Uitspraak
1.[eiser sub 1] ,
2.
[eiser sub 2],
1.De procedure
- de nagezonden producties 12 tot en met 22 en aangevulde producties 10 en 11 van de leerkrachten
- de op voorhand toegezonden producties 1 tot en met 10 van VPCO
- de akte eiswijziging van de leerkrachten
- de mondelinge behandeling van 19 juni 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt en waar beide gemachtigden aan de hand van een pleitnota het woord hebben gevoerd.
2.De feiten
In dit rapport is de volgende conclusie te lezen:
‘(…)Conclusie
“(…) Samengevat is mijn voorgenomen besluit op overplaatsing binnen de organisatie gestoeld op bewust ondermijnen van een gangbare professionele cultuur, waarbij er weinig acceptatie is van- en respect voor het gezag van de schoolleiding.(…)”.De leerkrachten zijn vrijgesteld van hun taken tot 19 mei 2025.
Op 19 mei 2025 heeft een vervolggesprek plaatsgevonden. Hierna zijn de leerkrachten bij besluiten van 21 mei 2025 ( [eiser sub 1] ) en 22 mei 2025 ( [eiser sub 2] ) in kennis gesteld van de beslissing dat zij per onmiddellijk zijn overgeplaatst naar de invalpool van VPCO.
“(…) afgelopen week heb ik het bestuurlijk besluit moeten effectueren om twee leerkrachten over te plaatsen naar een andere plek binnen onze organisatie. Het betreft juf [eiser sub 2] en juf [eiser sub 1] . Ik wil benadrukken dat dit niks te maken heeft met hun kwaliteiten als leerkracht in de klas.
De bedrijfsarts heeft op 2 juni 2025 gerapporteerd met betrekking tot [eiser sub 2] :
‘Knelpunt huidige functieEr is sprake van een arbeidsgeschil. Daarnaast stelt het eigen werk hogere eisen aan het persoonlijk en sociaal functioneren dan op dit moment haalbaar. (…)
“(…) Hierbij bericht ik je dat ik mijn besluit van 22 mei 2025 om jou over te plaatsen, intrek.
3.Het geschil
1. de leerkrachten binnen 24 uur na de datum van het kort geding vonnis, althans binnen 24 uur na de betekening van het in dezen te wijzen vonnis hun gebruikelijke en overeengekomen werkzaamheden en taken op de gebruikelijke wijze en tegen betaling van het overeengekomen salaris te laten hervatten op De Klokbeker in de functie van leerkracht groep 7 ( [eiser sub 1] ) leerkracht groep 8 ( [eiser sub 2] ) met alle bij die functie behorende taken en bevoegdheden, zulks per leerkracht op straffe van een onmiddellijk opeisbare dwangsom van € 10.000,- voor het geval VCPO hiermee in gebreke blijft en van
€ 1.100,- ( [eiser sub 1] ) en € 1.000,- ( [eiser sub 2] ) voor iedere dag dat de overtreding voortduurt;
6:119 BW daarover vanaf het einde van voormelde termijn tot aan de dag der algehele voldoening.
4.De beoordeling
Vanaf dat moment zijn de leerkrachten dus niet (meer) geschorst, vrijgesteld van werk, op non-actief gesteld, overgeplaatst of vanwege een ander besluit of maatregel verplicht om het werk te verlaten. De leerkrachten bevinden zich in dezelfde (rechts)positie als vóór 6 mei 2025 en behoren in beginsel hetzelfde behandeld te worden als iedere andere leerkracht van De Klokbeker.
Voor zover ten tijde van de adviezen van de bedrijfsarts naast situationele redenen ook medische redenen ten grondslag lagen aan de ziekmelding, hebben de leerkrachten verklaard dat zij zich inmiddels voldoende hersteld achten en in staat zijn om weer aan het werk te gaan in hun eigen klas. Zij stellen dat het advies van de bedrijfsarts kort na het overplaatsingsbesluit wel klopte, maar inmiddels is achterhaald doordat de vele steunbetuigingen die zij hebben ontvangen van ouders en (ex-)collega’s hen goed heeft gedaan.
De problematische situatie binnen de schoolorganisatie van De Klokbeker bestond al vóór het (voornemen tot het) overplaatsingsbesluit, maar was toen geen aanleiding voor een ziekmelding door of situationele arbeidsongeschiktheid van de leerkrachten en evenmin tot een feitelijk onwerkbare situatie voor de leerkrachten. Niet valt in te zien dat dit nu bij terugkeer van de leerkrachten anders zou zijn. De gang van zaken op en na 6 mei 2025 heeft veel impact gehad op de leerkrachten en was kennelijk aanleiding voor de ziekmelding, maar de reactie (van ouders en collega’s) nadien heeft dat weer weggenomen waardoor voor de leerkrachten niets in de weg staat aan hun terugkeer op dit moment.
Anders dan VPCO wellicht meent, heeft de bedrijfsarts niet geadviseerd tot mediation voor de hele school, maar is mediation alleen geadviseerd in relatie tot de individuele ziekmeldingen. Het advies richt zich dus alleen op mediation om te komen tot herstel van de verhouding tussen de werkgever en deze individuele werknemers door het conflict bespreekbaar en hanteerbaar te maken en via mediation toe te werken naar een volledige hervatting van het eigen werk. Het conflict, dat aanleiding was voor de ziekmelding en het mediationadvies, is het conflict over de overplaatsingsbesluiten. Nu die besluiten zijn ingetrokken, lijkt mediation niet langer de weg tot verder herstel. Een logisch vervolg op de intrekking is de hervatting van de eigen werkzaamheden. In die werkzaamheden ligt geen conflict, dus dit kan ook zonder mediation plaatsvinden.
4.7. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de vordering tot tewerkstelling zal worden toegewezen. Hoewel de tijd tot de zomervakantie kort is en de leerkrachten, zeker voor de leerlingen van groep 8, die korte periode willen benutten voor een positieve eindfase, is het ook gewenst dat collega’s en ouders de tijd krijgen om de leerlingen voor te bereiden op een wijziging in de onderwijssituatie, zoals de leerkrachten ook hebben genoemd. De tewerkstelling zal daarom worden toegewezen per maandag 30 juni aanstaande. De gevorderde dwangsom zal worden gematigd en gemaximeerd zoals vermeld onder de beslissing.
Voor wat betreft de berichtgeving aan de collega’s op De Klokbeker en de ouders en leerlingen van de groepen 7 en 8 van de leerkrachten kan VPCO volstaan met de feitelijke mededeling dat de overplaatsingsbesluiten door VPCO zijn ingetrokken omdat de grondslag voor die besluiten niet kon worden onderbouwd en aangetoond en dat de leerkrachten dus weer aan het werk gaan met ingang van 30 juni 2025. De vordering zal op die wijze worden toegewezen, waaraan een beperkte dwangsom zal worden verbonden.
5.De beslissing
€ 5.000,- per leerkracht, voor het geval VPCO hiermee ten aanzien van een leerkracht in gebreke blijft en van € 500,- per dag voor iedere dag dat een overtreding voortduurt, tot een maximum van € 10.000,00,
‘op last van de kantonrechter als voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland, bericht het bestuur van VPCO dat de overplaatsingsbesluiten voor juf [eiser sub 1] en juf [eiser sub 2] door VPCO zijn ingetrokken omdat de grondslag voor die besluiten niet kon worden onderbouwd en aangetoond. De leerkrachten gaan dus weer aan het werk met ingang van 30 juni 2025.’