ECLI:NL:RBGEL:2025:7174
Rechtbank Gelderland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening tegen omgevingsvergunning voor herbouwen schuur
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland, gedateerd 26 augustus 2025, wordt een verzoek om een voorlopige voorziening behandeld tegen een verleende omgevingsvergunning voor het herbouwen van een schuur. De voorzieningenrechter oordeelt dat het college de omgevingsvergunning ten onrechte heeft verleend met toepassing van een binnenplanse afwijkmogelijkheid. Ondanks dit gebrek wordt het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat het college in de beslissing op bezwaar het gebrek kan herstellen. De voorzieningenrechter wijst erop dat het oordeel voorlopig is en de rechtbank in een eventueel bodemgeding niet bindt.
Het procesverloop begint met het bestreden besluit van 6 juni 2025, waarin het college de omgevingsvergunning verleent. Verzoeker maakt bezwaar en vraagt om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter behandelt het verzoek op 7 augustus 2025, waarbij de gemachtigden van verzoeker, het college en de vergunninghouder aanwezig zijn. De voorzieningenrechter beoordeelt of er aanleiding is om een voorlopige voorziening te treffen, waarbij de kans van slagen van het bezwaar van verzoeker van belang is.
De voorzieningenrechter concludeert dat het college het gebrek in de beslissing kan herstellen en dat er geen aanleiding is om een voorlopige voorziening te treffen. Het verzoek wordt afgewezen, maar het college wordt wel veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten en het griffierecht van verzoeker. De uitspraak is gedaan door mr. M.J.M. Verhoeven, in aanwezigheid van griffier mr. A. Goldebeld, en is openbaar uitgesproken.