:
- www.moontopup.nl (bitsa betaalkaarten);
- wise.com;
- www.politie.nl/aangifte-of-melding-doen;
- beltegoed.nl/bitsa;
- melden.meldmisdaadanoniem.nl;
- badoo.com;
- nl.xhamster.com;
- opwaarderen.nl/bitsa-100-euro;
- google.com, zoekvraag “ [naam 3] ”.
Het bezoek aan de website [website] viel verbalisant op. Deze website werd met de iPhone XR ook geregeld bezocht. Op de iPhone XR werden bovendien vergelijkbare websites bezocht.
Verbalisant zag verder dat in de “Wallet App” de BitsaCard werd vastgelegd met nummer [nummer 1] , [nummer 2] op 6 mei 2024 en 10 juni 2024. [54]
Uit de resultaten van het Europees Opsporingsbevel blijkt dat verdachte de beschikking had over de virtuele Bitsa-kaart [nummer 3] , eindigend op [nummer 1] . [55]
Verbalisant stelt vast dat de iPhone 11 vanaf ongeveer 11 februari 2024 een nieuwe gebruiker heeft gekregen en dat er indicaties zijn dat verdachte de nieuwe gebruiker is. [56]
Verbalisant zag dat op 8 juni 2024 via “Google Zoeken” werd gezocht op de volgende zoekvraag: ‘ [bedrijf 2] ’. Verbalisant zag verder een screenshot van een M.-melding waarin werd geschreven dat [naam 5] uit [plaats 17] een pedofiel is. Deze screenshot werd opgeslagen/aangemaakt op 8 juni 2024. Verbalisant zag dat een van de user-accounts op de telefoon, [telefoonnummer 13] @s.whatsapp.net, “ [naam 6] ” als naam had. [57] Dit telefoonnummer is een van de telefoonnummers waarmee aangever [slachtoffer 1] is benaderd. [slachtoffer 1] kreeg een foto van een Facebook profiel waarop een foto van zichzelf stond: “ [naam 5] uit [plaats 17] (Friesland) is een pedofiel. Wilt afspreken en seks hebben met een minderjarig meisje! [naam 5] werkt als schilder bij [bedrijf 2] Wij gaan [naam 5] aangeven en exposen dus mensen, deel dit bericht!”. [58]
Verbalisant zag dat op de iPhone 11 op 28 april 2024 een screenshot werd opgeslagen/aangemaakt van een M.-melding waarin samengevat werd geschreven dat [slachtoffer 4] een pedofiel is. Verder zag verbalisant dat op 28 april 2024 de websites https://beltegoed.nl/bitsa en de website https://www.moontopup.com/nl waren bezocht. [59] [slachtoffer 4] heeft verklaard dat hij op 28 april 2024 contact heeft gehad met een meisje via Badoo en dat vervolgens werd gedreigd dat hij geld moest betalen en als hij dat niet deed dat ze openbaar zou maken dat hij een pedofiel is. [60]
Verbalisant zag dat op de iPhone 11 op 12 mei 2024 om 21:07 uur een screenshot werd opgeslagen/aangemaakt waarin samengevat werd geschreven dat [slachtoffer 2] een pedofiel is. Vervolgens werd om 21:39 uur gebruik werd gemaakt van de Bitsa-App. Verder werden die dag dezelfde websites werden bezocht:
- https://badoo.com/encounters (12:56 uur);
- https://melden.meldmisdaadanoniem.nl (12:58 uur);
- https://www.moontopup.com (17:04 uur);
- https://beltegoed.nl (21:41 uur). [61]
[slachtoffer 2] heeft verklaard dat hij op 11 en 12 mei 2024 contact had met een meisje via een datingsite en dat vervolgens werd gedreigd dat hij geld moest betalen en als hij dat niet deed dat ze dan openbaar zou maken dat hij een pedofiel is. [62]
Uit bovenstaande concludeert de rechtbank dat verdachte vanaf 11 februari 2024 de gebruiker is geweest van de iPhone 11 en dat verdachte deze telefoon in ieder geval heeft gebruikt inde zaken [slachtoffer 1] (feit 1), [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] (feit 2). Dat een ander bij deze zaken gebruik zou hebben gemaakt van de iPhone 11 is, zoals verdachte heeft verklaard, is niet concreet onderbouwd. Hiermee schuift de rechtbank de verklaring van verdachte dat hij deze telefoon op 17 februari 2024 voor het laatst heeft gebruikt en op 17 juni 2024 heeft teruggekregen terzijde.
ASUS-laptop
De Asus laptop, die tijdens de doorzoeking werd gevonden, is onderzocht door de politie. Op deze laptop van verdachte stond veel informatie over de werkgever van verdachte: [bedrijf 1] . Door verdachte zijn documenten opgemaakt die gerelateerd kunnen worden aan [bedrijf 1] . Verbalisant zag dat er data was met de kop ‘Dating sites URLs’. Deze lijst bestond uit 2420 bestanden, bestaande uit URLs van de website Badoo. Verbalisant zag dat in de URLs onder meer werd weergegeven dat er werd ingelogd, dat er binnen messages gewerkt werd en dat er foto’s geüpload werden. Verder zag verbalisant dat verschillende namen die genoemd werden in de aangiftes (gedeeltelijk) overeenkwamen met namen van personeelsleden van [bedrijf 1] , te weten: [naam 7] , [naam 8] , [naam 9] , [naam 10] , [naam 11] en [naam 1] . [63]
Tussenconclusie
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat het dossier voldoende wettig en overtuigend bewijs bevat voor de zaken [slachtoffer 1] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] , [slachtoffer 11] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 14] en [slachtoffer 16] zoals ten laste is gelegd onder feit 1 en voor de zaken [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] , [slachtoffer 5] en [slachtoffer 8] zoals ten laste is gelegd onder feit 2.
Schakelbewijs
Ten aanzien van de zaken [slachtoffer 18] (feit 1), [slachtoffer 13] , [aangever 1] en [slachtoffer 17] (feit 2) zal de rechtbank, gelet op de modus operandi, gebruikmaken van de schakelbewijsconstructie.
