ECLI:NL:RBGRO:2006:AZ5338

Rechtbank Groningen

Datum uitspraak
5 december 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
293617 / 06-2189
Instantie
Rechtbank Groningen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een factuur in het kader van een dienstverleningsovereenkomst

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Groningen op 5 december 2006, staat de vordering van de besloten vennootschap DG Beveiliging & Communicatie B.V. centraal. DG heeft Bosma Bedden Winschoten B.V. aangeklaagd voor het niet betalen van een factuur van € 683,06, die voortvloeit uit een dienstverleningsovereenkomst voor een inbraaksignaleringinstallatie. De overeenkomst was aangegaan met Dijk & Wijk Beveiliging en Communicatie v.o.f., maar Bosma heeft deze overeenkomst opgezegd per 22 januari 2003. DG stelt dat Bosma de resterende looptijd van de overeenkomst in rekening heeft gebracht, wat resulteerde in de factuur van 5 mei 2003. Bosma heeft echter betwist dat er een contractuele relatie met DG bestond en heeft gewezen op de opzegging die gericht was aan Dijk & Wijk B.V.

De kantonrechter heeft de argumenten van beide partijen overwogen. Hoewel Bosma van mening is dat DG geen rechten kan ontlenen aan de overeenkomst, heeft de kantonrechter geoordeeld dat Bosma zich op een onredelijke manier van de domme houdt. De rechter heeft vastgesteld dat er een minnelijke schikking tot stand is gekomen, waarbij Bosma akkoord ging met de betaling van het bedrag van € 683,06 aan DG. Bovendien heeft Bosma niet betwist dat zij onderhouds- en servicediensten heeft ontvangen, en dat deze diensten aan de eisen voldeden.

