ECLI:NL:RBGRO:2008:BC8097
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering inschrijving als werkzoekende wegens gebrek aan vaste woon- of verblijfplaats
In deze zaak heeft eiser, zonder vaste woon- of verblijfplaats, beroep ingesteld tegen de weigering van de Raad van bestuur van de Centrale organisatie werk en inkomen (CWI) om hem als werkzoekende in te schrijven. Eiser heeft op 14 januari 2008 beroep aangetekend tegen het besluit van 21 december 2007, waarin zijn bezwaar tegen een eerdere afwijzing van 30 oktober 2007 ongegrond werd verklaard. De afwijzing was gebaseerd op het feit dat eiser geen vaste woon- of verblijfplaats kon opgeven, wat volgens de geldende wetgeving een vereiste is voor inschrijving als werkzoekende.
Eiser heeft aangevoerd dat het ontbreken van een vaste woon- of verblijfplaats hem niet zou moeten uitsluiten van inschrijving, en heeft verwezen naar de Handleiding Uitvoeringsprocedures GBA, waarin het concept van een puntadres wordt besproken. Dit puntadres is bedoeld voor personen die wel in de gemeente ingeschreven dienen te zijn, maar niet op een vast adres verblijven. Eiser stelde dat hij vier adressen heeft waar hij verblijft en dat hij daarom recht heeft op inschrijving.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser niet voldoet aan de voorwaarden zoals gesteld in artikel 25, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wet SUWI, die bepaalt dat alleen Nederlanders met een vaste woon- of verblijfplaats zich als werkzoekende kunnen registreren. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser niet beschikt over een adres dat voldoet aan de wettelijke vereisten, en dat de CWI de inschrijving terecht heeft geweigerd. De rechtbank heeft het beroep van eiser dan ook ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien om verder onderzoek te doen of toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Awb.
De uitspraak werd gedaan door mr. M.W. de Jonge en openbaar uitgesproken op 18 maart 2008, met mr. H.G. Wiemans als griffier. Partijen zijn erop gewezen dat zij binnen zes weken na verzending van de uitspraak verzet kunnen aantekenen.