ECLI:NL:RBGEL:2025:4666
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering omgevingsvergunning voor het aanbrengen van verharding en stelconplaten achter een bedrijf
In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland op 19 juni 2025 uitspraak gedaan over de weigering van een omgevingsvergunning voor het aanbrengen van verharding en stelconplaten achter het bedrijf van eiser, gevestigd in [plaats]. Eiser had op 28 februari 2022 een omgevingsvergunning aangevraagd, maar het college van burgemeester en wethouders van de gemeente West Betuwe heeft deze aanvraag op 2 juni 2022 afgewezen. De rechtbank heeft de afwijzing beoordeeld aan de hand van de beroepsgronden van eiser, die stelde dat de afwijzing onterecht was en dat er bijzondere redenen waren om van het bestemmingsplan af te wijken. De rechtbank oordeelde dat het college terecht had geconcludeerd dat de aanvraag in strijd was met het bestemmingsplan "Buitengebied 2012" en dat er geen goede ruimtelijke ordening was. Eiser kreeg geen gelijk en het beroep werd ongegrond verklaard. De rechtbank benadrukte dat het college beleidsruimte heeft bij het verlenen van omgevingsvergunningen en dat de belangen van de betrokken partijen zorgvuldig moeten worden afgewogen. De rechtbank concludeerde dat de verharding ten koste ging van de openheid van het landschap en dat de verkeersveiligheid geen reden was om de vergunning te verlenen. Eiser kreeg geen vergoeding van proceskosten en het griffierecht werd niet teruggegeven.