4.5.[gedaagde in conv.] heeft een contra-expertise laten uitvoeren door [bedrijf 3] (zie hiervoor 2.10). Volgens [gedaagde in conv.] blijkt uit de rapportage van [bedrijf 3] dat hij de toiletpot op een correcte hoogte heeft gemonteerd. De kantonrechter volgt [gedaagde in conv.] niet in dit standpunt. In de rapportage van [bedrijf 3] wordt immers juist bevestigd dat het volgens de NEN-leidraad “goed en deugdelijk werk” gebruikelijk is om de toiletpot op een hoogte van 43 centimeter te hangen. Ook uit de rapportage van [bedrijf 3] blijkt derhalve dat de hoogte waarop de toiletpot is gemonteerd, hoger is dan gebruikelijk. Weliswaar wordt in de rapportage tevens vermeld dat het bij renovatie van het toilet in een appartementencomplex (voornamelijk gebruik door senioren) de bovenkant van een closetzitting tussen de 46 en 50 centimeter boven de vloer wordt aangebracht, maar in dit geval is geen sprake van een appartementencomplex zodat de daarvoor geldende norm niet toepasselijk is. Aan deze conclusie van [bedrijf 3] wordt daarom voorbijgegaan. Uitgangspunt is dan ook dat [gedaagde in conv.] de toiletpot hoger heeft gemonteerd dan gebruikelijk is op grond van de daarvoor geldende richtlijnen. Dit levert een gebrek op.
4.5.1.Partijen zijn het erover eens dat de kitlaag aan de achterzijde van de toiletpot niet strak en glad is aangebracht en dat deze kitlaag moet worden vervangen. Dit levert een gebrek op.
- toiletpot zit niet vast
4.5.2.Tussen partijen staat vast dat de toiletpot niet vast tegen de achterwand is gemonteerd omdat de moeren tussen de toiletpot en het inbouwreservoir onvoldoende zijn aangedraaid. Hierdoor is sprake van speling. Dit levert een gebrek op.
4.5.3.Niet in geschil is dat de drukplaat van het inbouwreservoir niet aansluit op het tegelwerk waardoor in het tegelwerk een kier zichtbaar is. Dit levert een gebrek op.
- deurdorpel in het toilet
4.5.4.[eiser in conv.] heeft gesteld dat [gedaagde in conv.] heeft nagelaten om de oude deurdorpel van het toilet te vervangen terwijl partijen wel hebben afgesproken dat [gedaagde in conv.] dit zou doen.
4.5.5.[gedaagde in conv.] heeft betwist dat het vervangen van de deurdorpel in het toilet onderdeel uitmaakt van de overeengekomen werkzaamheden. Deze betwisting valt echter niet te rijmen met het feit dat in de offerte van [gedaagde in conv.] bij het onderdeel
‘Materialen’is vermeld:
‘Hardstenen dorpels 50x1050x20’.Zonder nadere toelichting, die ontbreekt, valt niet in te zien waarom [gedaagde in conv.] in de offerte een post voor hardstenen dorpels opneemt als partijen niet zijn overeengekomen dat [gedaagde in conv.] ook de deurdorpel in het toilet zou gaan vervangen. Aan de betwisting door [gedaagde in conv.] wordt dan ook voorbijgegaan. Uitgangspunt is dan ook dat het vervangen van de deurdorpel in het toilet onderdeel uitmaakt van het overeengekomen werk. [gedaagde in conv.] is zijn verplichtingen uit de overeenkomst op dit punt niet nagekomen.
- oude vloertegels en betonnen ondervloer in het toilet
4.5.6.Partijen zijn het erover eens dat de oude vloertegels en de ondervloer in het toilet niet zijn verwijderd terwijl partijen dit wel zijn overeengekomen. [gedaagde in conv.] is zijn verplichtingen uit de overeenkomst op dit punt derhalve niet nagekomen.
- toilet spettert bij het doortrekken
4.5.7.[eiser in conv.] heeft gesteld dat het toilet spettert bij het doortrekken maar hij heeft die stelling, hoewel dit op zijn weg had gelegen, niet nader onderbouwd. In de rapportages van [bedrijf 2] en [bedrijf 3] is juist vermeld dat tijdens de opname het spetteren niet is waargenomen. Van een gebrek op dit punt is derhalve niet gebleken.
4.5.8.Tussen partijen staat vast dat de kraan die is gemonteerd op het wastafelblad niet waterdicht is omdat [gedaagde in conv.] geen kraanvoetje/afdichtring heeft gemonteerd. Dit levert een gebrek op.
- badkamermeubel in badkamer
4.5.9.[eiser in conv.] heeft gesteld dat het wastafelblad scheef op de onderkast is gemonteerd. In de rapportage van [bedrijf 2] is in dit verband vermeld dat de onderkast van het badkamermeubel niet symmetrisch onder het wastafelblad is aangebracht. Hierdoor kan water in de bovenzijde van de zijwand van de onderkast trekken. Een aanpassing is daarom volgens [bedrijf 2] noodzakelijk.
4.5.10.[gedaagde in conv.] heeft de stellingen van [eiser in conv.] en de bevindingen van [bedrijf 2] op dit punt niet gemotiveerd weersproken. Als onvoldoende gemotiveerd weersproken staat daarom vast dat [gedaagde in conv.] de onderkast van het badkamermeubel niet symmetrisch onder het wastafelblad heeft aangebracht. Dit levert een gebrek op.
