ECLI:NL:RBGEL:2025:7008

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
17 juli 2025
Publicatiedatum
20 augustus 2025
Zaaknummer
270397-20
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het medeplegen van het vervaardigen van amfetamine(olie) en voorbereidingshandelingen voor de productie daarvan

Op 17 juli 2025 heeft de Rechtbank Gelderland in Arnhem uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het medeplegen van het vervaardigen van amfetamine(olie), het aanwezig hebben van die amfetamine(olie) en voorbereidingshandelingen voor de productie van amfetamine(olie). De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen in de periode van 1 januari 2020 tot en met 14 april 2020 opzettelijk ongeveer 105 liter amfetamine(olie) heeft vervaardigd en op 14 april 2020 opzettelijk aanwezig heeft gehad. De verdachte heeft ook voorbereidingshandelingen verricht door goederen en chemicaliën voorhanden te hebben die bestemd waren voor de productie van amfetamine(olie). De rechtbank heeft de verklaringen van medeverdachten en de inhoud van EncroChat-berichten als bewijs gebruikt. De verdachte heeft zich als financierder/investeerder opgesteld en heeft geld ter beschikking gesteld voor de productie. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 20 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, en heeft rekening gehouden met de overschrijding van de redelijke termijn. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van een deel van de tenlastelegging, omdat niet bewezen kon worden dat hij betrokken was bij de productie van een specifieke hoeveelheid amfetamine(olie).

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05/270397-20
Datum uitspraak : 17 juli 2025
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag 1] 1971 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres 1] , [postcode] in [woonplaats] .
Raadsvrouw: mr. T. Arkesteijn, advocaat in Rotterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van
8 februari 2021, 26 april 2021, 8 maart 2023, 8 februari 2024, 5 maart 2024, 7 februari 2025, 19 juni 2025 en 17 juli 2025.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na toewijzing van een vordering tot nadere omschrijving van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2020 tot en met 14 april 2020 te [plaats] , gemeente Buren tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft vervaardigd ongeveer 160 (honderdzestig) liter Amfetamine(olie), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende Amfetamine, zijnde Amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
hij op of omstreeks 14 april 2020 te [plaats] , gemeente Buren, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 160 (honderdzestig) liter Amfetamine(olie), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende Amfetamine, zijnde Amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
3.
hij op of omstreeks 14 april 2020 te [plaats] , gemeente Buren tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren van Amfetamine(olie), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende Amfetamine, zijnde Amfetamine een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I voor te bereiden en/of te bevorderen
- productie apparatuur, (te weten (nieuwe)) gasbranders en/of (grote) metalen koelers en/of thermometers en/of 3 (drie) kookketels/reactieketels(1 x 580 liter en 2 x 442 liter)met roermechanismen, waarvan een nieuw en 2 gebruikt en/of vervuild, (geschikt voor de vervaardiging van amfetamine) en/of een of meer mengketel(s) met roermechanisme(n) al dan niet voorzien van (een) koeler(s) en/of een of meer destillatieketel(s) en/of een of meer stoomgenerator(en) en/of anderszins een (grote) hoeveelheid vaten en ketels en/of
- chemicalien (te weten ongeveer 580 (vijfhonderdtachtig)liter Formamide en/of ongeveer 1.250 (twaalfhonderdvijftig) liter Mierenzuur en/of ongeveer 75 (vijfenzeventig) kilogram Caustic Soda en/of ongeveer 13 (dertien) liter BMK en/of ongeveer 24 (vierentwintig) kilogram APAAN en/of ongeveer 235 (tweehonderdvijfendertig) liter zoutzuur en/of al een dan niet gevulde fles met Propaan gas),
voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte en/of verdachtes mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden, dat dat/die bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en).
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
De rechtbank wijst er voor alle duidelijkheid op dat het in deze zaak gaat om het onderzoek Dali, waarin verdachte naar voren is gekomen. Omdat er ook andere onderzoeken zijn die te maken hebben met de vondst van het [plaats] drugslab in het onderzoek Dali, wordt naar die onderzoeken (Cicade en Tetra) en de verdachten daarin, zo nu en dan verwezen.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de hem tenlastegelegde feiten.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft integrale vrijspraak bepleit. Zij heeft daartoe, kort samengevat, het volgende aangevoerd. De verdediging is niet in staat geweest om medeverdachte [medeverdachte 1] te ondervragen en zijn verklaringen op betrouwbaarheid te toetsen, terwijl zijn verklaringen als ‘sole and decisive’ zijn aan te merken. Hij heeft zich bij de rechter-commissaris immers op zijn verschoningsrecht beroepen. Het gebruik van de verklaringen van [medeverdachte 1] is daarom in strijd met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) (Vidgen-verweer). Bovendien zijn de verklaringen van [medeverdachte 1] op belangrijke punten leugenachtig en onbetrouwbaar en kunnen deze verklaringen om die reden ook niet voor het bewijs worden gebruikt. Het feit dat het gerechtshof Den Haag (op 23 februari 2023) de verklaringen van [medeverdachte 1] in de zaak van [naam 1] (een verdachte in onderzoek Cicade) betrouwbaar heeft geacht betekent niet dat dit ook geldt ten aanzien van verdachte. In de zaak van [naam 1] was er veel ondersteunend bewijs.
De raadsvrouw heeft daarnaast aangevoerd dat uit de EncroChats niet kan worden afgeleid dat verdachte betrokken is geweest bij het vervaardigen van amfetamine(olie) (feit 1), het aanwezigheid hebben daarvan (feit 2) en bij de voorbereidingshandelingen voor de productie van amfetamine(olie) (feit 3). Verdachte heeft enkel achteraf geprobeerd om, op verzoek van een kennis, de investering van die kennis terug te halen. Hij ontkent dat hij zelf geld of ketels ter beschikking heeft gesteld en op basis van de EncroChats kan niet worden vastgesteld dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte daadwerkelijk spullen of ketels heeft betaald.
Ten aanzien van feit 1 heeft de raadsvrouw verder nog aangevoerd dat het enkele ter beschikking stellen van geld of ketels, zonder verder enige bemoeienis, geen medeplegen oplevert. Er is geen enkele vorm van samenwerking of handelingen die gericht zijn op het produceren van amfetamine(olie).
Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsvrouw verder aangevoerd dat verdachte geen wetenschap had van (de productie van en) de aanwezigheid van amfetamine(olie) en dat bovendien geen sprake was van beschikkingsmacht of zeggenschap.
Ten aanzien van feit 3 heeft de raadsvrouw aangevoerd dat niet met voldoende zekerheid kan worden vastgesteld dat verdachte geld heeft gegeven of de ketels heeft betaald. Daarnaast heeft de raadsvrouw aangevoerd dat niet kan worden vastgesteld dat verdachte wist dat de aangetroffen goederen, zoals tenlastegelegd, zich op het terrein van [medeverdachte 1] bevonden noch dat deze zich in zijn machtssfeer bevonden of hij daar zeggenschap over had.
De handelingen achteraf (de berichten van [EncroChat-account 4] vanaf 27 april 2020) kunnen volgens de raadsvrouw niet leiden tot medeplegen van de drie ten laste gelegde feiten. Ook verwijst de raadsvrouw hierbij naar EncroChats van de medeverdachten en onderzoek Tetra waaruit naar voren komt dat zij bezig waren om voor verdachte [naam 2] amfetamine olie te produceren, en verdachte daarin geen enkele rol speelde.
