ECLI:NL:RBGEL:2025:6937

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
18 juli 2025
Publicatiedatum
19 augustus 2025
Zaaknummer
23692.22
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling tot taakstraf en voorwaardelijke gevangenisstraf voor oplichting door zich voor te doen als bankmedewerker

Op 18 juli 2025 heeft de Rechtbank Gelderland in Arnhem uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan oplichting. De verdachte deed zich voor als bankmedewerker en heeft in de periode van 24 augustus 2020 tot en met 28 januari 2022 meerdere slachtoffers benaderd. Door middel van listige kunstgrepen en valse hoedanigheden heeft de verdachte geprobeerd om slachtoffers te bewegen tot het overmaken van grote geldbedragen, in totaal ongeveer 292.160,52 euro. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen handelde en dat er sprake was van een nauwe samenwerking. De rechtbank heeft de verdachte gedeeltelijk vrijgesproken van enkele tenlastegelegde feiten, maar de betrokkenheid bij andere feiten werd als wettig en overtuigend bewezen beschouwd. De rechtbank heeft rekening gehouden met de ernst van de feiten, de kwetsbaarheid van de slachtoffers, en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Uiteindelijk is de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 365 dagen, waarvan 308 dagen voorwaardelijk, en een taakstraf van 180 uren. De rechtbank heeft ook de vorderingen van benadeelde partijen beoordeeld, waarbij enkele vorderingen niet-ontvankelijk zijn verklaard omdat de slachtoffers al schadeloos waren gesteld door hun bank.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05.023692.22
Datum uitspraak : 18 juli 2025
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 2001 in [geboorteplaats] , wonende aan de [adres] , [postcode] in [woonplaats] .
raadsvrouw: mr. K. Cras, advocaat in Amsterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op een openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
Zij in of omstreeks de periode van 24 augustus 2020 tot en met 28 januari 2022, in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9] , in ieder geval een ander heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten een hoeveelheid geld (tezamen ongeveer 292.160,52 euro), door:
-
Die voornoemde [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9] op te bellen en zich voor te doen als medewerker van de bank en/of
- ( vervolgens) aan die voornoemde [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of
[slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9] te vertellen dat er is getracht een
hoeveelheid geld van zijn/haar/hun bankrekening te halen en/of dat zij hun geld veilig kunnen
stellen door dit over te maken naar een andere bankrekening en/of dat er een probleem is met een rekeningnummer waarnaar een overboeking dan wel een betaling moest plaatsvinden en/of de computer van voornoemde [slachtoffer 3] over te nemen met behulp van het programma Anydesk en/of te vertellen dat er een bedrag overgeboekt is en de beveiliging dient te worden hersteld en/of dat er sprake is van phishing en getracht is een hoeveelheid geld van de rekening te halen en/of dat er iets niet goed zou zijn met de bankpassen en/of dat internetcriminelen bezig zijn de
bankrekening leeg te halen en/of dat er later die dag een medewerker van de fraudedesk langskomt en/of
- (
vervolgens) die voornoemde
- [slachtoffer 1] (9.100,50 euro) en/of
- [slachtoffer 2] (2.900,10 euro en/of 10.800,70 euro) en/of
- [slachtoffer 3] (4.572,22 euro en/of 3.302,70 euro) en/of
- [slachtoffer 4] (16.089,50 euro) en/of
- [slachtoffer 5] (9.990 euro en/of 9.990 euro en/of 19.990 euro) en/of
- [slachtoffer 6] (4.987,51 euro en/of 5.000 euro en/of 5.000,24 euro en/of 5.000 euro) en/of
- [slachtoffer 7] (24.763,33 euro en/of 19.833,24 euro en/of 18.987 euro en/of 18.833,24 euro) en/of
- [slachtoffer 8] (9.000,30 euro en/of 9.200,30 euro en/of 18.903,65 euro en/of 19.023,99 euro en/of 18.012,00 euro en/of 19.980,00 euro en/of 4.900,00 euro)