De rechtbank overweegt dat indien de bewezenverklaring leunt op een enkele aangifte de vraag of er voldoende steunbewijs is, afhankelijk is van de feiten en omstandigheden van het concrete geval. Het benodigde steunbewijs kan ook bestaan uit schakelbewijs. Met schakelbewijs wordt bedoeld een bewijsvoering waarbij voor de bewezenverklaring van het feit mede redengevend wordt geacht de – uit één of meer bewijsmiddelen blijkende – omstandigheid dat de verdachte bij andere strafbare feiten betrokken was. Daarbij is ten minste vereist dat de wijze waarop de feiten zijn begaan op essentiële punten overeenkomt.
De rechtbank is van oordeel dat de wijze waarop aangevers [slachtoffer 18] , [slachtoffer 13] , [aangever 1] en [slachtoffer 17] zijn benaderd en vervolgens (gepoogd te) zijn afgedreigd, op essentiële punten overeenkomt met de andere aangiftes in deze zaak en daarmee met de omschreven modus operandi. Er is dan ook sprake van een zelfde manier van handelen.
Aangever [slachtoffer 18] heeft daadwerkelijk geld overgemaakt naar een Bitsa-account. Daarnaast constateert de rechtbank op grond van voornoemde bewijsmiddelen dat aangevers [slachtoffer 18] , [aangever 1] en [slachtoffer 17] benaderd zijn door hetzelfde telefoonnummer als aangever [slachtoffer 16] , te weten: [telefoonnummer 8] . Ook zijn aangever [slachtoffer 18] en [slachtoffer 16] door nog een overeenkomend telefoonnummer benaderd, te weten: [telefoonnummer 9] . Verder is aangever [slachtoffer 13] benaderd door hetzelfde telefoonnummer als aangever [slachtoffer 12] , te weten: [telefoonnummer 7] . Dit telefoonnummer is te koppelen aan de iPhone XR met IMEI-nummer [IMEI-nummer 1] , die door verdachte is gebruikt bij de ten laste gelegde feiten. Tot slot is aangever [slachtoffer 13] ook benaderd door hetzelfde telefoonnummer als aangevers [slachtoffer 11] en [slachtoffer 12] , te weten: [telefoonnummer 6] . Verdachte heeft bekend [slachtoffer 12] te hebben afgeperst. De rechtbank is dan ook van oordeel dat ook in de zaken [slachtoffer 18] , [aangever 1] , [slachtoffer 17] en [slachtoffer 13] voldoende wettig en overtuigend bewijs is dat verdachte hen gepoogd heeft af te dreigen, dan wel heeft afgedreigd.
Medeplegen
Tot slot ziet de rechtbank zich voor de vraag gesteld of verdachte tezamen en in vereniging met een of meer anderen heeft gehandeld.
Verdachte claimt dat er meerdere mensen betrokken zijn geweest bij de ten laste gelegde feiten. Hij werd onder druk gezet om de afpersingen te faciliteren, onder meer door zijn Belgische bankrekening ter beschikking te stellen en door simkaartjes te leveren. Ook zouden anderen gebruik hebben gemaakt van zijn telefoon. Verdachte heeft geen namen willen noemen van zijn mededaders en is ook niet met een verifieerbare onderbouwing gekomen van zijn verhaal. Ook in het dossier zit geen enkel aanknopingspunt dat verdachte de feiten met hulp van anderen zou hebben gepleegd. De rechtbank is dan ook van oordeel dat het door verdachte aangevoerde scenario dat hij onder druk is gezet en dat er sprake is van een of meerdere mededaders niet aannemelijk is geworden. Daarom gaat de rechtbank ook niet uit van medeplegen. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat kan worden vastgesteld dat verdachte degene is geweest die contact heeft gehad met en afdreigende berichten heeft gestuurd naar de in de tenlastelegging genoemde aangevers. De rechtbank zal verdachte daarom partieel vrijspreken van het onder 1 en 2 ten laste gelegde medeplegen.
Conclusie
Gelet op al het voorgaande, in onderlinge samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de onder feit 1 ten laste gelegde afdreigingen en de onder 2 ten laste gelegde pogingen tot afdreiging.
Feit 3
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan feit 3. De officier van justitie heeft het witgewassen bedrag bijgesteld naar € 10.335,66.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat de bedragen horend bij aangevers, [slachtoffer 16] (16) en [slachtoffer 18] (18) in mindering moeten worden gebracht op het totaalbedrag, waardoor een bedrag van € 8.545.50 overblijft. Voor het overige heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Beoordeling door de rechtbank
De politie heeft berekend dat verdachte een bedrag van € 10.335,66 heeft ontvangen van de aangevers via Bitsa-kaarten en overboekingen op zijn Belgische rekening. [64] In de periode van 26 juni 2023 tot en met 9 juli 2024 is een bedrag van € 10.382,12 vanaf het Bitsa-account van verdachte uitgegeven aan onder andere: Uber eats, Uber trip, iTunesapp, eetgelegenheden, supermarkten en tankstations. Ook is in die periode € 3.920,- contant opgenomen. [65] De rechtbank ziet, nu zij bewezen heeft geacht dat ook aangevers [slachtoffer 16] en [slachtoffer 18] door verdachte zijn afgedreigd, geen aanleiding om de bedragen die zij aan verdachte hebben overgemaakt in mindering te brengen. De rechtbank is dan ook gelet op hetgeen zij hierboven
onder feit 1 en 2 bewezen heeft verklaard van oordeel dat verdachte het bedrag van
€ 10.335,66 heeft verkregen door het afdreigen van de aangevers zoals ten laste gelegd. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat verdachte het door (eigen) misdrijf verkregen geldbedrag voorhanden heeft gehad, heeft omgezet en heeft gebruikt. Daarmee heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan witwassen. Gelet op de duur van het witwassen en de hoeveelheid slachtoffers is de rechtbank tevens van oordeel dat verdachte hiervan een gewoonte heeft gemaakt.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 1, 2 en 3 tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
hij
op/in
of omstreeksde periode van 7 augustus 2023 tot en met 15 juni 2024 te [plaats 1] , [plaats 2] , [plaats 3] , [plaats 4] , [plaats 5] , [plaats 6] , [plaats 7] , [plaats 8] , [plaats 9]
en/of [plaats 10]
, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
een ofmeer
derepersonen te weten:
- [slachtoffer 1] (zaak 1),
- [slachtoffer 6] (zaak 6),
- [slachtoffer 7] (zaak 7),
- [slachtoffer 9] (zaak 9),
- [slachtoffer 10] (zaak 10),
- [slachtoffer 11] (zaak 11),
- [slachtoffer 12] (zaak 12),
- [slachtoffer 14] (zaak 14),
- [slachtoffer 16] (zaak 16) en
/of
- [slachtoffer 18] (zaak 18)
(telkens
)door bedreiging met smaad, smaadschrift en/of openbaring van een geheim, heeft gedwongen tot afgifte van enig goed
, althans een geldbedrag, te weten:
- [slachtoffer 1] (zaak 1):
een ofmeerdere (Bitsa) opwaardeerkaarten (t.w.v. 200,00 euro),
- [slachtoffer 6] (zaak 6):
een ofmeerdere (Bitsa)opwaardeerkaarten (t.w.v.