De raadsvrouw heeft ten slotte aangevoerd dat de EncroChat-berichten dienen te worden uitgesloten van het bewijs, omdat de rechtmatige verkrijging van de berichten niet kan worden vastgesteld. Het verloop van de verstrekking van de berichten is volgens de raadsvrouw niet transparant en controleerbaar.
Beoordeling door de rechtbank
Vidgen-verweer
De verdediging heeft zich ter terechtzitting - op gronden als vermeld in de pleitaantekeningen - op het standpunt gesteld dat de verklaringen van [medeverdachte 1] moeten worden uitgesloten van het bewijs.
De rechtbank overweegt hiertoe als volgt.
Voorop gesteld wordt dat het gebruik van een ambtsedig proces-verbaal voor het bewijs inhoudende een niet ter terechtzitting afgelegde, de verdachte belastende, verklaring niet zonder meer ongeoorloofd of onverenigbaar is met artikel 6 EVRM. Het is vaste rechtspraak (de zogenaamde Vidgen-jurisprudentie) dat van die ongeoorloofdheid onder meer geen sprake is, indien de verdachte weliswaar niet in enig stadium van het geding de gelegenheid heeft gehad om een dergelijke verklaring op haar betrouwbaarheid te toetsen en aan te vechten door de persoon die de verklaring heeft afgelegd als getuige (te doen) ondervragen, maar die verklaring in voldoende mate steun vindt in andere bewijsmiddelen (de ‘sole and decisive-rule’). Dit steunbewijs zal dan betrekking moeten hebben op die onderdelen van de hem belastende verklaringen die de verdachte betwist.
In deze zaak is de rechtbank van oordeel dat het aan verdachte tenlastegelegde in voldoende mate steun vindt in andere bewijsmiddelen, te weten in diverse EncroChat-berichten van en met verschillende personen.
De door [medeverdachte 1] afgelegde verklaringen zijn hierdoor niet van dien aard dat deze kunnen worden aangemerkt als ‘sole and decisive.’ De reden dat het ondervragingsrecht niet kon worden uitgeoefend is erin gelegen dat [medeverdachte 1] zich voornamelijk op zijn verschoningsrecht heeft beroepen toen hij (onder ede) werd gehoord als getuige door de rechter-commissaris. De omstandigheid dat de verdediging hem aldus niet heeft kunnen ondervragen staat derhalve niet in de weg aan het gebruik van de door hem afgelegde verklaringen voor het bewijs. De rechtbank is dan ook van oordeel dat de verklaringen van [medeverdachte 1] zonder schending van artikel 6 EVRM gebruikt kunnen worden voor het bewijs.
De rechtbank verwerpt het verweer.
Het gebruik van de EncroChat-berichten
De verdediging heeft zich ter terechtzitting - op gronden als vermeld in de pleitaantekeningen - op het standpunt gesteld dat de EncroChat-berichten dienen te worden uitgesloten van het bewijs.
Bij beschikking van 27 maart 2020 inzake onderzoek 26Lemont heeft de rechter-commissaris te Rotterdam ex artikel 126uba Sv aan de officier van justitie machtiging verleend tot het binnendringen in een geautomatiseerd werk en het opnemen van telecommunicatie die plaatsvindt via of tussen gebruikers van door provider Encro aangeboden diensten, waaronder EncroChat. In de machtiging is het gebruik van informatie beperkt tot de verdenking van ernstige, het maatschappelijk verkeer ontwrichtende, strafbare feiten gepleegd in georganiseerd verband.
Onderzoek Dali is gestart op 14 april 2020. In de procestukken ontbreekt een stuk waaruit blijkt dat de rechter-commissaris lopende dit onderzoek goedkeuring heeft gegeven voor het gebruik van EncroChat-data uit onderzoek 26Lemont in onderzoek Dali. De officier van justitie heeft ter terechtzitting aangegeven dat de rechter-commissaris deze toestemming heeft verleend voor onderzoek Dali. Hij heeft hierbij verwezen naar zijn brief van 6 februari 2024 en het proces-verbaal van ter beschikking stelling inzake Dali in combinatie met het proces-verbaal van bevindingen van de rechter-commissaris.
De vraag is of die toestemming door de rechter-commissaris wettelijk is vereist. In de wet ontbreekt een bepaling daarover. De officier van justitie is op basis van artikel 126dd Sv bevoegd om onderzoeksgegevens (dus ook EncroChat-data) beschikbaar te stellen aan andere strafrechtelijke onderzoeken. De officier van justitie (LAP0796) heeft per brief van 16 juli 2020 bevestigd dat op 10 juni 2020 door hem is bepaald dat op grond van artikel 126dd Sv de gegevens die tijdens het onderzoek 26Lemont zijn vergaard, kunnen worden gebruikt voor het onderzoek Dali (p. 837). In het proces-verbaal ‘verstrekking Dali’ van 23 juni 2022 (proces-verbaalnummer: LERDB20001 – 8332) is door verbalisant [verbalisant 1] geverbaliseerd dat de rechter-commissaris op 10 juni 2020 toestemming heeft verleend om relevante data te mogen verstrekken van de gebruiker ‘ [gebruiker] ’ aan onderzoek Dali. In de brief van de officier van justitie van 6 februari 2024 staat vermeld dat de toestemming niet alleen de data van het account ‘ [accountnaam] ’ betreft, maar ook de data van de gebruikers met wie ‘ [accountnaam] ’ contact heeft gehad en de data van de gebruikers met wie deze gebruikers contact hebben. Ter zitting heeft de officier van justitie verder toegelicht dat de toestemming van de rechter-commissaris zag op de verstrekking van relevante informatie over het georganiseerde verband dat betrokken was bij het drugslab in [plaats] en waar de onderkende EncroChat-gebruikers toe behoorden en niet zag op een specifiek kader (met een lijst met EncroChat-contacten).
De rechtbank is van oordeel dat het ontbreken van een expliciete wettelijke bepaling voor het doorzoeken van en beschikbaar stellen aan andere opsporingsonderzoeken van de EncroChat-data niet in de weg staat aan opsporing en vervolging van ernstige, in georganiseerd verband gepleegde strafbare feiten die een ontwrichtende inbreuk maken op de rechtsorde.
Nog los van het voorgaande overweegt de rechtbank dat de rechter-commissaris te Rotterdam bij proces-verbaal van bevindingen van 20 september 2020 inzake onderzoek 26Lemont heeft gerelateerd dat het gebruik van informatie uit dat onderzoek slechts heeft plaatsgevonden na zijn toestemming aan de officier van justitie in een reeks van onderzoeken. Ook in het - weinig aannemelijke geval - dat onderzoek Dali daar niet onder zou vallen, is er geen enkele reden om aan te nemen dat die toestemming door de rechter-commissaris zou zijn geweigerd. Het betreft hier immers een onderzoek naar ernstige drugsdelicten, een en ander gepleegd in georganiseerd verband. Een onderzoek dus dat valt onder de door de rechter-commissaris in zijn beschikking van 27 maart 2020 genoemde voorwaarde dat er sprake moet zijn van verdenking van ernstige, het maatschappelijk verkeer ontwrichtende strafbare feiten gepleegd in georganiseerd verband. De toestemming zou gelet op het voorgaande hoe dan ook zijn verleend, zoals het onderzoek in alle drugszaken gepleegd in crimineel verband voortvloeiend uit onderzoek 26Lemont.
