ECLI:NL:RBGEL:2025:4063

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
27 mei 2025
Publicatiedatum
27 mei 2025
Zaaknummer
AWB-25_322
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang en openbaar document

In deze uitspraak op het beroep van eiser komt de rechtbank tot het oordeel dat eiser geen procesbelang heeft bij de beoordeling van zijn beroep. Het beroep van eiser is gericht tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen om op grond van de Wet open overheid (Woo) geen stukken openbaar te maken. De rechtbank legt hieronder uit hoe zij tot dit oordeel komt en wat de gevolgen zijn. Omdat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, doet de rechtbank uitspraak zonder zitting, zoals mogelijk gemaakt door artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht.

Eiser heeft verzocht om een kopie van het document van de stadsdichter dat sinds 28 augustus 2024 in de vitrine van de hal van het stadshuis ligt. Het college heeft op 9 september 2024 eisers openbaarmakingsverzoek afgewezen, omdat het gedicht van de stadsdichter niet valt onder de publieke taak of een aanverwante daarvan. Bovendien is de gemeente geen eigenaar van het gedicht, waardoor het niet mogelijk is om het gedicht te verstrekken. In het bestreden besluit van 16 januari 2025 heeft het college eisers bezwaar kennelijk ongegrond verklaard, met de mededeling dat het gedicht inmiddels openbaar is.

De rechtbank heeft op 2 april 2025 schriftelijk vragen gesteld aan eiser over zijn procesbelang bij het beroep. Eiser heeft op 5 april 2025 gereageerd en stelt dat hij procesbelang heeft. De rechtbank oordeelt dat procesbelang aanwezig is als een belanghebbende met het rechtsmiddel kan bereiken wat hem voor ogen staat. Eiser heeft verzocht om een kopie van het document dat inmiddels op verschillende websites is gepubliceerd. De rechtbank concludeert dat eiser geen procesbelang meer heeft, omdat het document al openbaar is en hij met zijn verzoek niet kan bereiken dat het document alsnog openbaar wordt gemaakt. Daarom verklaart de rechtbank het beroep van eiser kennelijk niet-ontvankelijk.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Bestuursrecht
zaaknummer: ARN 25/322

uitspraak van de enkelvoudige kamer van

in de zaak tussen

[eiser], uit [plaats], eiser

en

het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen

(gemachtigde: [naam gemachtigde]).

Samenvatting

1. In deze uitspraak op het beroep van eiser komt de rechtbank tot het oordeel dat eiser geen procesbelang heeft bij de beoordeling van zijn beroep. Het beroep van eiser is gericht tegen het besluit van het college om op grond van de Wet open overheid (Woo) geen stukken openbaar te maken. De rechtbank legt hieronder uit hoe zij tot dit oordeel komt en wat de gevolgen zijn.
1.1.
Omdat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, doet de rechtbank uitspraak zonder zitting. Artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht maakt dat mogelijk.

Procesverloop

2. Eiser heeft verzocht om een kopie van het document van de stadsdichter dat sinds 28 augustus 2024 in de vitrine van de hal van het stadshuis ligt. Met het besluit van
9 september 2024 heeft het college eisers openbaarmakingsverzoek afgewezen, omdat het gedicht van de stadsdichter niet valt onder de publieke taak of een aanverwante daarvan. Daarnaast is de gemeente geen eigenaar van het gedicht waardoor het niet mogelijk is om het gedicht te verstrekken. Met het bestreden besluit van 16 januari 2025 heeft het college eisers bezwaar kennelijk ongegrond verklaard. In het bestreden besluit staat dat, onder verwijzing naar de vindplaats, het gedicht inmiddels openbaar is.
2.1.
De rechtbank heeft op 2 april 2025 schriftelijk vragen gesteld aan eiser over zijn procesbelang bij het beroep.
2.2.
Eiser heeft op 5 april 2025 gereageerd op de brief van 2 april 2025. Eiser stelt dat hij procesbelang heeft bij het beroep.

Beoordeling door de rechtbank

3. Procesbelang is aanwezig als een belanghebbende met het rechtsmiddel kan bereiken wat hem voor ogen staat.
3.1.
Eiser heeft verzocht om een kopie van het document van de stadsdichter dat sinds 28 augustus 2024 in de vitrine van de hal van het stadshuis ligt. Uit het bestreden besluit blijkt dat het gedicht inmiddels is gepubliceerd op verschillende websites. Verder heeft eiser bij zijn beroep een kopie van het gedicht overgelegd.
3.2.
De rechtbank is van oordeel dat eiser geen procesbelang meer heeft bij de beoordeling van zijn beroep. Eiser wil met zijn beroep bereiken dat het document openbaar wordt gemaakt. Dit document is inmiddels openbaar en raadpleegbaar via diverse websites. Eiser heeft bij zijn beroep ook een kopie van het verzochte document overgelegd. Omdat het document al openbaar is, kan eiser met zijn verzoek niet bereiken dat het document alsnog openbaar wordt gemaakt.

Conclusie en gevolgen

4. Omdat eiser geen procesbelang heeft, is het beroep van eiser kennelijk niet-ontvankelijk.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W.P.C.G. Derksen, rechter, in aanwezigheid van
mr.L. Janssen, griffier. Uitgesproken in het openbaar op:
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over verzet

Als partijen het niet eens zijn met deze uitspraak, kunnen zij een verzetschrift sturen naar de rechtbank waarin zij uitleggen waarom zij het niet eens zijn met deze uitspraak. Het verzetschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Als partijen graag een zitting willen om het verzetschrift toe te lichten, moeten zij dit in het verzetschrift vermelden.