1.520,361.629,60euro) en
/ofmeerdere geldbedragen,
- [slachtoffer 7] (zaak 7):
een ofmeerdere (Bitsa)opwaardeerkaarten (t.w.v.
589,94696,93euro),
- [slachtoffer 9] (zaak 9): een
of meerdere(Bitsa)opwaardeerkaart
en(t.w.v. 106,99 euro),
- [slachtoffer 10] (zaak 10): een
of meerdere(Bitsa) opwaardeerkaart
en(t.w.v. 106,99) en
/ofeen
of meerderegeldbedrag
enmet ongeveer een totaal van 200,00 euro,
- [slachtoffer 11] (zaak 11): een
of meerdere(Bitsa) opwaardeerkaart
en(t.w.v. 106,99) en
/of een ofmeerdere geldbedragen met ongeveer een totaal van 2.948,- euro,
- [slachtoffer 12] (zaak 12):
een ofmeerdere geldbedragen met ongeveer een totaal van 400,00 euro,
- [slachtoffer 14] (zaak 14):
een ofmeerdere geldbedragen met ongeveer een totaal van 2.150,00 euro,
- [slachtoffer 16] (zaak 16):
een ofmeerdere geldbedragen met ongeveer een totaal van
499500,00 euro en
/of
- [slachtoffer 18] (zaak 18):
een ofmeerdere (Bitsa) opwaardeerkaarten
en/of een of meerdere geldbedragenmet ongeveer een totaal van 1.514,38 euro,
dat geheel of ten dele aan die voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] , [slachtoffer 11] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 14] , [slachtoffer 16]
en/of [slachtoffer 18] toebehoorde
(n
)door
(telkens
):
- met voornoemde personen (erotisch getint) contact te leggen en/of te krijgen en/of te hebben en/of te chatten via (dating)website(s) Badoo.com en/of (dating)app Tinder en/of Whatsapp althans via een website en/of app,
en/of
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app aan (één of meer) voornoemde personen te vragen en/of voornoemde personen te stimuleren om het (erotisch getinte) gesprek voor te zetten via WhatsApp en/of,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp om naaktfoto’s en/of erotisch getinte foto’s en/of foto’s van ontblote lichaamsdelen van (één of meer) voornoemde personen te vragen en/of
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen te vragen hoe zij eruit zagen en/of hoe hun geslachtsdelen en/of billen eruit zagen en/of
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen foto’s en/of
(erotisch getinte)berichten te sturen en/of ontvangen en/of
- ( vervolgens) via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan voornoemde personen mede te delen dat hij/zij, althans verdachte, minderjarig was,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen berichten te sturen (met verschillende mobiele nummers) met daarin screenshots en/of foto's van hun persoonlijke profielen en/of contacten en/of familieleden op Facebook
en/of Instagramen/of andere sociale media platforms en/of
- voornoemde personen dreigende en/of dwingende berichten te sturen (met verschillende mobiele nummers), waarbij verdachte dwingende en/of dreigende uitlatingen en/of eisen deed, onder meer inhoudende dat voornoemde personen één of meer geldbedragen moesten vermaken en/of opwaardeerkaarten (van Bitsa) te betalen, omdat verdachte die personen anders bekend zou maken op internet
en/of voornoemde naaktfoto’s en/of erotisch getinte foto’s en/of foto’s van ontblote lichaamsdelen en/of geslachtsdelenen/of voornoemde erotisch getinte
gesprekken en/of beschuldigingen van pedofilie aan de relaties, familie, vrienden, werkgevers en/of collega's van voornoemde personen zou sturen en/of op één of meer sociale media platformen zou plaatsen, althans anderszins (via internet) zou verspreiden en/of publiceren;
2.