De rechtbank constateert daarnaast dat de rechter-commissaris toestemming heeft gegeven voor een onderzoek en niet specifiek toestemming heeft gegeven per EncroChat-account. De rechtbank is van oordeel dat het voorafgaand aan de toestemming van de rechter-commissaris nog onduidelijk was welke EncroChat-accounts precies betrokken waren bij het drugslab in [plaats] . Pas na de toestemming is duidelijk geworden welke accounts er betrokken waren. De rechter-commissaris had dan ook geen specifieke toestemming per EncroChat-account kunnen geven.
De rechtbank verwerpt het verweer van de verdediging. Dit betekent dat de EncroChat-berichten voor het bewijs kunnen worden gebruikt.
Bewijsmiddelen
Bewijsmiddelen ten aanzien van het aantreffen van het drugslab, de hoeveelheid amfetamine-olie en de aangetroffen goederen en chemicaliën
Op 14 april 2020 betraden verbalisanten het terrein van de [adres 2] in [plaats] , gemeente Buren. De bewoner, medeverdachte [medeverdachte 1] , vertelde de verbalisanten dat mannen in zijn loods en op zijn terrein bezig waren met de productie van harddrugs en hij liet de verbalisanten meerdere goederen zien die werden gebruikt voor de productie van harddrugs. [2]
De Landelijke Faciliteit Ontmantelen (LFO) heeft onderzoek verricht op de locatie [adres 2] in [plaats] . Op deze locatie stonden op verschillende plaatsen, namelijk in twee ruimtes van een schuur (B), een schuur achter op het terrein (A) en diverse plaatsen buiten op het terrein (T), gebruikte onderdelen, productiemiddelen en verpakkingen met chemicaliën opgeslagen. In het drugslab werden de volgende vloeistoffen aangetroffen die indicatief amfetamine base (olie) bevatten:
Ruimte [B2] (de middelste ruimte van schuur B)
  • witte 30 liter emmers met totaal 60 liter amfetamine base (olie) (indicatief) [ [monsternummer 1] (monsters [monsternummer 2] , [monsternummer 3] en [monsternummer 4] )];
  • maatbekers met totaal 5 liter amfetamine base (olie) (indicatief) [ [monsternummer 5] (monters [monsternummer 6] en [monsternummer 7] )];
  • scheitrechter met 32 liter amfetamine base (olie) (indicatief) [ [monsternummer 8] ];

Ruimte [B1] (het rechter gedeelte van schuur B)

  • jerrycan met 1 liter amfetamine base (olie) indicatief [ [monsternummer 9] ];
  • jerrycan met 10 liter amfetamine base (olie) indicatief [ [monsternummer 10] ];

Schuur [A]

2 witte 30 liter emmers met totaal 56 liter amfetamine base (olie) indicatief [A-2].
Totaal is daarmee een hoeveelheid van
164 literaangetroffen die
indicatief amfetamine base (olie)bevat. [3]
Door het NFI zijn de vloeistoffen, die indicatief amfetamine base bevatten, uit ruimte B2 nader onderzocht. De monsters [monsternummer 2] , [monsternummer 3] , [monsternummer 4] , [monsternummer 6] , [monsternummer 7] en [monsternummer 8] bevatten volgens het NFI amfetamine. Het betreft totaal 97 liter. De overige vloeistoffen (1, 10 en 56 liter, totaal 67 liter) die indicatief amfetamine base bevatten zijn niet nader onderzocht door het NFI. [4]
Tijdens het onderzoek door de LFO werden daarnaast de volgende goederen aangetroffen op de [adres 2] in [plaats] :
  • nieuwe en ongebruikte gasbranders (LFO-code [LFO-code 1] en [LFO-code 2] );
  • gebruikte gasbranders (LFO-code [LFO-code 3] en [LFO-code 4] );
  • metalen koelers (LFO-code [LFO-code 5] en [LFO-code 6] );
  • thermometers (LFO-code [LFO-code 7] en [LFO-code 8] );
  • 3 kookketels/reactieketels (1 x 580 liter en 2 x 442 liter) met roermechanismen, waarvan een nieuw en twee gebruikt en vervuild (LFO-code [LFO-code 9] , [LFO-code 10] en [LFO-code 11] );
  • een mengketel met roermechanisme (LFO-code [LFO-code 12] );
  • meerdere destillatieketels (LFO-code [LFO-code 3] , [LFO-code 13] en [LFO-code 14] );
  • een stoomgenerator (LFO-code [LFO-code 15] );
  • zes (dop)vaten (LFO-code [LFO-code 16] en [LFO-code 17] );
  • drie RVS-ketels (LFO-code [LFO-code 18] en [LFO-code 19] ).
Ten slotte werden de volgende chemicaliën aangetroffen op de [adres 2] in [plaats] :
Formamide, totaal 585 liter
  • 25 liter (aangetroffen in Schuur A, LFO-code [LFO-code 20] en [LFO-code 21] );
  • 560 liter (aangetroffen op het buitenterrein, LFO-code [LFO-code 17] );
Mierenzuur, totaal 450 liter
  • 100 liter (aangetroffen in schuur A, LFO-code [LFO-code 22] en [LFO-code 23] );
  • 350 liter (aangetroffen op het buitenterrein, LFO-code [LFO-code 24] en [LFO-code 25] );
Caustic Soda, totaal 57 kg
  • 55 kg (aangetroffen op het buitenterrein, LFO-code [LFO-code 26] en [LFO-code 27] );
  • 2 kg (aangetroffen in schuur B, LFO-code [LFO-code 7] );
BMK, totaal 13 liter
13 liter (aangetroffen in ruimte B1, LFO-code [LFO-code 28] en [LFO-code 29] );
APAAN, totaal 24 kg
24 kg (aangetroffen in ruimte B1, LFO-code [LFO-code 30] en [LFO-code 31] );
Zoutzuur, totaal 235 liter
235 liter (aangetroffen in schuur A, LFO-code [LFO-code 32] en [LFO-code 33] );
Propaan
1 gasfles van 10.8 kg propaan (aangetroffen in ruimte B2, LFO-code [LFO-code 34] ). [6]
De LFO heeft geconcludeerd dat bovenstaande goederen en chemicaliën typische goederen en chemicaliën zijn die worden aangetroffen op locaties waar synthetische drugs worden vervaardigd of bewerkt. Volgens de LFO is het zeer aannemelijk dat het drugslab werd gebruikt voor de vervaardiging van amfetamine. Op de locatie waren alle productiemiddelen, grondstoffen en hulpstoffen aanwezig die gebruikt worden voor de vervaardiging of bewerking van BMK vanuit een pre-precursor (APAAN) met een sterk zuur (zoutzuur) en amfetamine volgens de Leuckart (loog) methode met behulp van BMK. [7]
Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat wat er op zijn terrein in de loods stond, het eindproduct was. Het betrof olie. [8]
Tussenconclusie
Op grond van bovenstaande bewijsmiddelen stelt de rechtbank vast dat er op 14 april 2020 een drugslab is aangetroffen aan de [adres 2] in [plaats] . Het drugslab was ingericht voor het vervaardigen van BMK vanuit een pre-precursor (APAAN) met een sterk zuur (zoutzuur) en amfetamine volgens de Leuckart (loog) methode met behulp van BMK.