voornoemde geldbedragen te laten overmaken naar bankrekeningnummers
[rekeningnummer 1] op naam van [naam 1] en/of
[rekeningnummer 2] t.n.v. [naam 2] en/of
[rekeningnummer 3] t.n.v. [naam 3] en/of
[rekeningnummer 4] t.n.v. [naam 4] en/of
[rekeningnummer 5] en/of
[rekeningnummer 6] t.n.v. [naam 5] en/of
[rekeningnummer 7] t.n.v. [naam 6] en/of
[rekeningnummer 8] t.n.v. [naam 7] en/of
[rekeningnummer 9] t.n.v. [naam 8] en/of
[rekeningnummer 10] t.n.v. [naam 9] en/of
[rekeningnummer 11] t.n.v. [naam 10] en/of
[rekeningnummer 12] t.n.v. [naam 11] en/of
[rekeningnummer 13] t.n.v. [naam 12] en/of
[rekeningnummer 14] t.n.v. [naam 13] en/of
[rekeningnummer 15] t.n.v. [naam 14] en/of
[rekeningnummer 16] t.n.v. [naam 15] en/of
[rekeningnummer 17] t.n.v. [naam 16] en/of
[rekeningnummer 18] t.n.v. [naam 17] en/of
[rekeningnummer 19] t.n.v. [naam 18] en/of
[rekeningnummer 20] t.n.v. [naam 19]
en/of
achter de computer van voornoemde [slachtoffer 9] te gaan zitten en/of [slachtoffer 9] om de ABN-reader te vragen en/of tweemaal 2.000 euro op te nemen bij een geldautomaat in Ermelo;
3.
zij in of omstreeks de periode van 24 augustus 2020 tot en met 28 januari 2022, in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval
eenmaal, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een
samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 10] en/of [slachtoffer 11] en/of [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 13] en/of [slachtoffer 14] en/of [slachtoffer 15] te bewegen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten een hoeveelheid geld, door
-
Die voornoemde [slachtoffer 10] en/of [slachtoffer 11] en/of [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 13] en/of [slachtoffer 14] en/of
[slachtoffer 15] op te bellen en zich voor te doen als medewerker van de bank en/of
- ( vervolgens) aan die voornoemde [slachtoffer 10] en/of [slachtoffer 11] en/of [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 13] en/of [slachtoffer 14] en/of [slachtoffer 15] te vertellen dat er is getracht een hoeveelheid geld van zijn/haar
bankrekening te halen en/of dat het resterende geld veiliggesteld kon worden door dat geld over te maken naar een andere bankrekening en/of dat de pinpas niet meer goed is en er een nieuwe
aangevraagd dient te worden en/of dat er twee overboekingen klaarstonden en 5000 euro naar de
spaarrekening overgemaakt moest worden teneinde dat geld veilig te stellen in een kluis,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Partiële vrijspraak
De officier van justitie heeft gesteld dat de feiten voor wat betreft de aangevers [slachtoffer 10] , [slachtoffer 4] , [slachtoffer 7] en [slachtoffer 8] wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard.
De rechtbank acht de feiten ten aanzien van voormelde aangevers en de aangevers [slachtoffer 15] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 6] en [slachtoffer 5] , echter niet wettig en overtuigend bewezen omdat uit het dossier niet blijkt dat verdachte op enigerlei wijze betrokken was bij deze feiten. De rechtbank zal verdachte dan ook vrijspreken van de haar tenlastegelegde gedragingen met betrekking tot deze aangevers.
Voor de overige feiten van aangevers [slachtoffer 3] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 1] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 11] , [slachtoffer 13] en [slachtoffer 14] is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen. De bewijsmiddelen zijn opgedeeld zoals de feiten zijn tenlastegelegd in de tenlastelegging.
Ten aanzien van feit 1
Bewijsmiddelen:
  • het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] , p. 437 t/m 439;
  • het proces-verbaal van bevindingen, p. 551 en 552;
  • het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] , p. 440 t/m 442;
  • het proces-verbaal van bevindingen, p. 443;
  • het proces-verbaal van bevindingen, p. 556 en 557;
  • het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] , p. 444 en 445;
  • de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 20 juni 2025.