hij
op/in ofomstreeks de periode van 7 augustus 2023 tot en met 11 mei 2024 te [plaats 1] , [plaats 11] , [plaats 12] , [plaats 13] , [plaats 14] , [plaats 10] , [plaats 15]
en/of [plaats 16]
, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
(telkens
)ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om, met het oogmerk om zichzelf wederrechtelijk te bevoordelen,
één ofmeer
derepersonen, te weten:
- [slachtoffer 2] (zaak 2)
- [slachtoffer 3] (zaak 3),
- [slachtoffer 4] (zaak 4),
- [slachtoffer 5] (zaak 5),
- [slachtoffer 8] (zaak 8),
- [slachtoffer 13] (zaak 13),
- [slachtoffer 15] (zaak 15) en
/of
- [slachtoffer 17] (zaak 17)
door bedreiging met smaad en/of smaadschrift en/of openbaring van een geheim, te dwingen tot de afgifte van
een geldbedrag, althansenig goed, immers heeft verdachte
(telkens
):
- met voornoemde personen (erotisch getint) contact gelegd en/of gehad/of gekregen en/of te gechat via (dating)website(s) Badoo.com en/of (dating)app Tinder en/of Whatsapp althans via een website en/of app,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app aan
(één of meer)voornoemde personen gevraagd en/of voornoemde personen gestimuleerd om het (erotisch getinte) gesprek voor te zetten via WhatsApp en/of,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp om naaktfoto’s en/of erotisch getinte foto’s en/of foto’s van ontblote lichaamsdelen van (één of meer) voornoemde personen gevraagd en/of
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen gevraagd hoe zij eruit zagen en/of hoe hun geslachtsdelen en/of billen eruit zagen en/of
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan
(één of meer)voornoemde personen foto’s en/of
(erotisch getinte)berichten gestuurd en/of ontvangen en/of
- ( vervolgens) via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan voornoemde personen medegedeeld dat hij/zij, althans verdachte, minderjarig was,
- via voornoemde (chat)websites en/of (dating)app en/of WhatsApp aan (één of meer) voornoemde personen berichten verstuurd (met verschillende mobiele nummers) met daarin screenshots en/of foto's van hun persoonlijke profielen en/of contacten en/of familieleden op Facebook
en/of Instagramen/of andere sociale media platforms en/of
- voornoemde personen dreigende en/of dwingende berichten verstuurd (met verschillende mobiele nummers), waarbij verdachte dwingende en/of dreigende uitlatingen en/of eisen heeft gedaan, onder meer inhoudende dat voornoemde personen één of meer geldbedragen moesten overmaken en/of opwaardeerkaarten (van Bitsa) te betalen, omdat verdachte die personen anders bekend zou maken op internet
en/of voornoemde naaktfoto’s en/of erotisch getinte foto’s en/of foto’s van ontblote lichaamsdelen en/of geslachtsdelenen/of voornoemde
(erotisch getinte
)gesprekken en/of beschuldigingen van pedofilie aan de relaties, familie, vrienden, werkgevers en/of collega's van voornoemde personen zou sturen en/of op één of meer sociale media platformen zou plaatsen, althans anderszins (via internet) zou verspreiden en/of publiceren;
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf
(telkens
)niet is voltooid;
3.
hij
op/in
of omstreeksde periode van 7 augustus 2023 tot en met 9 december 2024 te [plaats 1]
, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (van)een
of meerderevoorwerp
en, te weten:
een geldbedrag van
ongeveer10.
335,66558,88euro
, althans een of meerdere geldbedragen,
heeft verworven, voorhanden heeft gehad
, heeft overgedragen,heeft omgezet, en/of
gebruik heeft gemaakt
terwijl hij, verdachte
, en/of zijn mededader(s)wist
(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoedendat
/dievoorwerp
(en
)- onmiddellijk of middellijk – afkomstig was
/warenuit enig
(eigen
)misdrijf, terwijl hij, verdachte, van het plegen van dat feit een gewoonte heeft gemaakt.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1:
afdreiging, meermalen gepleegd;
feit 2:
poging tot afdreiging, meermalen gepleegd;
feit 3:
van het plegen van witwassen een gewoonte maken.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaren.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat aan verdachte een straf met perspectief voor verdachte op te leggen. Verdachte heeft vooral behandeling en begeleiding nodig.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan sextortion. Verdachte heeft in ieder geval 18 slachtoffers die in de bewezenverklaring vermeld staan, afgedreigd of gepoogd af te dreigen.
Verdachte deed zich via datingsites voor als een meerderjarige vrouw en voerde (seksueel getinte) gesprekken met de slachtoffers. De relatief jonge slachtoffers gaven in deze gesprekken veel persoonlijke informatie over zichzelf en sommigen stuurden ook foto’s van zichzelf. Na verloop van tijd zei verdachte dat de ‘vrouw’ waarmee de slachtoffers contact hadden toch minderjarig was. Vervolgens dreigde verdachte dat de (seksueel getinte) gesprekken die de slachtoffers hadden gevoerd en de foto’s die zij hadden gestuurd, openbaar gemaakt zouden worden en dat hij hen zou beschuldigen van pedofilie als zij geen geld zouden betalen aan verdachte. Vervolgens werden de slachtoffers door diverse telefoonnummers benaderd, waaronder door accounts die zichzelf “ [naam 3] of [naam 3] ” noemden.
Verdachte heeft zo welbewust en op een geraffineerde manier persoonlijke gegevens van slachtoffers achterhaald. Hij maakte ze kwetsbaar door te dreigen de verkregen informatie in combinatie met de (seksueel getinte) gesprekken te openbaren en hen te beschuldigen van pedofilie. Verdachte heeft ernstig misbruik gemaakt van de aan hem verstrekte informatie. Een deel van de slachtoffers heeft ook daadwerkelijk één of meerdere keren betaald. Het enige doel van de afdreiging door verdachte was geld verdienen ten koste van de slachtoffers. Verdachte liet blijken geen enkel respect te hebben voor de slachtoffers. Hij ging volledig voorbij aan de gevoelens van angst en onveiligheid die hij door zijn handelswijze veroorzaakte.
Verdachte heeft zich daarnaast schuldig gemaakt aan witwassen. De met de afdreigingen verkregen criminele gelden konden zich op die wijze vermengen met legale gelden. Daarmee vormt het witwassen van geld een bedreiging voor de legale economie en tast het de integriteit aan van het financiële en economische verkeer. Bovendien vergemakkelijkt en bevordert het daadwerkelijk ten gelde kunnen maken van de met afdreiging verkregen opbrengsten het begaan van die misdrijven. Kennelijk had de verdachte hier geen oog voor, en had hij slechts oog voor zijn eigen financiële gewin.