Daarnaast stelt de rechtbank vast dat er op de dag van de inval een hoeveelheid van 164 liter is aangetroffen die indicatief positief getest is op amfetamine base (olie). Een deel hiervan (67 liter) is niet nader onderzocht door het NFI. De rechtbank is echter van oordeel dat de indicatieve testresultaten voldoende steun vinden in de hiervoor genoemde bewijsmiddelen waaruit volgt dat er amfetamine olie werd geproduceerd in het drugslab. De rechtbank heeft daarnaast ook geen aanwijzingen dat in het drugslab nog andere drugs werden geproduceerd, waardoor zij geen aanleiding ziet om de indicatieve testresultaten in twijfel te trekken. De rechtbank stelt gelet hierop vast dat er op de dag van de inval 164 liter amfetamine olie is aangetroffen en dat deze hoeveelheid is vervaardigd in het drugslab.
Ten slotte stelt de rechtbank vast dat er productieapparatuur en chemicaliën, in de hoeveelheden zoals genoemd in de tenlastelegging, zijn aangetroffen op de [adres 2] in [plaats] . Deze goederen en chemicaliën werden gebruikt ten behoeve van de productie van amfetamine(olie).
Bewijsmiddelen ten aanzien van de betrokkenheid van verdachte
Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard wie betrokken zijn geweest bij het drugslab, en heeft aangegeven dat de personen met de bijnamen ‘ [bijnaam 1] ’/‘ [bijnaam 2] ’, ‘ [bijnaam 3] ’, ‘ [bijnaam 4] ’, ‘ [bijnaam 5] ’ en ‘ [bijnaam 6] ’ betrokken waren. Hij heeft verder verklaard dat [bijnaam 5] goed was voor de spullen en het geld. Hij deed alleen de investering. Ook heeft hij verklaard dat [bijnaam 5] nooit feitelijk heeft meegewerkt in het drugslab. [bijnaam 5] is iemand die veel in [bijnaam 5] is. [9]
In de privé telefoon van [medeverdachte 1] werden WhatsApp-berichten aangetroffen tussen het telefoonnummer [telefoonnummer 1] in gebruik bij [medeverdachte 1] en het telefoonnummer [telefoonnummer 2] . Tijdens het verhoor van [medeverdachte 1] is het telefoonnummer [telefoonnummer 2] en de bijbehorende profielfoto getoond aan [medeverdachte 1] . Hij heeft verklaard dat hij degene op de foto herkent als [bijnaam 5] . [10]
De WhatsApp foto van telefoonnummer [telefoonnummer 2] is ingestuurd voor een gelaatsvergelijkend onderzoek in CATCH en dit heeft geleid tot een mogelijke herkenning van verdachte. Een verbalisant herkende verdachte op de politiefoto als de man op WhatsApp foto. [11]
Ter zitting van 19 juni 2025 heeft verdachte verklaard dat hij toentertijd vaak in [bijnaam 5] verbleef. [12]
Uit het dossier van onderzoek Dali blijkt van een uitwisseling van chats (berichten) die betrekking hebben op de productie van verdovende middelen in het drugslab aan de [adres 2] in [plaats] . De chatuitwisseling vond plaats via EncroChat-accounts. De rechtbank heeft de medeverdachten [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en het gerechtshof verdachte [naam 1] eerder veroordeeld voor betrokkenheid bij het drugslab en heeft vastgesteld dat [medeverdachte 1] de gebruiker is geweest van het EncroChat-account [accountnaam] , dat [medeverdachte 2] de gebruiker is geweest van het EncroChat-account [EncroChat-account 1] en de bijnaam ‘ [bijnaam 4] ’ heeft, dat [medeverdachte 3] de gebruiker is geweest van het EncroChat-account [EncroChat-account 2] en de bijnaam ‘ [bijnaam 3] ’ heeft en dat [naam 1] de gebruiker is geweest van het EncroChat-account [EncroChat-account 3] en de bijnaam ‘ [bijnaam 2] ’ heeft. Deze uitspraken zijn toegevoegd aan het dossier met betrekking tot verdachte en de verdediging heeft hiervan kennis kunnen nemen. De rechtbank gaat van bovenstaande toedeling van EncroChat accounts ook uit in deze zaak.
Uit de chats bleek dat er tevens relevante berichten werden gestuurd door het account ‘ [EncroChat-account 4] ’. Door de politie is onderzoek gedaan naar de gebruiker van het EncroChat-account ‘ [EncroChat-account 4] .’
Op 2 april 2020 vraagt de gebruiker van het EncroChat-account ‘ [EncroChat-account 4] ’ aan de gebruiker van het account ‘ [EncroChat-account 5] ’ om hem een WhatsApp te sturen op zijn telefoonnummer en de gebruiker van het account ‘ [EncroChat-account 4] ’ geeft hierbij het telefoonnummer [telefoonnummer 3] . [13] Dit betrof volgens [medeverdachte 1] het telefoonnummer van ‘ [bijnaam 5] .’ [14] Op 3 juni 2020 zegt de gebruiker van het account ‘ [EncroChat-account 4] ’ dat zijn zus jarig is. Uit de Basis Registratie Personen (BRP) blijkt dat verdachte een zus heeft, genaamd [naam 3] , geboren op [geboortedag 2] 1966. Ten slotte stuurt de gebruiker van het account ‘ [EncroChat-account 4] ’ op 3 april 2020 het bericht aan [EncroChat-account 5] “(…) ivm polo sweepen sta nu op me ma dr naam (…)” en op 4 mei 2020 aan [EncroChat-account 6] het bericht “ik sta er”, gevolgd door een foto van een voertuig (VW Polo) met kenteken [kenteken] . Uit de RDW blijkt dat dit voertuig op naam van [naam 4] staat. Uit de BRP blijkt dat dit de moeder van verdachte is. [15] Bij de aanhouding van verdachte op 26 oktober 2020 werd onder andere bij hem een PGP-toestel merk Crypto in beslag genomen. [16]
De rechtbank leidt uit bovenstaande bewijsmiddelen – in onderling verband en samenhang bezien – af dat verdachte de bijnaam ‘ [bijnaam 5] ’ heeft en de gebruiker is geweest van het EncroChat-account [EncroChat-account 4] .
Uit de EncroChat-berichten blijkt dat verdachte (‘ [EncroChat-account 4] ’) op 1 en 15 april 2020 berichten uitwisselt met [naam 1] (‘ [EncroChat-account 3] ’). Verdachte informeert op 1 april 2020 bij [naam 1] hoe het bij de [naam 5] was en [naam 1] reageert dat de ‘eerste kook’ is gedaan en dat het goed is gegaan. Op 15 april 2020 informeert [naam 1] verdachte dat de dag ervoor er politie (‘blauw’) is geweest bij de [naam 5] . [17]
Daarnaast blijkt dat verdachte via EncroChat contact heeft gehad met [medeverdachte 3] (‘ [EncroChat-account 2] ’). Tussen hen worden de volgende berichten uitgewisseld:
24-04-2020 10:45
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Weet jij of alles ok is bij [naam 5] ?
