ECLI:NL:RBGEL:2025:9460
Rechtbank Gelderland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Aanneming van werk en verzuim bij betaling door klant
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Gelderland, is er een geschil ontstaan tussen [eiseres in conv] en [gedaagde in conv] over een aannemingsovereenkomst voor de renovatie van een badkamer. De overeenkomst werd op 27 november 2023 gesloten, en de werkzaamheden begonnen in week 2 van 2024. Na klachten van [gedaagde in conv] over gebreken in het werk, heeft [eiseres in conv] op 15 maart 2024 een factuur van € 4.962,91 verzonden, die niet tijdig werd betaald. [gedaagde in conv] heeft de betaling opgeschort, stellende dat er sprake was van ondeugdelijk werk. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [eiseres in conv] voldoende inspanningen heeft geleverd om de gebreken te verhelpen, maar dat [gedaagde in conv] deze pogingen heeft belet, waardoor hij in schuldeisersverzuim verkeert. De kantonrechter heeft geoordeeld dat [gedaagde in conv] de betaling van de factuur niet rechtsgeldig heeft opgeschort en heeft de vordering van [eiseres in conv] tot betaling van de hoofdsom toegewezen. Tevens zijn buitengerechtelijke kosten en proceskosten toegewezen aan [eiseres in conv]. In reconventie zijn de vorderingen van [gedaagde in conv] afgewezen, omdat hij onvoldoende bewijs heeft geleverd voor zijn claims.