De rechtbank houdt in het nadeel van verdachte ook rekening met het feit dat hij, gelet op de justitiële documentatie van 5 maart 2025, in de afgelopen vijf jaar twee keer eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten. Bovendien liep verdachte in het kader van een van die veroordelingen in een proeftijd en werd verdachte begeleid door de reclassering. Uit de reclasseringsadviezen van 11 december 2024 en 7 maart 2025 blijkt dat sprake is van een delictpatroon van afpersing en oplichting. Verdachte stond al langdurig onder reclasseringstoezicht met vrijwel alle denkbare bijzondere voorwaarden. De reclassering concludeert dat de ingezette hulpverlening, zowel klinisch als ambulant niet recidiveverminderend heeft gewerkt. Verder was er ten tijde van de bewezen verklaarde feiten stabiliteit op vrijwel elk leefgebied. Verdachte woonde begeleid, had een verantwoordelijke baan en ontving steun van zijn ouders en collega’s. De reclassering schat het recidiverisico dan ook hoog in.
Gelet op het voorgaande is alleen een onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend. Alles afwegende zal de rechtbank aan verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 3 jaren opleggen.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

8.De beoordeling van de civiele vorderingen

Feit 1
Acht benadeelde partijen hebben in verband met feit 1 een vordering tot schadevergoeding ingediend. De opgevoerde schadeposten betreffen materiële en/of immateriële schade. Zij vorderen nader te noemen bedragen telkens vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht. De volgende benadeelde partijen hebben een vordering tot schadevergoeding ingediend:
  • [slachtoffer 6] vordert € 1.629,60 aan materiële schade;
  • [slachtoffer 7] vordert € 600,- aan immateriële schade;
  • [slachtoffer 9] vordert € 124,46 aan materiële schade en € 1.800,- aan immateriële schade;
  • [slachtoffer 10] vordert € 1.700,- aan immateriële schade;
  • [slachtoffer 11] vordert € 3.054,99 aan materiële schade;
  • [slachtoffer 14] vordert € 1.200,- aan immateriële schade;
  • [slachtoffer 16] vordert € 500,- aan materiële schade;
  • [slachtoffer 18] vordert € 1.705,06 aan materiële schade en € 1.800,- aan immateriële schade.
Feit 2
Twee benadeelde partijen hebben in verband met feit 2 een vordering tot immateriële schadevergoeding ingediend. Zij vorderen nader te noemen te bedragen telkens vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht. De volgende benadeelde partij hebben een vordering tot schadevergoeding ingediend:
  • [aangever 2] namens [slachtoffer 4] vordert € 250,- aan immateriële schade;
  • [slachtoffer 13] vordert € 300,- aan immateriële schade.
Standpunten
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen van de benadeelde partijen op nader te noemen wijze kunnen worden toegewezen, met toekenning van de wettelijke rente, en vordert oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. Voor het overige moeten de benadeelde partij (gedeeltelijk) niet-ontvankelijk in hun vordering worden verklaard.
Feit 1
  • [slachtoffer 6] € 1.520,36 aan materiële schade;
  • [slachtoffer 7] € 589,24 aan materiële schade;
  • [slachtoffer 9] € 1.800 aan immateriële schade en € 124,46 aan materiële schade;
  • [slachtoffer 10] € 1.700,- aan immateriële schade;
  • [slachtoffer 11] € 3.054,99 aan materiële schade;
  • [slachtoffer 16] € 500,- aan materiële schade;
  • [slachtoffer 18] € 1.800,- aan immateriële schade en € 1.705,06 aan materiële schade.
Feit 2
  • [slachtoffer 4] € 250,- aan immateriële schade;
  • [slachtoffer 13] € 300,- aan immateriële schade.
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat, gelet op de bepleite vrijspraak voor een groot deel van de zaken, de benadeelde partijen niet-ontvankelijk in hun vorderingen moeten worden verklaard. De verdediging zal zich echter niet verzetten tegen toewijzing van de schadebedragen die volgen uit het dossier.
Ten aanzien van de vorderingen tot immateriële schade heeft de verdediging zich primair op het standpunt gesteld dat deze afgewezen, dan wel niet-ontvankelijk moeten worden verklaard nu deze schade onvoldoende is onderbouwd. Subsidiair heeft de verdediging zich op het standpunt gesteld dat de rechtbank ten aanzien van de gevorderde immateriële schade één gelijk bedrag bij de betreffende benadeelde partijen moet hanteren.
Overweging van de rechtbank
Feit 1
Materiële schade
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de benadeelde partijen die dat hebben gevorderd, als gevolg van het bewezenverklaarde handelen van verdachte rechtstreeks schade hebben geleden. Dit geldt voor de betalingen die de benadeelde partijen hebben gedaan aan verdachte. Deze schadeposten zijn voldoende onderbouwd en komen redelijk voor. Voor deze schade is verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk en zal de rechtbank toewijzen. Voor eventuele overige gevorderde schadeposten zal de rechtbank hieronder per benadeelde partij een nadere overweging opnemen.
Benadeelde partij [slachtoffer 6]
heeft verzocht om een bedrag van € 1.629,60 aan materiële schade. De rechtbank heeft het benadelingsbedrag vastgesteld op een bedrag van € 1.520,36. Dit is namelijk het bedrag dat uit de bijgevoegde bankafschriften is gebleken. De rechtbank zal de vordering, gelijk aan het benadelingsbedrag, tot een hoogte van € 1.520,36 toewijzen. De rechtbank zal de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
Benadeelde partij [slachtoffer 7]
heeft verzocht om een bedrag van € 600,- aan immateriële schade. De rechtbank begrijpt dat de benadeelde partij een bedrag van € 600,- aan materiële schade vordert nu uit de aangifte blijkt dat het bedrag bijna gelijk is aan het bedrag dat [slachtoffer 7] aan verdachte heeft betaald. De rechtbank zal de vordering, gelijk aan het benadelingsbedrag dat uit de bankafschriften blijkt, tot een hoogte van € 589,24 toewijzen. De rechtbank zal de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
Benadeelde partij [slachtoffer 9]
heeft, naast het gevorderde benadelingsbedrag van € 106,99, verzocht om een bedrag van € 17,47 voor slaapmedicatie. Uit het medisch journaal van de huisarts blijkt dat er slaapproblemen zijn ontstaan door de rechtszaak en dat daarom kortdurend slaapmedicatie is ingezet. De rechtbank overweegt dat de rechtszaak een gevolg is van het strafbare feit waarvan [slachtoffer 9] slachtoffer is geworden en neemt daarom rechtstreeks verband aan met dat strafbare feit. De rechtbank zal de vordering tot een bedrag van € 124,46 toewijzen.