24-04-2020 11:39
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Nee. Weet niet wou maandag of dinsdag iemand laten gaan
(…)
27-04-2020 08:36
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Hallo kerel ?? Gisteren hebben ze die [bijnaam 2] ogehaald dus moest paar spullen weg zetten en had deze niet bij me sorry maat
(…)
27-04-2020 10:27
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
[bijnaam 2] temaken met [naam 5] ?
27-04-2020 10:27
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Nee een ander hok
(…)
27-04-2020 10:29
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Sorry dat je voor nix kwam doen we deze week zitten en kijken we hoe of wat ik heb er 15/30 rooien in zitten moet terug komen
27-04-2020 10:30
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Waar heb je 15/30 in zitten
27-04-2020 10:30
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Heb een andere partij die wil die kleine zn deel overnemen of als jij een oplossing heb?
27-04-2020 10:30
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Mijn geld sta bij de [naam 5] snap je
27-04-2020 10:31
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
En ik heb nog geen euro gezien
27-04-2020 10:31
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Hij heeft toch van 200 kg mee genomen olie [bijnaam 2] en een dag ervoor heeft hij nog 20 liter meegenomen
27-04-2020 10:32
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Ik heb nix gezien maat
27-04-2020 10:32
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Ze hebben paar ton geld gepakt etc ik wist niet eens dat hij een ander hok had
27-04-2020 10:32
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Moet je bij je maat zijn hij alles meegenomen zelfs nog 2 ronden 20 liter
27-04-2020 10:33
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Hij had wel paar hokken zei ie ons.
27-04-2020 10:34
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Ja die ketels en app die [naam 5] sta zijn mijn spullen hok wat brand is gevlogen wist ik wel maar pillen hok niet
(…)
27-04-2020 10:36
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
En is onze [naam 5] veilig ?/daar sta toch van alles nog ??
(…)
27-04-2020 10:37
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Snap t niet waar kwam je vaak??
(…)
27-04-2020 10:38
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Ik kwam toch bij [naam 5] . Ook voor reparatie
27-04-2020 10:38
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
[naam 5] hebben ze nix maat
27-04-2020 10:39
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Daar moet nog alles staan
27-04-2020 10:39
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Weet je dat zeker maat. Ze zijn daar geweest [bijnaam 2] ook nog langs gereden
27-04-2020 10:40
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Na paasen dinsdag
27-04-2020 10:40
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Sta niks internet
27-04-2020 10:40
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Die [bijnaam 2] is van zn nest gelicht thuis ,daarom vraag ik is onze [naam 5] ok?? Snap je
27-04-2020 10:41
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Nee die [bijnaam 2] zit beperkingen ivm pillen hok in barendrecht en niet onze [naam 5] daarom als jij [naam 5] mail of na vraag of dat we dan samen doen ook goed
27-04-2020 10:43
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Ik heb [naam 5] paar keer gemaild die had ook encro maar hij laat nix weten
27-04-2020 10:44
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Nee [bijnaam 2] uitlaten zeten
27-04-2020 10:48
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Ik rij morgen naar je beter ff praten toch?
30-04-2020 18:32
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Weg blijven bij [naam 5] !! Zat tracker onder [bijnaam 2] zn wagen
(…)
30-04-2020 19:06
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Stuur iemand met kut verhaal naar [naam 5] als kan
(…)
30-04-2020 19:09
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Zijn daar geweest weet [bijnaam 2] ik weet niet wat gevonden
30-04-2020 19:13
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Denk nix maat anders had [naam 5] ook gegaan
30-04-2020 19:18
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Lijk mijn ook. Wat heeft gezegd.
Stond in scheider klaar
(…)
01-05-2020 13:10
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Heb die maar van [bijnaam 2] gesproken [naam 5] hebben ze dag mee genomen en wat spullen gevonden
01-05-2020 13:18
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Heb je [bijnaam 2] gesproken ?
(…)
06-05-2020 10:03
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Je moet mij ook begrijpen heb 30k Dr in zitten en nix gezien ,we hebben dit met Zn alle opgezet Dus ik ga achter die [bijnaam 2] aan als jij Dan naar jou [naam 5] will gaan zodra t kan ???
(…)
22-05-2020 07:48
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Er moeten nog ketels staan bij die [naam 5] want DAT zegt [bijnaam 2] en advocaat
(…)
22-05-2020 09:51
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Oke en olie wel gevonden
22-05-2020 09:52
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Wat zeg ie daar over
22-05-2020 12:02
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
DAT was van Zn maat en hem ,dus als we die spullen verkopen gaan we zitten want ik Ben bijna 25/30 k kwijt met die kleine [bijnaam 6]
22-05-2020 12:03
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
En als ik weet waar de rest sta haal ik t op want heb zwaar gezeik er is 400 kg maria weg
22-05-2020 12:04
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Als jij aub met [naam 5] will praten waar we dat kunnen terug halen zou ik waarderen
22-05-2020 12:05
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Hij heeft zo en zo 80 liter meegenomen en voor ie op gepakt nog 30. Meegenomen dus 110 liter totaal
22-05-2020 12:06
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
[naam 5] doet raar blijf even weg nog maat.
(…)
22-05-2020 12:26
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Dr is 1,5 m euro verdamt dus ,die [naam 5] Moet gewoon onze ketels terug geven en klaar
22-05-2020 12:27
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Niemand is hier wijzer geworden en jou heeft t nix gekost ook wel fijn
(…)
22-05-2020 12:28
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
[naam 5] had alles weg gezet dus Moet er staan zeg [bijnaam 2]
22-05-2020 12:30
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Ik hoop het maar wacht nog even er stond gewoon scheider klaar met olie heb ik gevuld met [bijnaam 2] . Moest blijven staan van hem
(…)
22-05-2020 13:36
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Nauw [bijnaam 2] op zeker 110 liter a meegenomen wie heeft datvdan en ik riskeer ook paar jaar straf
(…)
22-05-2020 13:46
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
We lopen allemaal risico maat ik will gewoon mn geld terug 15,000 en kleine 15,000 Dan is er nix aan de hand snap je?
