ECLI:NL:RBGRO:2004:AP4542
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- D.A. Flinterman
- Rechtspraak.nl
Verzoek om vaststelling van nevenvoorzieningen in een niet in de wet geregelde situatie
In deze zaak hebben verzoekers, een vrouw en een man, op 19 mei 2004 een verzoekschrift ingediend bij de Rechtbank Groningen. Het verzoek betreft de vaststelling van nevenvoorzieningen met betrekking tot hun minderjarige kind, dat erkend is door de man. De verzoekers hebben onder andere gevraagd om de woon- en verblijfplaats van het kind bij de vrouw vast te stellen, alsook om een omgangsregeling tussen het kind en de man te bepalen. De voorgestelde omgangsregeling omvat reguliere omgangsperiodes, aanpassingen voor wanneer de man weekenddienst heeft, en extra dagen in onderling overleg. Daarnaast is er een verzoek gedaan om de man te verplichten een maandelijkse bijdrage van €352,72 te betalen voor de kosten van verzorging en opvoeding van het kind.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het verzoek van partijen niet-ontvankelijk is, omdat het een situatie betreft die niet in de wet is geregeld. Bovendien hebben partijen aangegeven dat zij het over alles eens zijn, waardoor het belang van het verzoek ontbreekt. De rechtbank heeft de beschikking op 29 juni 2004 uitgesproken, waarbij de griffier heeft medegedeeld dat partijen in hoger beroep kunnen gaan bij het Gerechtshof te Leeuwarden binnen drie maanden na de uitspraak. De beschikking is gegeven door mr. D.A. Flinterman en is openbaar gemaakt in aanwezigheid van de griffier.