Ten aanzien van feit 3 (2)
Bewijsmiddelen:
  • het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 12] , p. 450 en 451;
  • het proces-verbaal van bevindingen, p. 256;
  • het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 11] , p. 452 en 453;
  • het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 13] , p. 457 en 458;
  • het proces-verbaal van bevindingen, p. 257;
  • het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 14] , p. 459 en 460;
  • de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 20 juni 2025.
Medeplegen
Aan verdachte is ook het medeplegen van de bewezenverklaarde (pogingen tot) oplichting tenlastegelegd. De rechtbank acht dit ook wettig en overtuigend bewezen, nu uit het dossier blijkt dat de betrokkenheid van verdachte bij de feiten dusdanig was dat sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking met de medeverdachte.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 1 en 2 tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
Zij in
of omstreeksde periode van 26 tot en met 28 januari 2022, in Nederland, tezamen en in vereniging met een
of meerander
en,
althans alleen,meermalen,
althans eenmaal,met het oogmerk om zich
en/of een anderwederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en
/ofeen valse hoedanigheid
en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,[slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3]
en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9],
in ieder geval een anderheeft bewogen tot de afgifte van enig goed,
het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten een hoeveelheid geld
(tezamen ongeveer 292.160,52 euro),door:
- Die voornoemde [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3]
en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9]op te bellen en zich voor te doen als medewerker van de bank en/of
-
(vervolgens
)aan die voornoemde [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3]
en/of [slachtoffer 4] en/of
[slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9]te vertellen dat er is getracht een
hoeveelheid geld van
zijn/haar/hun bankrekening te halen en
/ofdat zij hun geld veilig kunnen
stellen door dit over te maken naar een andere bankrekening en
/ofdat er een probleem is met een rekeningnummer waarnaar een overboeking dan wel een betaling moest plaatsvinden en
/ofde computer van voornoemde [slachtoffer 3] over te nemen met behulp van het programma Anydesk
en/of te vertellen dat er een bedrag overgeboekt is en de beveiliging dient te worden hersteld en/of dat er sprake is van phishing en getracht is een hoeveelheid geld van de rekening te halen en/of dat er iets niet goed zou zijn met de bankpassen en/of dat internetcriminelen bezig zijn de
bankrekening leeg te halen en/of dat er later die dag een medewerker van de fraudedesk langskomt en/of-
(vervolgens
)die voornoemde
- [slachtoffer 1] (9.100,50 euro) en
/of- [slachtoffer 2] (2.900 euro en
/of10.800,70 euro) en
/of- [slachtoffer 3] (4.572,22 euro
en/of 3.302,70 euro) en/of- [slachtoffer 4] (16.089,50 euro) en/of- [slachtoffer 5] (9.990 euro en/of 9.990 euro en/of 19.990 euro) en/of- [slachtoffer 6] (4.987,51 euro en/of 5.000 euro en/of 5.000,24 euro en/of 5.000 euro) en/of- [slachtoffer 7] (24.763,33 euro en/of 19.833,24 euro en/of 18.987 euro en/of 18.833,24 euro) en/of- [slachtoffer 8] (9.000,30 euro en/of 9.200,30 euro en/of 18.903,65 euro en/of 19.023,99 euro en/of 18.012,00 euro en/of 19.980,00 euro en/of 4.900,00 euro)
voornoemde geldbedragen te laten overmaken naar bankrekeningnummers
[rekeningnummer 1] op naam van [naam 1] en
/of[rekeningnummer 2] t.n.v. [naam 2] en
/of[rekeningnummer 3] t.n.v. [naam 3] en
/of[rekeningnummer 4] t.n.v. [naam 4] en/of[rekeningnummer 5] en/of[rekeningnummer 6] t.n.v. [naam 5] en/of[rekeningnummer 7] t.n.v. [naam 6] en/of[rekeningnummer 8] t.n.v. [naam 7] en/of[rekeningnummer 9] t.n.v. [naam 8] en/of[rekeningnummer 10] t.n.v. [naam 9] en/of[rekeningnummer 11] t.n.v. [naam 10] en/of[rekeningnummer 12] t.n.v. [naam 11] en/of[rekeningnummer 13] t.n.v. [naam 12] en/of[rekeningnummer 14] t.n.v. [naam 13] en/of[rekeningnummer 15] t.n.v. [naam 14] en/of[rekeningnummer 16] t.n.v. [naam 15] en/of[rekeningnummer 17] t.n.v. [naam 16] en/of[rekeningnummer 18] t.n.v. [naam 17] en/of[rekeningnummer 19] t.n.v. [naam 18] en/of[rekeningnummer 20] t.n.v. [naam 19]en/of
achter de computer van voornoemde [slachtoffer 9] te gaan zitten en/of [slachtoffer 9] om de ABN-reader te vragen en/of tweemaal 2.000 euro op te nemen bij een geldautomaat in Ermelo;2.