(…)
22-05-2020 13:47
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
[bijnaam 2] heeft 110 liter meegenomen maat
(…)
22-05-2020 13:48
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Die 110 liter was van hem en de eigenaar van appie DAT heeft niets met ketels te maken ,ik en jij hebben daar geen stuiver van gezien
(…)
22-05-2020 13:49
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Maar 110/liter heeft hij en meegenomen en daar sta nog b en a
(…)
22-05-2020 13:51
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Ik weet niet waar dat is die maat van [bijnaam 2] ga 175 MDMA terug geven en die A was van hun 2 ,als jij die gedraaid heb Moet je ook krijgen lijk t mij
22-05-2020 13:51
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Maar die ketels heb ik betaald
22-05-2020 13:52
GMT+02:00
[EncroChat-account 4] @encrochat.com
Met cash geld snap je? [18]
Ten slotte blijkt uit de EncroChat-berichten dat [medeverdachte 3] (‘ [EncroChat-account 2] ’) en [medeverdachte 2] (‘ [EncroChat-account 1] ’) contact hebben gehad. Tussen hen worden onder andere de volgende berichten uitgewisseld:
Datum en tijd
Tijdzone
Afzender
Bericht
(…)
29-04-2020 10:36
GMT+02:00
[EncroChat-account 1] @encrochat.com
[bijnaam 5] kan na [naam 5] toe hij is er nooit bij geweest tijdens werken
(…)
06-05-2020 15:01
GMT+02:00
[EncroChat-account 1] @encrochat.com
Vind het raar ze hebben er allemaal geld inzitten , maar [bijnaam 2] van 1ste kook al zeker 75l mee en van 2de 40l en ze hebben allemaal niks
(…)
07-05-2020 18:39
GMT+02:00
[EncroChat-account 2] @encrochat.com
Als [bijnaam 5] er achter kom van draaien [bijnaam 7] nog meer gezeur
07-05-2020 18:47
GMT+02:00
[EncroChat-account 1] @encrochat.com
Grondstoffen die er stonden waren van [bijnaam 2] en [bijnaam 5] , nieuwe ketels was er voor die ene die lekte [19]
Conclusie ten aanzien van de betrokkenheid van verdachte
De rechtbank leidt uit de verklaringen van [medeverdachte 1] af dat verdachte geld heeft geïnvesteerd in het drugslab, voor het financieren van spullen en dat hij niet heeft meegewerkt in het drugslab. De rechtbank acht deze verklaringen betrouwbaar en overweegt daartoe als volgt. De verklaringen van [medeverdachte 1] worden ondersteund door de inhoud van de EncroChat-berichten. Uit de conversatie tussen verdachte en [medeverdachte 3] blijkt dat verdachte zich, na de inval door de politie op 14 april 2020, de dinsdag na Pasen, druk maakt over geld en spullen die hij in het drugslab heeft geïnvesteerd:
“Mijn geld sta bij de [naam 5] snap je”en
“ik heb nog geen euro gezien”. Nadat [medeverdachte 3] verdachte op 27 april 2020 bericht dat ‘ [bijnaam 2] ’ ( [naam 1] ) 200 kg en 20 liter heeft meegenomen, reageert verdachte:
“Ik heb nix gezien maat”en
“die ketels en app die [naam 5] sta zijn mijn spullen”. Op 6 mei 2020 bericht verdachte
“Je moet mij ook begrijpen heb 30k Dr in zitten en nix gezien ,we hebben dit met Zn alle opgezet Dus ik ga achter die [bijnaam 2] aan als jij Dan naar jou [naam 5] will gaan zodra t kan ???”Op 22 mei 2020 verzoekt verdachte aan [medeverdachte 3] om met de [naam 5] te gaan praten, om te bespreken waar ze de spullen kunnen terughalen, om vervolgens te berichten:
“die [naam 5] Moet gewoon onze ketels terug geven en klaar”, “We lopen allemaal risico maat ik will gewoon mn geld terug 15,000 en kleine 15,000 Dan is er nix aan de hand snap je?”en
“die ketels heb ik betaald. Met cash geld snap je?”. Deze berichten wijzen er naar het oordeel van de rechtbank ondubbelzinnig op dat verdachte bij [medeverdachte 1] geld heeft geïnvesteerd (namelijk € 30.000 samen met een ander), voor het financieren van ketels en deze berichten ondersteunen daarmee de verklaringen van [medeverdachte 1] . De rechtbank neemt de EncroChat-berichten serieus, nu verdachte zich ten tijde van het versturen van de berichten onbespied waande. Zij heeft ook overigens geen reden om te twijfelen aan de inhoud daarvan. Daarnaast worden de verklaringen van [medeverdachte 1] ondersteund door de berichten tussen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] . Ook zij hebben in berichten via EncroChat aangegeven dat verdachte betrokken was bij het drugslab (‘ [bijnaam 5] ’/’ [bijnaam 5] ’), en er nooit op locatie heeft gewerkt. De rechtbank concludeert aldus dat de verklaringen van [medeverdachte 1] betrouwbaar zijn op de onderdelen die gebruikt worden voor het bewijs en verwerpt het verweer van de raadsvrouw.
De rechtbank leidt uit bovenstaande bewijsmiddelen dan ook af dat verdachte geld heeft geïnvesteerd in het drugslab, voor het financieren van ketels.
Dat er één bericht in het dossier zit van [naam 1] (‘ [EncroChat-account 3] ’) aan [medeverdachte 2] (‘ [EncroChat-account 1] ’) waarin [naam 1] schrijft dat hij de ketels en grondstoffen en de jongens van de APAAN heeft betaald, staat aan het voorgaande niet in de weg.
De rechtbank gaat voorbij aan de verklaring van verdachte dat hij achteraf (na de inval door de politie) voor een vriend die in detentie zat, heeft gevraagd om een deel van de investering van die vriend terug te halen. Verdachte heeft verklaard dat hij heeft gezegd dat het om zijn eigen investering ging, om zo een voet tussen de deur te krijgen. De rechtbank is van oordeel dat dit scenario wordt weerlegd door de inhoud van het bewijs. Verdachte geeft in de EncroChat-berichten immers meermalen ondubbelzinnig aan dat het zijn geld is en ook [medeverdachte 1] heeft verklaard dat verdachte geïnvesteerd heeft. Daarnaast stelt de rechtbank vast dat uit de bewijsmiddelen blijkt dat verdachte al op 1 april 2020 (dus voor de inval door de politie op 14 april 2020) informeert hoe het bij de [naam 5] was. Hij was op dat moment dus al betrokken bij het drugslab.
Het alternatieve scenario is bovendien in het geheel niet onderbouwd. Verdachte heeft zich ten aanzien van de EncroChat-berichten beroepen op zijn zwijgrecht en heeft geen concrete en verifieerbare verklaring afgelegd. Hij heeft geen naam willen noemen van de kennis/vriend, waardoor dit scenario niet te controleren is.
Medeplegen
Gezien het voorgaande komt de rechtbank tot de conclusie dat verdachte een (mede)organiserende rol heeft gehad en hij een financierder/ investeerder in het drugslab was. Met zijn geld zijn ketels gefinancierd. Verdachte werd gedurende de periode dat het drugslab in werking was geïnformeerd over de productie en over de aanwezigheid van de politie, de dag na de inval. Verdachte heeft ná de inval door de politie een medebetrokkene bericht dat hij zijn geld terug wil hebben. De rechtbank is van oordeel dat verdachte met de investering een bijdrage van voldoende gewicht heeft geleverd. Zonder een investering en ketels kan er immers geen amfetamine(olie) worden geproduceerd. De rechtbank neemt daarbij ook mee dat verdachte in een bericht van 6 mei 2020 zegt “
we hebben dit met Zn alle opgezet”. Ook dit duidt naar het oordeel van de rechtbank op een gezamenlijke onderneming en dus op medeplegen.
De rechtbank neemt verder nog het bericht van 7 mei 2020 in aanmerking waarin staat dat er ‘gezeur’ komt, als ‘ [bijnaam 5] ’ (verdachte) er achter komt dat ze voor ‘ [bijnaam 7] ’ hebben gedraaid. Hieruit volgt dat verdachte ook zeggenschap had over wat er in het drugslab gebeurde.
Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn medeverdachten die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering. Daarmee acht de rechtbank het tenlastegelegde medeplegen wat betreft alle drie de ten laste gelegde feiten bewezen.