- wandcontactdozen en wasmachinekraan in badkamer
4.5.11.Niet in geschil is dat [gedaagde in conv.] de wandcontactdozen en de wasmachinekraan in de badkamer niet heeft vastgezet waardoor deze onderdelen loshangen in de wand en in het tegelwerk. Dit levert een gebrek op.
- glaswand douchecabine badkamer
4.5.12.Tussen partijen staat vast dat in de glaswand van de douchecabine een pitje (verdiept holletje) zit. In de rapportage van [bedrijf 2] is daarvan een foto weergegeven. Uit die foto blijkt dat het gaat om een zeer klein pitje. Dit wordt door [bedrijf 2] ook bevestigd. In de rapportage van [bedrijf 2] wordt voorts aangegeven dat de aanwezigheid van dit pitje geen gevolgen heeft voor het gebruik van de glaswand. Het gaat derhalve om een minimale afwijking die enkel esthetisch van aard is. Gelet hierop is de kantonrechter van oordeel dat het pitje in de glaswand niet is aan te merken als een gebrek.
- schuifdeuren douchecabine badkamer
4.5.13.[eiser in conv.] heeft gesteld dat de douchecabine scheef is. Ter onderbouwing van die stelling heeft hij verwezen naar de rapportage van [bedrijf 2] . Daaruit blijkt dat de inspecteur van [bedrijf 2] na onderzoek met de waterpas kleine afwijkingen in het waterpas zijn van de douchecabine, zowel horizontaal als verticaal, heeft vastgesteld en daarom tot de conclusie komt dat de douchecabine niet recht en waterpas is geplaatst. Volgens [bedrijf 2] sluiten de deuren van de douchecabine daarom niet goed op elkaar aan.
4.5.14.[gedaagde in conv.] heeft de bevindingen van [bedrijf 2] betwist. Hij heeft daartoe verwezen naar de rapportage van [bedrijf 3] . Daarin is vermeld dat [bedrijf 3] tijdens een visuele inspectie heeft geconstateerd dat de douchecabine correct is geplaatst en dat de deuren niet naar behoren werken maar dat dit onder de wettelijke fabrieksgarantie valt.
4.5.15.De kantonrechter is van oordeel dat [gedaagde in conv.] de bevindingen van [bedrijf 2] over de plaatsing van de douchecabine door overlegging van de rapportage van [bedrijf 3] onvoldoende heeft betwist. Uit de bevindingen van [bedrijf 3] blijkt immers dat de douchecabine enkel visueel is geïnspecteerd en dat daarbij, anders dan door [bedrijf 2] is gedaan, de douchecabine niet is nagelopen met een waterpas. Aan de conclusie van [bedrijf 3] dat de douchecabine correct is geplaatst, zonder dat die conclusie met gegevens is onderbouwd, wordt daarom geen waarde gehecht. Als onvoldoende gemotiveerd weersproken staat derhalve vast dat [gedaagde in conv.] de douchecabine niet recht en waterpas heeft geplaatst. Dit levert een gebrek op.
- bevestigingspunten schuifdeuren douchecabine
4.5.16.Niet in geschil is dat de bevestigingspunten van de schuifdeuren van de douchecabine niet allemaal door [gedaagde in conv.] van de bijgeleverde afdekdopjes zijn voorzien. Dit levert een gebrek op.
4.5.17.Partijen zijn het erover eens dat het doucherekje met te weinig (twee in plaats van vier) en met de verkeerde schroeven (gewone schroeven in plaats van RVS-schroeven) is bevestigd. Dit levert een gebrek op.
- bouwkundige koof is onjuist afgetimmerd
4.5.18.[eiser in conv.] heeft gesteld dat de bouwkundige koof onjuist is afgetimmerd. [eiser in conv.] heeft die stelling echter, hoewel dit op zijn weg had gelegen, niet nader onderbouwd. Het enkel verwijzen naar de rapportage van [bedrijf 2] is daarvoor in elk geval onvoldoende. Daarin is namelijk enkel vermeld dat de bouwkundige koof in de badkamer om onduidelijke redenen is opgebouwd uit meerdere lagen waar nieuw wandtegelwerk overheen is aangebracht. Uit die enkele constatering kan niet worden afgeleid dat de koof onjuist is afgetimmerd. Van een gebrek op dit punt is derhalve niet gebleken.
- mechanische ventilatie in koof badkamer
4.5.19.Tussen partijen staat vast dat door het opdikken van de bouwkundige koof het afzuigventiel van de mechanische ventilatie niet meer aansluit op de buis van de ventilatie en dat daardoor de mechanische ventilatie niet goed werkt. Dit levert een gebrek op.
4.5.20.Niet in geschil is dat [gedaagde in conv.] het plafond in de badkamer niet heeft gestukt terwijl partijen wel zijn overeengekomen dat [gedaagde in conv.] dit zou doen. [gedaagde in conv.] is daarmee zijn verplichtingen uit de overeenkomst op dit punt niet nagekomen.
- deel van het oude tegelwerk in badkamer
4.5.21.Niet in geschil is dat [gedaagde in conv.] in de douchehoek van de badkamer de oude vloertegels heeft laten zitten. Dit blijkt ook uit de foto’s die [gedaagde in conv.] tijdens de uitvoering van de werkzaamheden zelf heeft gemaakt (zie hiervoor pagina 16 van de rapportage van [bedrijf 2] ). Uit de offerte blijkt echter dat [eiser in conv.] de oude tegelvloer in de badkamer zou verwijderen. Door dit na te laten, is [gedaagde in conv.] zijn verplichtingen uit de overeenkomst op dit punt niet nagekomen.