zij in of omstreeks de periode van 26 tot en met 28 januari 2022, in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval
eenmaal, ter uitvoering van het door verdachte en
/ofhaar mededader
(s)voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich
en/of een anderwederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een
samenweefsel van verdichtsels,
[slachtoffer 10] en/of[slachtoffer 11] en
/of[slachtoffer 12] en
/of[slachtoffer 13] en
/of[slachtoffer 14]
en/of [slachtoffer 15]te bewegen tot de afgifte van enig goed,
het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten een hoeveelheid geld, door
-
Die voornoemde
[slachtoffer 2] en/of[slachtoffer 11] en
/of[slachtoffer 12] en
/of[slachtoffer 13] en
/of[slachtoffer 14]
en/of
[slachtoffer 15]op te bellen en zich voor te doen als medewerker van de bank en
/of
-
(vervolgens
)aan die voornoemde
[slachtoffer 2] en/of[slachtoffer 11] en
/of[slachtoffer 12] en
/of[slachtoffer 13] en
/of[slachtoffer 14]
en/of [slachtoffer 15]te vertellen dat er is getracht een hoeveelheid geld van zijn/haar
bankrekening te halen en/of dat het resterende geld veiliggesteld kon worden door dat geld over te maken naar een andere bankrekening
en/of dat de pinpas niet meer goed is en er een nieuwe
aangevraagd dient te worden en/of dat er twee overboekingen klaarstonden en 5000 euro naar de
spaarrekening overgemaakt moest worden teneinde dat geld veilig te stellen in een kluis,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1:
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd
feit 2:
medeplegen van poging tot oplichting, meermalen gepleegd

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft, gelet op het feit dat hij de tenlastelegging voor wat betreft tien slachtoffers te bewijzen acht en het gaat om een fors schadebedrag en de generale preventie die van een dergelijke straf uitgaat, gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden met aftrek van de tijd die zij in voorarrest heeft doorgebracht. De officier van justitie heeft daartoe verder aangevoerd dat het gaat om zeer ernstige feiten en een geraffineerde manier van oplichting.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat de strafeis van de officier van justitie gematigd moet worden. Daartoe is aangevoerd dat de richtlijnen van het LOVS een lagere straf voorschrijven voor de tenlastegelegde feiten, de feiten bovendien al geruime tijd geleden zijn gepleegd en de reclassering adviseert om niet nog een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen gezien de positieve stappen die verdachte in de afgelopen jaren heeft gezet. Bovendien acht de raadsvrouw minder (pogingen tot) oplichting(en) bewezen dan de officier van justitie.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij het bepalen van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft zich samen met een ander schuldig gemaakt aan het medeplegen van meerdere oplichtingen of poging daartoe. Verdachte deed zich daarbij voor als bankmedewerker om het vertrouwen van de slachtoffers te winnen. Door zo te handelen heeft een aantal slachtoffers ook daadwerkelijk op aandringen van verdachte grote geldbedragen overgemaakt. De rechtbank acht het extra kwalijk dat juist oudere mensen tot slachtoffer zijn gemaakt, vanwege hun grotere kwetsbaarheid en afhankelijkheid. Samen met de medeverdachte heeft verdachte met dit optreden het vertrouwen van de slachtoffers in de medemens, van wie oudere mensen in toenemende mate afhankelijk zijn, ernstig geschaad. Daarnaast heeft verdachte samen met een ander een grote hoeveelheid geld van de slachtoffers afhandig gemaakt. Verdachte heeft daarbij op dat moment kennelijk alleen gedacht aan haar eigen financiële gewin en heeft zich niet bekommerd om de slachtoffers. Dit soort feiten treffen de slachtoffers allereerst in financiële zin. Daarnaast leiden deze feiten tot maatschappelijke onrust, zowel onder ouderen in het algemeen, als bij de betrokken slachtoffers in het bijzonder.
