Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van
[eiseres] en [eiser] uit [plaats], eisers,
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brummen
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
“exorbitante afwijkingen tussen gerealiseerde bouwwerken, vergunde bouwwerken en bestemmingsplan en overige regelgeving met de voor de bouw verantwoordelijke eigenaar recht te zetten.”Op 25 november 2019 hebben eisers nog twee e-mailberichten gestuurd, met het verzoek om
“vlot handelen door de gemeente om niet een nieuwe eigenaar het schip in te laten gaan”en de mededeling dat zij de gemeente een gebrek aan handelend optreden verwijten
.
. [3]
Wij zien gezien het bovenstaande voor ons verder geen rol bij het de-escaleren.”en
“Wateroverlast/peil [locatie] (…) zien wij ook hier geen rol voor ons weggelegd.”Volgens eisers heeft de contactpersoon bij de gemeente hen geadviseerd een nieuw handhavingsverzoek in te dienen. Eisers hebben dit gedaan en formuleren hun verzoek van 14 december 2022 als volgt:
Bij dezen verzoeken wij u integraal te handhaven op het geheel van bij [locatie] te [plaats] behorende percelen. N.B.: het vigerend bestemmingsplan is [locatie] (…). Wij melden dit omdat meermaals is gebleken dat gemeente Brummen moeite heeft om dit bestemmingsplan te hanteren voor dit perceel.”Uit het gebruik van de term ‘integraal’, leidt de rechtbank af dat het een allesomvattend handhavingsverzoek is. De betekenis van integraal volgens Van Dale is namelijk ‘voltallig, geheel’. Dat betekent dus dat integraal als bijvoeglijk naamwoord wordt gebruikt als er niets aan ontbreekt. Dat betekent dat de handhavingsverzoeken van 24 juli 2019 en van 25 november 2019 van datzelfde jaar in dit allesomvattende handhavingsverzoek van 14 december 2022 zijn verwerkt en dus niet meer als zelfstandige handhavingsverzoeken voortbestaan.
“Er is een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van de woning, met daarbij een schuur van 20,13 x 6,00 meter, met een hoogte van 4,836 meter. Tijdens de controle is vastgesteld dat een schuur is gebouwd van 6,20 meter breed en 20,45 meter lang. De oppervlakte van de schuur is 126,79 m2. De hoogte van de schuur is aan de voorzijde 4,80 en aan de achterzijde 4,81 meter. De daknok is dus niet hoger dan 5 meter en de schuur staat op meer dan 4 meter van het hoofdgebouw. (…) De schuur is vergunningsvrij op basis van artikel 2, lid 3, Bijlage II Bor.”Over de woning is het college in het primaire besluit minder expliciet. Nergens staat dat de gerealiseerde woning aan de maximaal vergunde maatvoering voldoet. Impliciet is de grootte van de woning echter wel aan bod gekomen, namelijk bij de beoordeling van de door eisers gestelde overschrijding van de grens tussen de bestemmingsvlakken ‘wonen’ en ‘agrarisch’. In het kader van de beslissing op bezwaar van 15 november 2023 heeft de commissie bezwaarschriften daarover geconcludeerd dat
“het college uitgebreid en zorgvuldig onderzoek heeft gedaan. Dit onderzoek rechtvaardigt naar de menig van de commissie de conclusie dat de woning binnen de bestemmingsgrenzen is gebouwd”.Daarnaast hebben eisers op 24 mei 2022 het rapport van de controle van het perceel [locatie] van 28 oktober 2019 ontvangen. Hieruit blijkt de volgende constatering:
“Er zijn géén noemenswaardige overschrijdingen waargenomen tijdens de meting. De woning heeft in de vergunning als buitenwerkse maten (bxl) 9,854 x 17,236 ml, in de praktijk zijn de buitenwerkse maten (bxl) 9,85x17,4 ml. De hoogte maten van de woning zijn conform de verleende vergunning. (…) De oppervlakte conform de vergunning is 141,24 m2 in de praktijk is dat 142,96 m2 (voor de berekening zie onderzijde document Een minimale afwijking van ± 1% ten opzichte van de verleende vergunning. De conclusie is dat de afwijking veroorzaakt wordt door in het werk gebruikte materialen.”In de beslissing op bezwaar van 15 mei 2024 inzake de ingebrekestelling heeft de commissie naar dit rapport verwezen, door overname van het advies van de commissie bezwaarschriften:
“Wat uw vraag over de hoogte- en oppervlaktematen van de woning aan de [locatie] betreft, het antwoord daarop staat in het inspectierapport van 28 oktober 2019.”