Deze uitspraak betreft het voortduren van de maatregel van bewaring die de minister van Asiel en Migratie aan de eiser heeft opgelegd. Eiser, die stelt de Senegalese nationaliteit te hebben, is het niet eens met de voortzetting van deze maatregel en heeft hiertegen beroep ingesteld. De rechtbank heeft de beroepsgronden van eiser beoordeeld en geconcludeerd dat de maatregel van bewaring rechtmatig is. De rechtbank oordeelt dat de minister voldoende voortvarend werkt aan de uitzetting van eiser, ondanks de claim van eiser over zijn Senegalese nationaliteit. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minister niet verplicht was om de Ghanese autoriteiten te informeren over de nieuwe nationaliteitsclaim van eiser, aangezien deze informatie niet noodzakelijk was voor de voortgang van de uitzettingsprocedure. De rechtbank heeft ook het procesverloop uiteengezet, waarin eerder uitspraken van de rechtbank over de maatregel van bewaring zijn genoemd. Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep van eiser ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is gedaan door mr. G.W.B. Heijmans, rechter, en is openbaar gemaakt op 22 juli 2025.