3.16Gezien dit, zal de maatregel worden verlengd nu de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen verlenging eisen. De duur van de verlenging is twee jaar, gezien de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging.
verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling van [betrokkene] met
twee jaren.
beëindigt de verpleging van overheidswege onder het stellen van de volgende voorwaarden:
1. Betrokkene maakt zich niet schuldig aan een strafbaar feit.
2. Betrokkene werkt mee aan het reclasseringstoezicht. Deze medewerking houdt onder andere in:
Betrokkene meldt zich op afspraken bij de reclassering. De reclassering bepaalt hoe vaak dat nodig is.
Betrokkene laat een of meer vingerafdrukken nemen en laat een geldig identiteitsbewijs zien. Dit is nodig om de identiteit van betrokkene vast te stellen.
Betrokkene houdt zich aan de aanwijzingen van de reclassering. De reclassering kan aanwijzingen geven die nodig zijn voor de uitvoering van het toezicht of om betrokkene te helpen bij het naleven van de voorwaarden.
Betrokkene helpt de reclassering aan een actuele foto waarop zijn gezicht herkenbaar is. Deze foto is nodig voor opsporing bij ongeoorloofde afwezigheid.
Betrokkene werkt mee aan huisbezoeken.
Betrokkene geeft de reclassering inzicht in de voortgang van begeleiding en/of behandeling door andere instellingen of hulpverleners.
Betrokkene vestigt zich niet op een ander adres zonder toestemming van de reclassering.
Betrokkene werkt mee aan het uitwisselen van informatie met personen en instanties die contact hebben met betrokkene, als dat van belang is voor het toezicht.
3. Als de reclassering dat nodig vindt en betrokkene daarmee instemt, kan betrokkene voor een time-out worden opgenomen in een [de kliniek] ( [de kliniek] ) of andere instelling. Deze time-out duurt totdat de reclassering of betrokkene deze beëindigt, maar maximaal zeven weken, met de mogelijkheid van verlenging met nog eens maximaal zeven weken, tot maximaal veertien weken per jaar.
4. Betrokkene gaat niet naar het buitenland of het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden, zonder toestemming van de reclassering.
5. Betrokkene laat zich behandelen bij een forensische polikliniek of soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering indien de reclassering dit geïndiceerd vindt en voor zolang de reclassering dat nodig vindt. Betrokkene houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt.
6. Betrokkene werkt mee aan de ambulante begeleiding in het kader van VPT door het Leger des Heils of een andere instelling. Betrokkene zal samen met de reclassering en de ambulante begeleiders doelen opstellen en betrokkene zal inzicht geven in de voortgang hiervan. Betrokkene werkt mee aan huisbezoeken en stelt zich begeleidbaar op.
7. Betrokkene gebruikt geen drugs en werkt mee aan controle op dit verbod. De controle gebeurt met urineonderzoek door middel van de RUMA-marker. De reclassering bepaalt hoe vaak betrokkene wordt gecontroleerd.
8. Betrokkene gebruikt geen alcohol, en werkt mee aan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) om dit alcoholverbod te controleren. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak betrokkene wordt gecontroleerd.
9. Betrokkene zet zich in voor het realiseren en behouden (inspanningsverplichting) van een passende en door de reclassering goedgekeurde vorm van dagbesteding, bij voorkeur betaald werk, en houdt zich aan de voorwaarden/regels die aan hem worden gesteld. De dagbesteding draagt bij aan het voorkomen van delictgedrag.
10. Betrokkene geeft de reclassering inzicht in zijn financiën en schulden. Indien nodig werkt betrokkene mee aan budgetbeheer dan wel beschermingsbewind, ter beoordeling aan de reclassering.
De rechtbank geeft de reclassering Leger des Heils opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en betrokkene ten behoeve daarvan te begeleiden.
Deze beslissing is gegeven door mr. F.J.H. Hovens, voorzitter, mr. R.M.H. Pennings en mr. R.D. Leen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L.L.M. van Schaik, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 18 april 2025.
mr. L.L.M. van Schaik is buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.