Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
[betrokkene]
de officier van justitie
Gronden voor de beslissing
“Ik zag dat de bestuurder tijdens het rijden een Iphone met de linkerhand vasthield. Ik zag namelijk dat betrokkene met linkerhand een telefoon in zijn handen had. Ik zag dat betrokkene dit deed terwijl hij met zijn snorfiets op het fietspad reed. Bij de staandehouding zag ik dat het een Iphone XR betrof die ik herkende als het apparaat dat de bestuurder rijdend heeft vastgehouden”.
– licht -. Op grond van artikel 13a, tweede lid, van de Wahv wordt, nu de beslissing van de officier van justitie dateert van na 1 januari 2024, een vermenigvuldigingsfactor van 0,25 toegepast. De officier van justitie zal derhalve worden veroordeeld in de kosten tot een bedrag van € 226,75 ( 2 x € 907,- x 0,5 x 0.25).