De rechtbank houdt daarnaast rekening met het feit dat verdachte, blijkens haar strafblad, niet recentelijk is veroordeeld voor strafbare feiten. Uit het reclasseringsadvies van 28 mei 2025 blijkt dat verdachte veel stappen heeft gezet in de goede richting in de jaren sinds de feiten. Zij heeft al geruime tijd een betaalde baan, zij heeft geen schulden meer en zowel het behandeltraject bij Kairos als de (praktische) ambulante begeleiding is positief afgerond. De rechtbank neemt dit mee in het voordeel van verdachte.
De rechtbank acht het gelet op het voorgaande niet opportuun om de positieve ontwikkelingen in het leven van verdachte te doorkruisen door het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Gelet op het feit dat de rechtbank minder (pogingen tot) oplichting(en) bewezen verklaart dan de officier van justitie, zij de persoonlijke omstandigheden en ontwikkelingen van verdachte zwaar weegt, evenals haar spijtbewuste houding ter terechtzitting, acht zij een gevangenisstraf van 365 dagen, waarvan 308 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren met een taakstraf van 180 uren passend.

8.De beoordeling van de civiele vorderingen

De volgende benadeelde partijen hebben in verband met de (poging) tot oplichting een vordering tot schadevergoeding ingediend.
  • de benadeelde partij [slachtoffer 3] , vordert in verband met feit 1, een bedrag ad € 500,00 aan smartengeld;
  • de benadeelde partij [slachtoffer 2] , vordert in verband met feit 1, een bedrag ad € 39.980,00 aan materiële schade,
telkens vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
Standpunten
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij [slachtoffer 3] niet-ontvankelijk in de vordering moet worden verklaard.
Ook heeft de officier van justitie gesteld dat de benadeelde partij [slachtoffer 2] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vordering, omdat de bank hem schadeloos heeft gesteld voor het volledige gevorderde bedrag.
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij [slachtoffer 2] niet-ontvankelijk in de vordering moet worden verklaard, nu hij schadeloos is gesteld door de bank.
Ten aanzien van de vordering van benadeelde partij [slachtoffer 3] heeft de verdediging geen standpunt ingenomen.
Overweging van de rechtbank
[slachtoffer 3]
De wet geeft slechts in bepaalde gevallen recht op vergoeding van immateriële schade, zoals geregeld in artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek (BW). De vordering van benadeelde [slachtoffer 3] is niet onderbouwd en geeft dus niet weer op grond van welk geval in genoemd wetsartikel er recht op schadevergoeding zou bestaan. De rechtbank kan dit aldus ook niet vaststellen. De rechtbank zal de benadeelde daarom niet-ontvankelijk verklaren in haar vordering.
[slachtoffer 2]
Uit het dossier blijkt dat de bank [slachtoffer 2] reeds schadeloos heeft gesteld voor het totaal weggenomen bedrag. Dat betekent dat er geen schade meer is, zodat de vordering niet-ontvankelijk is.

9.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf en/of maatregel is gegrond op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 45, 47 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.

10.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van
365 dagen;
 bepaalt dat een gedeelte van deze gevangenisstraf, te weten
308 dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte zich voor het einde van de
proeftijd van drie jarenschuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
 legt op een taakstraf van
180 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
90 dagen;
 heft op het geschorste bevel voorlopige hechtenis;
  • verklaart de benadeelde partij
  • verklaart de benadeelde partij
Dit vonnis is gewezen door mr. F.J.H. Hovens (voorzitter), mr. A.J.H. Steenweg en mr. A. de Gooijer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E.W.A. Nabbe, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 20 juni 2025.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisanten van de Districtsrecherche Gelderland-Midden, opgemaakte proces-verbaal, onderzoek Lucht / ON4R022014, gesloten op 29 augustus 2023 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.