Overweging ten aanzien van de hoeveelheid amfetamine(olie)
De rechtbank overweegt dat uit het dossier (waaronder het onderzoek Tetra en het vonnis van verdachte [naam 2] van 13 november 2023) blijkt dat 55 liter amfetamine(olie) door medeverdachte [medeverdachte 3] (‘ [EncroChat-account 2] ’) is geproduceerd voor [naam 2] (bijnaam: [bijnaam 7] ) in dit drugslab in [plaats] . De rechtbank heeft [naam 2] hiervoor veroordeeld en heeft geconcludeerd dat [naam 2] de opdrachtgever is geweest voor het produceren van deze specifieke partij amfetamine-olie. Uit het dossier kan worden afgeleid dat verdachte niet op de hoogte was van het produceren en aanwezig hebben van deze hoeveelheid amfetamine(olie). In een chatbericht tussen medeverdachte [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] wordt door [medeverdachte 3] gezegd: “
als [bijnaam 5] er achter komt van draaien [bijnaam 7] nog meer gezeur”.De rechtbank concludeert hieruit dat 55 liter amfetamine(olie) achter de rug om van verdachte is geproduceerd voor [naam 2] . De rechtbank zal verdachte dan ook vrijspreken van het vervaardigen en aanwezig hebben van 55 liter amfetamine(olie) en zij zal dit van de hoeveelheid genoemd in de tenlastelegging onder feiten 1 en 2 afhalen.
Conclusie
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in [plaats] samen met anderen in de periode van 1 januari 2020 tot en met 14 april 2020 opzettelijk 105 liter amfetamine(olie) heeft vervaardigd (feit 1) op 14 april 2020 opzettelijk 105 liter amfetamine(olie) aanwezig heeft gehad (feit 2) en op 14 april 2020 voorbereidingshandelingen heeft verricht voor het opzettelijk produceren van amfetamine(olie) door goederen en chemicaliën daartoe voorhanden te hebben (feit 3).

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, te weten dat:
1.
hij op
een of meertijdstip
(pen
)in
of omstreeksde periode van 1 januari 2020 tot en met 14 april 2020 te [plaats] , gemeente Buren tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,opzettelijk heeft vervaardigd ongeveer
105 (honderdvijf)160 (honderdzestig)liter Amfetamine(olie), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende Amfetamine, zijnde Amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2.
hij op
of omstreeks14 april 2020 te [plaats] , gemeente Buren, tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer
105 (honderdvijf)160 (honderdzestig)liter Amfetamine(olie), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende Amfetamine, zijnde Amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
3.
hij op
of omstreeks14 april 2020 te [plaats] , gemeente Buren tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen,om een feit, bedoeld in het vierde
of vijfdelid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren van Amfetamine(olie), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende Amfetamine, zijnde Amfetamine een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I voor te bereiden en/of te bevorderen
- productie apparatuur, (te weten (nieuwe)
)gasbranders en
/of(grote) metalen koelers en
/ofthermometers en
/of3 (drie) kookketels/reactieketels (1 x 580 liter en 2 x 442 liter) met roermechanismen, waarvan een nieuw en 2 gebruikt en/of vervuild, (geschikt voor de vervaardiging van amfetamine) en
/ofeen
of meermengketel
(s)met roermechanisme
(n) al dan niet voorzien van (een) koeler(s)en
/of een of meerdestillatieketel
(s
)en
/ofeen
of meerstoomgenerator
(en)en
/ofanderszins een
(grote)hoeveelheid vaten en ketels en
/of
- chemicaliën (te weten ongeveer 580 (vijfhonderdtachtig)liter Formamide en
/ofongeveer
1.250 (twaalfhonderdvijftig)450 (vierhonderdvijftig)liter Mierenzuur en
/ofongeveer
75 (vijfenzeventig)57 (zevenenvijftig)kilogram Caustic Soda en
/ofongeveer 13 (dertien) liter BMK en
/ofongeveer 24 (vierentwintig) kilogram APAAN en
/ofongeveer 235 (tweehonderdvijfendertig) liter zoutzuur en
/of aleen al dan niet gevulde fles met Propaan gas),
voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte en
/ofverdachtes mededader
(s
)wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden, dat dat/die bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en).
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder D van de Opiumwet
gegeven verbod, meermalen gepleegd;
feit 2:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet
gegeven verbod;
feit 3:
medeplegen van om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor
te bereiden of te bevorderen, door voorwerpen en stoffen voorhanden te hebben, waarvan hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit.
terwijl bij de feiten 1 en 2 van eendaadse samenloop in de zin van artikel 55 van het Wetboek van Strafrecht sprake is.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden, met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. Hierbij heeft de officier van justitie rekening gehouden met het overschrijden van de redelijke termijn.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft de rechtbank verzocht om, indien de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, bij de bepaling van de straf rekening te houden met de minimale/ondergeschikte rol van verdachte bij de gepleegde feiten, de overschrijding van de redelijke termijn, het feit dat de eis van de officier van justitie niet in verhouding staat tot wat er aan verdachte [naam 1] en de medeverdachten in onderzoek Dali is opgelegd en de voor verdachte buitengewoon zware voorlopige hechtenis van zes maanden. Verder heeft zij aangevoerd dat een hernieuwde vrijheidsbeneming vijf jaar na dato niet meer opportuun is en geen doel meer dient. Het is vanuit het oogpunt van preventie en vergelding niet meer nodig. De raadsvrouw heeft verzocht om te volstaan met een gevangenisstraf gelijk aan de duur van de voorlopige hechtenis en indien dit onvoldoende is, deze te combineren met een werkstraf of een voorwaardelijke gevangenisstraf voor langere duur. Verdachte heeft na jaren toekomstloos gewacht te hebben op een uitspraak, eindelijk toekomstperspectief. Hij heeft een betaalde baan en een jonge zoon en vrouw om voor te zorgen. Daarnaast heeft hij zich de afgelopen jaren nuttig gemaakt voor de samenleving.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
De ernst van de feiten
Verdachte heeft zich samen met anderen in een periode van ruim drie maanden schuldig gemaakt aan het vervaardigen van amfetamine(olie), het aanwezig hebben van amfetamine(olie) en voorbereidingshandelingen voor de productie van amfetamine(olie). Verdachte was financierder/investeerder in het drugslab. Hij heeft (geld voor) goederen ter beschikking gesteld, zodat anderen het drugslab konden runnen. Verdachte liet daarmee anderen risico lopen om opgepakt te worden en bleef zelf buiten zicht. Via versleutelde berichten liet hij zich op de hoogte stellen van de voortgang en trachtte hij na de inval van de politie zijn investering terug te halen bij de mededaders. Verder had hij zeggenschap over wat er in het drugslab gebeurde.
Door het handelen van verdachte wordt de handel in verdovende middelen in stand gehouden en kan hij mede verantwoordelijk worden gehouden voor de nadelige effecten die door de handel in en het gebruik van verdovende middelen worden veroorzaakt. Daarbij is van belang dat amfetamine zwaar verslavend en schadelijk voor de gezondheid van de gebruikers is.