Uiteindelijk heeft de kantonrechter geoordeeld dat de vordering van DG toewijsbaar is. Bosma is veroordeeld tot betaling van € 947,50, vermeerderd met wettelijke rente, en is ook in de proceskosten veroordeeld. Dit vonnis is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, en de rechter heeft bepaald dat het vonnis uitvoerbaar is bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK GRONINGEN
Sector kanton
Locatie Winschoten
Zaak\rolnummer: 293617 / 06-2189
vonnis d.d. 5 december 2006
inzake
de besloten vennootschap DG Beveiliging & Communicatie B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te 9641 KE Veendam, Stationsstraat 4,
eiseres, hierna te noemen DG,
gemachtigde H. Meinema, gerechtsdeurwaarder,
en
de besloten vennootschap Bosma Bedden Winschoten B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te 9672 BE Winschoten, Beertsterweg 1 A,
gedaagde, hierna te noemen Bosma,
gemachtigde J.L. Werkman, gerechtsdeurwaarder.
PROCESGANG
De kantonrechter heeft kennisgenomen van de volgende processtukken:
- dagvaarding
- conclusie van antwoord
- conclusie van repliek
- conclusie van dupliek
DG heeft producties overgelegd.
Vonnis is (nader) bepaald op heden.
OVERWEGINGEN
1. De feiten
1.1 Bij de gedingstukken bevindt zich onder meer een contract Dienstverleningsovereenkomst Signaleringssysteem waarbij Dijk & Wijk Beveiliging en Communicatie v.o.f. als opdrachtnemer en Bosma als opdrachtgever partij zijn. Het betreft hier een onderhouds- en serviceovereenkomst met betrekking tot een inbraaksignaleringinstallatie voor de duur van 5 jaar.
1.2 Bij schrijven van 22 januari 2003 heeft Bosma het volgende aan Dijk & Wijk B.V. medegedeeld:
Hierbij geven wij u te kennen dat wij onze relatie met uw organisatie met directe ingang zullen beëindigen.
Wij vragen u dan ook hierbij om de standaard installateurcode terug te brengen in het inbraakbeveiligingssysteem.
1.3 Bij de gedingstukken bevindt voorts een faktuur van 5 mei 2003 waarbij een bedrag van € 1.366,12 aan Bosma in rekening is gebracht. Die faktuur bevat verder de volgende tekst:
Betreft: inbraakinstallatie
Naar aanleiding van uw schriftelijke opzegging doen wij u hierbij de faktuur toekomen betreffende de afkoop van de inbraakinstallatie in het pand aan de J. V/d Veenstraat 11 te Winschoten.
1.4 Tevens bevindt zich bij de gedingstukken een faktuur ten name van Bosma d.d.
25 februari 2004. Daarbij wordt een bedrag van € 683,06 aan Bosma in rekening gebracht. Deze factuur bevat verder de volgende tekst:
Wij crediteren uw rekening naar aanleiding van uw fax d.d. 15-02-2004 en onze faktuur 8030188 d.d. 05-05-2003.
Totaal creditbedrag € 574,00.
TE ONTVANGEN EUR € 683,06
1.5 Bosma heeft deze faktuur ondanks diverse aanmaningen onbetaald gelaten.
2. Het standpunt van partijen
2.1 DG heeft betoogd dat Bosma de overeenkomst op 22 januari 2003 heeft opgezegd, maar dat dit eerst mogelijk was tegen 26 maart 2007. Daarom heeft zij Bosma de resterende looptijd in rekening gebracht hetgeen resulteerde in de factuur van 5 mei 2003. Daarna heeft er overleg tussen partijen plaatsgehad dat heeft geleid tot de minnelijke schikking als bedoeld in de faktuur van 25 februari 2004.
2.2 Bosma heeft aangevoerd ter zake van een inbraakinstallatie geen contractuele relatie met DG te hebben gehad, zodat zij niet tot betaling van enig bedrag gehouden is. Zij wijst erop dat de door DG in het geding gebrachte opzeggingsbrief is gericht aan Dijk & Wijk B.V. en dat Dijk & Wijk Beveiliging en Communicatie v.o.f. partij is in het overgelegde contract. Deze ondernemingen zijn evenwel geen partij in onderhavige procedure.
3. De beoordeling
3.1 Hoewel de kantonrechter met Bosma van mening is dat DG formeel juridisch niet kan worden aangemerkt als partij in het contract met haar en DG daaraan jegens haar geen rechten kan ontlenen, kan dat Bosma, die zich gelet op de inhoud van de gedingstukken wel heel opzichtig van de domme houdt, niet baten.
3.2 Zo heeft Bosma niet betwist dat, gelijk DG onder 5 van de conclusie van repliek expliciet heeft gesteld, tussen partijen een minnelijke schikking tot stand is gekomen inhoudende dat zij een bedrag van € 683,06 aan DG zou voldoen.
3.3 Voorts overweegt de kantonrechter dat Bosma meer dan eens door de incassogemachtigde van DG is gesommeerd voormeld bedrag te voldoen, maar dat gesteld noch gebleken is dat zij daarop te kennen heeft gegeven DG niet als partij te aanvaarden.
3.4 Daarnaast moet het er, bij gebreke van betwisting zijdens Bosma, voor worden gehouden dat DG en Dijk & Wijk v.o.f. materieel dezelfde partijen zijn.
3.5 Ten slotte overweegt de kantonrechter in dit kader nog dat Bosma onderhouds- en servicediensten heeft ontvangen. Gesteld noch gebleken is dat deze niet aan de daaraan te stellen eisen hebben voldaan.
3.6 Op grond van hetgeen hiervoor is overwogen is de kantonrechter dan ook van oordeel dat Bosma aan de eerder gememoreerde nadere partijafspraak kan worden gehouden. Aldus ligt de vordering van DG, die voor het overige niet is betwist, voor toewijzing gereed.
3.7 Als in het ongelijk gestelde partij zal Bosma tevens in de proceskosten worden veroordeeld.
BESLISSING
De kantonrechter:
veroordeelt Bosma om aan DG te betalen de somma van € 947,50, vermeerderd met de wettelijke rente over € 683,06 vanaf de dag der dagvaarding tot de dag van de algehele voldoening;
veroordeelt Bosma in de kosten van de procedure tot aan deze uitspraak aan de zijde van DG gevallen, welke kosten worden vastgesteld op € 76,32 aan explootkosten, € 149,00 aan griffierecht en € 200,00 aan salaris van de gemachtigde;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A. Fokkema, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 5 december 2006 in aanwezigheid van de griffier.
Typ: hpl
Coll: