ECLI:NL:RBGRO:2000:AA9548

Rechtbank Groningen

Datum uitspraak
19 december 2000
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
49153/HA RK 00-355
Instantie
Rechtbank Groningen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • A.H.J. Lennaerts
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevoegdheid civiele rechter bij verzoekschrift deskundigenonderzoek in arbeidsongeschiktheidsschatting

In deze zaak heeft de Rechtbank Groningen op 19 december 2000 uitspraak gedaan over de bevoegdheid van de civiele rechter om te oordelen over een verzoekschrift tot benoeming van een deskundige in het kader van een bezwaarprocedure inzake arbeidsongeschiktheidsschatting. Verzoekster, die een uitkering op basis van de WAO had aangevraagd, verzocht de rechtbank om een voorlopig deskundigenonderzoek te bevelen, met de benoeming van deskundige D.J. Schakel. Dit verzoek was ingediend in het kader van een bezwaarschriftprocedure tegen een beslissing van het Landelijk Instituut Sociale Verzekeringen (verweerder) die haar uitkering had geweigerd.

De rechtbank overwoog dat het verzoek van verzoekster was gebaseerd op artikel 227 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), dat bepaalt dat een verzoekschrift kan worden ingediend bij de rechter die bevoegd is. De rechtbank stelde vast dat de civiele rechter niet bevoegd was om te oordelen over het verzoek, omdat het onderwerp van de deskundigenbenoeming exclusief onder de bevoegdheid van de bestuursrechter valt. De rechtbank verwees naar artikel 49 van de Wet op de rechterlijke organisatie, waaruit blijkt dat de civiele kamer enkel bevoegd is voor burgerlijke zaken.

De rechtbank verklaarde zich derhalve onbevoegd om het verzoek van verzoekster te behandelen, aangezien de vaststelling van arbeidsbeperkingen en de beoordeling van de beslissing van verweerder in het kader van de bezwaarschriftprocedure onder de jurisdictie van de bestuursrechter valt. De uitspraak benadrukt het belang van de juiste rechtsgang en de scheiding van bevoegdheden tussen civiele en bestuursrechtelijke zaken.

Uitspraak

ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE GRONINGEN
SECTOR CIVIEL RECHT
ENKELVOUDIGE KAMER
Reg.nr. 49153/HA RK 00-355
B E S C H I K K I N G
in de zaak van:
A,
wonende te B aan de […]14a,
verzoekster,
procureur mr. R. van Asperen,
en
HET LANDELIJK INSTITUUT SOCIALE VERZEKERINGEN,
gevestigd te Heerenveen aan de Trambaan 5,
verweerder.
PROCESVERLOOP
Op 13 november 2000 is ter griffie van deze rechtbank een verzoekschrift van verzoekster van 10 november 2000 ingekomen waarin zij verzoekt te bevelen dat een voorlopig deskundigenonderzoek zal plaatsvinden met benoeming van deskundige D.J. Schakel (Peizerweg 68-6 te Groningen), met bepaling van de termijn waarbinnen ter griffie een schriftelijk ondertekend bericht moet worden ingeleverd en met bepaling van de uiterste dag waarop zij een afschrift van dit verzoekschrift en van de daarop te geven beschikking aan verweerder moet doen toekomen.
De rechtbank heeft de zaak behandeld ter terechtzitting van 15 december 2000. Ter zitting is mr. Van Asperen, voornoemd, verschenen en namens verweerder is P. Wielinga verschenen.
RECHTSOVERWEGINGEN
1. Namens verweerder heeft GUO Uitvoeringsinstelling B.V. verzoekster een beslissing gedateerd 27 september 2000 afgegeven waarbij haar een uitkering ingevolge de WAO is geweigerd. Aangezien zij zich niet met deze beslissing kan verenigen, heeft verzoekster een bezwaarschriftprocedure aanhangig gemaakt. Daarin zal zij aanvoeren dat zij zowel op medische als arbeidskundige gronden volledig arbeidsongeschikt is.
2. Volgens verzoekster geeft de rechtspraak van de Centrale Raad van Beroep aanleiding te veronderstellen dat in de bezwaarschriftprocedure een deskundigenrapport dient te worden overgelegd teneinde bovengenoemd standpunt te onderbouwen. Gelet hierop wordt de rechtbank verzocht om te bevelen een deskundigenbericht te gelasten. Een ander argument daarvoor is gelegen in het feit dat de door de rechtbank in te schakelen deskundige onafhankelijk is, hetgeen van de door verweerder (eventueel) in te schakelen deskundige niet kan worden gezegd. Dat de kosten ter zake van het inschakelen van een deskundige voor eigen rekening van verzoekster komen, ook al wordt het bezwaarschrift gegrond verklaard, is een reden temeer om het verzoek toe te wijzen.
Aangezien de mogelijke beroepsprocedure bij de rechtbank Groningen, sector Bestuursrecht, aanhangig gemaakt zal worden, heeft verzoekster het onderhavige verzoekschrift bij de rechtbank Groningen ingediend.
3. Verweerder heeft onder meer betoogd dat het zelf een deskundige zal inschakelen zo daartoe gronden zijn en dat een door hem in te schakelen deskundige onafhankelijk is. Daarnaast heeft hij aangevoerd dat de kosten van een door verzoekster zelf ingeschakelde deskundige vergoed zullen worden indien het bezwaar gegrond verklaard wordt. Verweerder acht gelet hierop geen termen aanwezig voor het bevelen van een voorlopig deskundigenonderzoek.
4. De rechtbank overweegt het volgende. Het verzoek van verzoekster berust op het bepaalde in artikel 227 Rv. Zij heeft het verzoekschrift (onder meer) ingediend teneinde bewijs te kunnen verkrijgen in het kader van de bezwaarschriftprocedure en in het kader van een mogelijk aanhangig te maken beroepsprocedure bij de rechtbank Groningen, sector Bestuursrecht.
Ingevolge artikel 228, eerste lid, Rv, wordt het verzoek gedaan aan de rechter bij wie het geding aanhangig is of, indien het niet aanhangig is, bij de rechter die vermoedelijk bevoegd zal zijn daarvan kennis te nemen. Deze rechter beoordeelt summierlijk of hij bevoegd is naar het onderwerp van het geschil.
Gelet op het voorgaande en gelet op hetgeen is bepaald in artikel 49 Wet op de rechterlijke organisatie - de civiele kamer van de rechtbank is bevoegd om te oordelen over burgerlijke zaken - moet worden geoordeeld dat de civiele rechter niet bevoegd is om te oordelen over het onderhavige verzoekschrift. Immers, het onderwerp waarover de deskundige advies zou moeten uitbrengen behoort exclusief tot de bevoegdheid van de bestuursrechter: de vaststelling van de arbeidsbeperkingen van verzoekster in het kader van de - mogelijk - voor haar negatieve beslissing van verweerder op haar bezwaar tegen de beslissing van 27 september 2000.
BESLISSING
De rechtbank:
verklaart zich onbevoegd.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.H.J. Lennaerts, rechter, op 19 december 2000, in tegenwoordigheid van de griffier.
Verzonden op 19 december 2000
jw-v