In deze zaak verzoekt de moeder om vervangende toestemming voor een vakantie naar Curaçao en Bonaire met haar minderjarige kind in de periode van 12 juli 2025 tot 24 juli 2025. De vader, die niet is verschenen en geen verweer heeft gevoerd, heeft zijn toestemming voor de vakantie niet verleend. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vader, ondanks herhaaldelijke verzoeken van de moeder, zijn toestemming niet geeft en dat er geen argumenten zijn die het onthouden van toestemming rechtvaardigen. De rechtbank wijst het verzoek van de moeder toe en verleent haar vervangende toestemming voor de vakantie. Tevens wordt de vader in de proceskosten veroordeeld, omdat zijn houding de moeder heeft gedwongen om een procedure te starten. De rechtbank benadrukt dat het belang van het kind voorop staat en dat de vader's gedrag niet in het belang van het kind is.