Van de georganiseerde drugshandel gaat in toenemende mate een ondermijnend en corrumperend effect uit. Boven- en onderwereld raken steeds meer met elkaar vermengd. Niet alleen worden grote sommen crimineel geld geïnvesteerd in legale activiteiten maar worden ook medewerkers van bijvoorbeeld op zichzelf bonafide bedrijven en zelfs van opsporingsinstanties omgekocht en ingezet voor de handel in drugs. De handel in harddrugs is regelmatig de oorzaak van geweldsexplosies waarmee ook onschuldige en nietsvermoedende burgers worden geconfronteerd.
Voor de productie van synthetische drugs, in dit geval amfetamine, wordt gebruik gemaakt van chemische grondstoffen die bijzonder schadelijk zijn voor de volksgezondheid en het milieu. De productie vindt gewoonlijk plaats in daarvoor niet bestemde ruimten, zoals in dit geval een schuur. Bij het ondeskundig opslaan en bewerken van dergelijke grondstoffen kan ontploffingsgevaar optreden met alle gevolgen voor de omgeving van dien.
Verdachte heeft zich van alle hiervoor genoemde negatieve effecten niets aangetrokken. Hij heeft zich enkel laten leiden door zijn eigen financiële gewin.
De persoon van de verdachteDe rechtbank heeft kennis genomen van het strafblad van verdachte van 13 mei 2025, waaruit volgt dat verdachte in de afgelopen vijf jaar niet is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten. Daarnaast volgt uit het strafblad dat artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht van toepassing is.
Er is geen recent reclasseringsrapport opgesteld over verdachte, maar verdachte heeft ter terechtzitting wel over zijn persoonlijke omstandigheden verklaard mede aan de hand van overgelegde stukken. Ter terechtzitting is gebleken dat hij in de afgelopen jaren bezig is geweest zijn leven weer op de rit te krijgen. Hij heeft hulp gezocht om een betaalde baan te vinden, zat in een traject van een uitkering naar werk en werkt sinds 25 februari 2025 als glazenwasser. Ook doet hij vrijwilligerswerk. Hij woont bij zijn moeder en heeft de zorg voor zijn jongste zoon van vier jaar en diens moeder.
De redelijke termijn
De rechtbank constateert dat de redelijke termijn is aangevangen op 27 oktober 2020 (toen verdachte in verzekering werd gesteld). Een eindvonnis dient vervolgens in de regel binnen twee jaren te volgen. In de zaak van verdachte is op 17 juli 2025 vonnis gewezen. De rechtbank constateert dat de redelijke termijn daarmee met 2 jaar, 8 maanden, 2 weken en 6 dagen is overschreden. De rechtbank zal de forse overschrijding van de redelijke termijn in strafverminderende zin meewegen.
De straf
De rechtbank is van oordeel dat, gelet op de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd, niet met een andere straf dan met een forse gevangenisstraf kan worden volstaan. De rechtbank acht het vanuit speciale maar met name generale preventie van groot belang dat in de strafoplegging tot uiting komt dat hoge straffen volgen bij dergelijke drugsdelicten en dat deze delicten op de lange termijn niet lonen. Dit moet voor zowel verdachte als de samenleving duidelijk zijn. Verdachte heeft drugshandel als verdienmodel gezien en dat draagt een vorm van ondernemersrisico in zich. Dat risico heeft zich nu geëffectueerd.
De rechtbank overweegt dat zij, zonder overschrijding van de redelijke termijn, voor verdachte als uitgangspunt een gevangenisstraf van dertig maanden zou hebben genomen. De rechtbank ziet in de overschrijding van de redelijke termijn aanleiding om dit uitgangspunt te matigen tot twintig maanden. De rechtbank heeft er hierbij ook rekening mee gehouden dat zij een wat kleinere hoeveelheid amfetamineolie bewezen heeft verklaard bij de feiten 1 en 2 dan waar de officier van justitie vanuit is gegaan. De rechtbank zal een deel van die gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen, te weten acht maanden, omdat verdachte inmiddels probeert zijn leven weer op de rit te krijgen en aan het werk is. Het voorwaardelijke strafdeel dient er tevens toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen en hem te stimuleren om zijn inkomen op een andere manier te vergaren. De tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft gezeten, zal op de gevangenisstraf in mindering worden gebracht. Per saldo betekent dit dat verdachte nog ongeveer een half jaar gevangenisstraf zal moeten uitzitten.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

8.De beoordeling van het beslag

Voor zover er nog klassiek beslag rust op de inbeslaggenomen mobiele telefoon van het merk Apple IPhone (beslagcode 2387354, goednummer PL0600-2020163742-2387354), zal de rechtbank de teruggave van dit voorwerp aan verdachte gelasten omdat geen strafvorderlijk belang zich daartegen verzet.

9.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf is gegrond op de artikelen:
- 14 a, 14b, 14c, 47, 55, 57 en 63 van het Wetboek van Strafrecht;
- 2, 10 en 10a van de Opiumwet.

10.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf voor de duur van 20 (twintig) maanden;
 bepaalt dat een gedeelte van deze gevangenisstraf, te weten 8 (acht) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd van twee jaren schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
Beslissing ten aanzien van het beslag
 gelast de teruggave van de mobiele telefoon (merk: Apple iPhone, beslagcode 2387354, goednummer PL0600-2020163742-2387354) aan verdachte.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.E. Snijders (voorzitter), mr. W. Bruins en mr. J.M. Breimer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.I. Nelissen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 17 juli 2025.
mr. W. Bruins en mr. J.M. Breimer zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant 2] van de politie Eenheid Oost-Nederland, district Gelderland-Zuid, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600- 2020045134, onderzoek ON5R020028DALI, gesloten op 7 januari 2021 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van bevindingen, p. 326; het proces-verbaal van bevindingen, p. 327.
3.Proces-verbaal van bevindingen ondersteuning LFO, p. 354-364.
4.Rapport NFI d.d. 26 juni 2020, p. 389-393.
5.Proces-verbaal van bevindingen ondersteuning LFO, p. 354-364.
6.Proces-verbaal van bevindingen ondersteuning LFO, p. 354-364.
7.Proces-verbaal van bevindingen ondersteuning LFO, p. 362.
8.Proces-verbaal van verhoor [medeverdachte 1] , p. 52; Proces-verbaal van verhoor [medeverdachte 1] , p. 105.
9.Proces-verbaal verhoor [medeverdachte 1] , p. 52-56; Proces-verbaal van verhoor [medeverdachte 1] , p. 64-66.
10.Proces-verbaal van verhoor [medeverdachte 1] , p. 62-68, met bijlagen p. 70 en 71.
11.Proces-verbaal van bevindingen, p. 458-459; Rapport Gelaatsvergelijkend Onderzoek, p. 460-461.
12.De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 19 juni 2025.
13.Proces-verbaal van bevindingen identificatie [verdachte] , p. 1107-1113.
14.Proces-verbaal van bevindingen, p. 405; Proces-verbaal van verhoor [medeverdachte 1] , p. 62-68, met bijlagen p. 70 en 71.
15.Proces-verbaal van bevindingen identificatie [verdachte] , p. 1107-1113.
16.Proces-verbaal van bevindingen, p. 612 en 613.
17.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1180.
18.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1223-1233.
19.Proces-verbaal van bevindingen, p. 1266 en p. 1271-1272.