ECLI:NL:RBGRO:2007:BA7980
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning langdurigheidstoeslag en gelijkheidsbeginsel bij bijstandsverlening
In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen het besluit van het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Slochteren, waarin haar aanvraag voor een langdurigheidstoeslag werd afgewezen. De rechtbank Groningen heeft op 12 juni 2007 uitspraak gedaan in deze zaak. Eiseres had op 26 oktober 2005 een aanvraag ingediend voor een langdurigheidstoeslag, maar deze werd afgewezen omdat zij niet voldeed aan de voorwaarde dat zij gedurende een ononderbroken periode van 60 maanden geen inkomsten uit of in verband met arbeid had ontvangen. Eiseres ontving namelijk een gedeeltelijke WAO-uitkering, wat volgens verweerder als inkomen werd beschouwd.
Eiseres heeft bezwaar aangetekend tegen deze afwijzing, maar het bezwaar werd ongegrond verklaard. In de procedure heeft eiseres aangevoerd dat verweerder in strijd met het vertrouwensbeginsel heeft gehandeld, omdat zij in het verleden wel een langdurigheidstoeslag had ontvangen. De rechtbank heeft de zaak behandeld op de zitting van 7 juni 2007, waar eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren, terwijl verweerder zich liet vertegenwoordigen.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat de criteria voor de langdurigheidstoeslag, zoals neergelegd in de Wet Werk en Bijstand (WWB), in dit geval niet correct zijn toegepast. De rechtbank heeft de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) in overweging genomen, waarin werd gesteld dat het onderscheid tussen bijstandsgerechtigden met en zonder arbeidsongeschiktheidsuitkering niet gerechtvaardigd is. De rechtbank heeft geoordeeld dat het bestreden besluit in strijd is met het gelijkheidsbeginsel en heeft het besluit vernietigd. Tevens is bepaald dat verweerder een nieuw besluit moet nemen, rekening houdend met de uitspraak van de rechtbank. Eiseres heeft recht op vergoeding van het griffierecht en de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 644,00.
De rechtbank heeft de gemeente Slochteren aangewezen als de rechtspersoon die deze kosten moet vergoeden. De uitspraak benadrukt het belang van gelijke behandeling in de sociale zekerheid en de noodzaak voor overheidsinstanties om zorgvuldig om te gaan met aanvragen voor bijstandsverlening.