Benadeelde partij [slachtoffer 16]
heeft verzocht om een bedrag van € 500,- aan materiële schade. De rechtbank heeft het benadelingsbedrag vastgesteld op een bedrag van € 499,-. De rechtbank zal de vordering, gelijk aan het benadelingsbedrag, tot een hoogte van € 499,- toewijzen. De rechtbank zal de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
Benadeelde partij [slachtoffer 18]
heeft, naast het gevorderde benadelingsbedrag van € 1.514,38, verzocht om een bedrag van € 190,68 voor opgenomen verlofuren. Er is onvoldoende gebleken dat deze schadepost (verlofuren) rechtstreeks is toegebracht door feit 1. Daarom zal de rechtbank de benadeelde partij niet-ontvankelijk in dit deel van de vordering verklaren.
Immateriële schade
Voor de beoordeling van de gevorderde immateriële schade stelt de rechtbank het volgende voorop. De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 15 maart 2019 (ECLI:NL:HR:2019:376) als uitgangspunt voorop gesteld dat van de in artikel 6:106, eerste lid, onder b, van het Burgerlijk Wetboek (BW) bedoelde aantasting in de persoon op andere wijze in ieder geval sprake is, indien de benadeelde geestelijk letsel heeft opgelopen. Degene die zich hierop beroept, zal voldoende concrete gegevens moeten aanvoeren waaruit kan volgen dat in verband met de omstandigheden van het geval psychische schade is ontstaan, waartoe nodig is dat naar objectieve maatstaven het bestaan van geestelijk letsel kan worden vastgesteld.
Daarnaast kunnen de aard en de ernst van de normschending en de gevolgen daarvan voor de benadeelde meebrengen dat van in de artikel 6:106, eerst lid, onder b BW bedoelde aantasting in de persoon op andere wijze sprake is. De benadeelde partij die zich hierop beroept zal in beginsel moeten stellen en met concrete gegevens moeten onderbouwen dat de ernstige normschending dermate ingrijpende gevolgen voor haar heeft gehad, dat zij in haar persoon is aangetast. In sommige gevallen kunnen de aard en de ernst van de normschending meebrengen dat de daaruit voor betrokkene voortvloeiende nadelige gevolgen zozeer voor de hand liggen dat aantasting in de persoon (zonder meer) kan worden aangenomen.
Verder heeft de Hoge Raad overwogen dat van een aantasting in de persoon op andere wijze als bedoeld in artikel 6:106, eerste lid, onder b BW niet reeds sprake is bij de enkele schending van een fundamenteel recht.
Benadeelde partij [slachtoffer 18]
Op basis van de genoemde bewijsmiddelen en wat ter zitting over de vordering is besproken, stelt de rechtbank vast dat de benadeelde partij [slachtoffer 18] door het bewezenverklaarde schade heeft geleden die binnen één van de categorieën van artikel 6:106 BW valt.
Door feit 1 is de benadeelde op andere wijze in de persoon aangetast. De benadeelde partij heeft dit onderbouwd met een verwijzing door de huisarts naar een psycholoog of psychiater en een uitnodiging voor een intakegesprek bij Psychiatrie Noord. Uit de verwijzing blijkt dat de oplichting (de rechtbank begrijpt: de afdreiging) van de benadeelde partij veel impact op zijn leven heeft. Dit is aan verdachte toe te rekenen. De rechtbank houdt rekening met de aard en de ernst van het feit en de bedragen die Nederlandse rechters in vergelijkbare gevallen toewijzen. Naar maatstaven van billijkheid zal zij de immateriële schade op een bedrag van € 1.000,- vaststellen. De rechtbank zal de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
Benadeelde partijen [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] en [slachtoffer 14]
In onderhavige zaak zijn de benadeelden afgedreigd via een datingsite en/of via WhatsApp. De rechtbank acht het zeer voorstelbaar dat de benadeelden hierdoor gevoelens van angst, slapeloosheid en/of andere (psychische)gevoelens hebben ondervonden. Gelet op het hiervoor weergegeven kader van de Hoge Raad, overweegt de rechtbank dat dit niet voldoende is om een aantasting in de persoon op andere wijze te kunnen aannemen.
De benadeelde partijen [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] en [slachtoffer 14] hebben hun vordering niet voldoende met stukken kunnen onderbouwen waaruit blijkt dat bij hen sprake is van een aantasting in de persoon op andere wijze. De rechtbank zal deze benadeelde partijen (voor dit deel) niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
Proceskosten
Benadeelde partij [slachtoffer 14] heeft tevens een bedrag van € 1.200,- aan proceskosten ingevuld op de vordering tot schadevergoeding. Nu dit bedrag niet verder is onderbouwd en de benadeelde partij niet op de terechtzitting is verschenen met een gemachtigde, zal de rechtbank deze proceskosten afwijzen.
Schadevergoedingsmaatregel
De rechtbank ziet aanleiding om op grond van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte op te leggen. Verdachte wordt verplicht het aan de benadeelde partijen toegewezen bedrag aan de Staat te betalen. De rechtbank zal daarbij telkens bepalen dat bij niet betalen, gijzeling kan worden toegepast.
Conclusie
De rechtbank is van oordeel dat de vorderingen voor zover zij in onderstaand schema zijn weergegeven, kunnen worden toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum zoals in onderstaand schema is genoemd. De rechtbank veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partijen in deze procedure hebben gemaakt en de kosten die de benadeelde partijen mogelijk nog moeten maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nihil.
Feit 1
Benadeelde partij
Materieel
Immaterieel
Totaal
Rente
[slachtoffer 6]
€ 1.520,36
€ 1.520,36
13 maart 2024
[slachtoffer 7]
€ 589,24
€ 589,24
18 februari 2024
[slachtoffer 9]
€ 124,46
€ 124,46
2 januari 2024
[slachtoffer 11]
€ 3.054,99
€ 3.054,99
29 november 2023
[slachtoffer 16]
€ 499,-
€ 499,-
9 oktober 2023
[slachtoffer 18]
€ 1.514,38
€ 1.000,-
€ 2.514,38
19 augustus 2023
Feit 2
Immateriële schade
Benadeelde partijen [slachtoffer 4] en [slachtoffer 13]
Gelet op het hiervoor onder feit 1 ten aanzien van de immateriële schade overwogene, overweegt de rechtbank ten aanzien van de gevorderde immateriële schade ten aanzien van feit 2 als volgt. In onderhavige zaak zijn de benadeelden [slachtoffer 4] en [slachtoffer 13] gepoogd af te dreigen via een datingsite en/of via WhatsApp. De rechtbank acht het zeer voorstelbaar dat de benadeelden hierdoor gevoelens van angst, slapeloosheid en/of andere (psychische) gevoelens hebben ondervonden. Gelet op het hiervoor weergegeven kader van de Hoge Raad, overweegt de rechtbank dat dit, zonder nadere onderbouwing, echter niet voldoende is om een aantasting in de persoon op andere wijze te kunnen aannemen.
De benadeelde partijen [slachtoffer 4] en [slachtoffer 13] hebben hun vordering niet voldoende met stukken kunnen onderbouwen waaruit blijkt dat bij hen sprake is van een aantasting in de persoon op andere wijze. De rechtbank zal deze benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.

9.De beoordeling van het beslag

Ten aanzien van het tenlastegelegde onder feit 1 en 2 is beslag gelegd op de volgende voorwerpen:
  • 1 STK Telefoontoestel, IPhone, Zwart (822917);
  • 1 STK Telefoontoestel, IPhone, Zwart met [bedrijf 1] hoesje (822920);
  • 1 STK Telefoontoestel, IPhone, met kapotte achterkant (822921).
De officier van justitie heeft verzocht om de inbeslaggenomen goederen, zoals hiervoor opgesomd, verbeurd te verklaren, nu de strafbare feiten daarmee zijn begaan.
De raadsman heeft geen standpunt ingenomen ten aanzien van het beslag.
De rechtbank zal de hiervoor opgesomde in beslaggenomen telefoontoestellen, met betrekking tot welke feit 1 en 2 zijn begaan, verbeurd verklaren.

10.De vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 18.146753.20)

De rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden heeft verdachte op 9 juli 2021 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 (dertig) maanden waarvan 12 (twaalf) maanden voorwaardelijk.
De officier van justitie vordert de tenuitvoerlegging van die voorwaardelijk opgelegde straf.
De raadsman heeft bepleit dat de proeftijd wordt verlengd en dat de bijzondere voorwaarden worden gewijzigd zoals toegelicht in het advies van de reclassering van 7 maart 2025.
Bewezen is dat verdachte zich binnen de proeftijd opnieuw schuldig heeft gemaakt aan een (zelfde soort) strafbare feiten. De rechtbank is van oordeel dat de voorwaardelijk opgelegde straf daarom ten uitvoer moet worden gelegd. De rechtbank ziet geen aanleiding om de proeftijd te verlengen en de bijzondere voorwaarden te wijzigen.

11.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf en/of maatregel is gegrond op de artikelen 33, 33a, 36f, 45, 57, 318, 420bis, 420ter van het Wetboek van Strafrecht.

12.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) jaren;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Civiele vorderingen feit 1
  • veroordeelt verdachte in verband met het feit onder 1 tot betaling van schadevergoeding aan de navolgende benadeelde partijen en bedragen aan materiële schade en immateriële schade, telkens vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de genoemde datum tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
  • veroordeelt verdachte in de kosten die de hieronder opgesomde benadeelde partijen (genummerd 1 tot en met 6) hebben gemaakt en de kosten die de benadeelde partijen mogelijk nog moeten maken om de te noemen bedragen betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nihil;
Benadeelde partij Bedrag Wettelijke rente (indien gevorderd)
1. [slachtoffer 6]€ 1.520,36 13 maart 2024
2. [slachtoffer 7]februari 2024
3. [slachtoffer 9]januari 2024
4. [slachtoffer 11]€ 3.054,99 29 november 2023
5. [slachtoffer 16]oktober 2023
6. [slachtoffer 18]€ 2.514,38 19 augustus 2023
 verklaart de volgende benadeelde partijen (voor het overige) niet-ontvankelijk in de vordering tot (im)materiële schade:
  • [slachtoffer 6] ;
  • [slachtoffer 7] ;
  • [slachtoffer 9] ;
  • [slachtoffer 10] ;
  • [Naam] [slachtoffer 14] ;
  • [slachtoffer 16] ;
  • [slachtoffer 18] ;
 legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat ten behoeve van de volgende benadeelde partijen de hier na te noemen bedragen aan materiële schade/immateriële schade te betalen. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf genoemde datum tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als het bedrag niet wordt betaald, kan gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
Benadeelde partij Bedrag Gijzeling
1. [slachtoffer 6] €1.520,36 25 dagen
2. [slachtoffer 7] €589,94 11 dagen
3. [slachtoffer 9]€ 124,46 2 dagen
4. [slachtoffer 11]€ 3.054,99 40 dagen
5. [slachtoffer 16]€ 499,- 9 dagen
6. [slachtoffer 18]€ 2.514,38 35 dagen
 bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partijen in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
Civiele vorderingen feit 2
 verklaart de volgende benadeelde partijen niet-ontvankelijk in de vordering tot immateriële schade:
  • [slachtoffer 4] ;
  • [slachtoffer 13] .
Beslag
 verklaart verbeurd de voorwerpen:
  • 1 STK Telefoontoestel, IPhone, Zwart (822917);
  • 1 STK Telefoontoestel, IPhone, Zwart met [bedrijf 1] hoesje (822920);
  • 1 STK Telefoontoestel, IPhone, met kapotte achterkant (822921).
Vordering tenuitvoerlegging
 beveelt de tenuitvoerlegging van de op 9 juli 2021 door de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden opgelegde voorwaardelijke straf, te weten een gevangenisstraf van 12 (twaalf) maanden (parketnummer 18.146753.20).
Dit vonnis is gewezen door A. Bril (voorzitter), mr. A.P. Sno en mr. M.S. de Vries, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.L. Goedheer, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 18 april 2025.
mr. M.S. de Vries is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door [verbalisant] van de politie Eenheid Oost-Nederland, districtsrecherche Noord- en Oost-Gelderland, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer 2023565688/ON3R024006 (Onderzoek Ahlfors), gesloten op 22 januari 2025 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 11] , p. 654-664.
3.Proces-verbaal van verdenking, p. 67-73.
4.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 1] , p. 452-474, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 6] , p. 570-588, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 7] , p. 592-593, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 9] , p. 622-625, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 10] , p. 644 en p. 649-650.,proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 11] p. 654-664, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 12] , p. 674-680, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 14] , p. 695-696, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 16] , p. 709-723, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 18] , p. 766-783, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , p. 484-503, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 3] , p. 505-517, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 4] , p. 522-552, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 5] , p. 554-568, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 8] , p. 615-620,proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 13] , p. 682-684, proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 15] , p. 699-703, proces-verbaal van aangifte A. [slachtoffer 17] , p. 729-763.
5.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 1] , p. 452-474.
6.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 6] , p. 570-588.
7.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 7] , p. 592-593; proces-verbaal van bevindingen, p. 596-600.
8.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 9] , p. 622-625.
9.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 10] , p. 644 en p. 649-650.
10.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 11] , p. 654-664; proces-verbaal van bevindingen, p. 665-670.
11.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 12] , p. 674-680.
12.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 14] , p. 695-696.
13.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 16] , p. 709-723.
14.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 18] , p. 766-783.
15.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , p. 484-503.
16.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 3] , p. 505-517; proces-verbaal van bevindingen, p. 519.
17.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 4] , p. 522-552.
18.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 5] , p. 554-568.
19.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 8] , p. 615-620.
20.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 13] , p. 682-684; proces-verbaal van bevindingen, p. 688-693.
21.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 15] , p. 699-703.
22.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 17] , p. 729-763.
23.Verklaring van verdachte afgelegd op de zitting van 21 maart 2025.
24.Verklaring van verdachte afgelegd op de zitting van 21 maart 2025.
25.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 10] , p. 644; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 11] , p. 655; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 12] , p. 674-675; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 14] , p. 695; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 16] , p. 710.
26.Verklaring van verdachte afgelegd op de zitting van 21 maart 2025.
27.Proces-verbaal van bevindingen, p. 270-273.
28.Processen-verbaal van aangifte: [slachtoffer 1] , 452-453; [slachtoffer 6] , p. 570-573; [slachtoffer 10] , p. 644; [slachtoffer 11] , p. 354-655; [slachtoffer 18] , p. 766-783.
29.Verklaring van verdachte afgelegd op de zitting van 21 maart 2025.
30.Proces-verbaal van bevindingen, p. 293-294.
31.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 7] , p. 592-593; proces-verbaal van bevindingen, p. 596.
32.Verklaring van verdachte afgelegd op de zitting van 21 maart 2025.
33.Proces-verbaal van bevindingen, p. 294.
34.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 9] , p. 622-625 en p. 629.
35.Bijlage transactieoverzicht, p. 329.
36.Proces-verbaal van bevindingen, p. 295.
37.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 6] , p. 570-573; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 7] , p. 592-593.
38.Proces-verbaal van bevindingen, p. 195.
39.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 7] , p. 592-593; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 8] , p. 615.
40.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 10] , p. 644; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 11] , p. 655.
41.Proces-verbaal van bevindingen, p. 211.
42.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 11] , p. 655; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 12] , p. 674; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 13] , p. 682.
43.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 12] , p. 674; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 13] , p. 682.
44.Proces-verbaal van bevindingen, p. 211.
45.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 16] , p. 709; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 18] , p. 766; proces-verbaal van aangifte, [slachtoffer 15] , p. 700; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 17] , p. 729.
46.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 16] , p. 710; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 18] , p. 766.
47.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , p. 484; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 3] , p. 505-506; proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 4] , p. 522.
48.Proces-verbaal van bevindingen, p. 803-807.
49.Proces-verbaal van bevindingen (onderzoek aan iPhone XR), p. 375-390.
50.Verklaring van verdachte afgelegd op de zitting van 21 maart 2025.
51.Proces-verbaal van bevindingen (onderzoek aan iPhone XR), p. 375-390.
52.Proces-verbaal van bevindingen (onderzoek aan iPhone SE), p. 357-367.
53.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] , p. 450-451.
54.Proces-verbaal van bevindingen (hernieuwde analyse iPhone 11), p. 394-438.
55.Bijlage 2: print vertaling in NL van deel EOB-U-2024012571, p. 338-339.
56.Proces-verbaal van bevindingen (hernieuwde analyse iPhone 11), p. 394-438.
57.Proces-verbaal van bevindingen (hernieuwde analyse iPhone 11), p. 394-438.
58.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 1] , p. 452-453.
59.Proces-verbaal van bevindingen (hernieuwde analyse iPhone 11), p. 405.
60.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 4] , p. 522-523
61.Proces-verbaal van bevindingen (hernieuwde analyse iPhone 11), p. 405.
62.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , p. 484-485.
63.Proces-verbaal van bevindingen (Asus Laptop), p. 391-393.
64.Tabel 1, p. 189.
65.Proces-verbaal van bevindingen, p. 293-294.