ECLI:NL:RBGRO:2008:BD7020

Rechtbank Groningen

Datum uitspraak
25 juni 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
102410 / JE RK 08-490
Instantie
Rechtbank Groningen
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging machtiging tot uithuisplaatsing in gesloten jeugdzorg voor minderjarige

Op 25 juni 2008 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Groningen de zaak betreffende de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg behandeld. Het verzoek tot verlenging was ingediend door het bureau jeugdzorg (bjz) op 3 juni 2008, met als doel de behandeling van de minderjarige voort te zetten, die op dat moment deelnam aan het project 'Doen wat Werkt'. De minderjarige, die op 19 juli 2008 achttien jaar zou worden, had eerder een behandeling ondergaan in zowel een gesloten als een besloten groep en woonde sinds 28 maart 2008 weer thuis. Echter, zijn gedrag vertoonde nog steeds problematische elementen, zoals alcoholgebruik en het niet naleven van afspraken.

De kinderrechter overwoog dat, ondanks de aanstaande meerderjarigheid van de minderjarige, de noodzaak voor voortzetting van de gesloten jeugdzorg aanwezig was. Artikel 29a van de Wet op de Jeugdzorg (WJZ) stelt dat de bepalingen omtrent gesloten jeugdzorg ook van toepassing zijn op jeugdigen die de leeftijd van 21 jaar nog niet hebben bereikt, mits er op het moment van meerderjarigheid een machtiging gold. De ouders van de minderjarige hadden hun instemming gegeven voor de opneming in de gesloten jeugdzorg, wat een vereiste was voor de verlenging van de machtiging.

De kinderrechter concludeerde dat de minderjarige nog steeds opgroei- en opvoedingsproblemen had die zijn ontwikkeling ernstig belemmerden. Gezien de instemming van zowel de minderjarige als zijn ouders met het verzoek van bjz, en de noodzaak van voortzetting van de behandeling, werd de machtiging tot uithuisplaatsing verlengd voor de duur van zes maanden, tot 19 januari 2009. De beschikking werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van 25 juni 2008, en is uitvoerbaar bij voorraad. Er werd tevens opgemerkt dat er binnen drie maanden hoger beroep kon worden ingesteld.

Uitspraak

RECHTBANK GRONINGEN
Sector Civielrecht
zaaknr.: 102410 / JE RK 08-490
beschikking kinderrechter d.d. 25 juni 2008
inzake
* [minderjarige], geboren in de gemeente [gemeente] op [in 1990], hierna: [de minderjarige],
kind van:
[vader],
en
[moeder],
beiden wonende te [adres].
De ouders zijn belast met het gezag over voornoemde minderjarige.
PROCESGANG
Op 3 juni 2008 heeft het bureau jeugdzorg (bjz) een verzoek tot verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg ingediend, gedateerd 30 mei 2008.
Daarbij is overgelegd het indicatiebesluit.
Nu het een verlenging van een machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg betreft is ambtshalve als raadsman toegevoegd mr. R.F.M. Mullaart.
Op 25 juni 2008 is ter griffie een verklaring van een gedragswetenschapper ontvangen.
Op 25 juni 2008 zijn ter griffie brieven ontvangen van [de minderjarige] en ouders.
Op 25 juni 2008 heeft de kinderrechter de zaak ter terechtzitting met gesloten deuren behandeld.
Gehoord zijn daarbij: mr. R.F.M. Mullaart en mevrouw A. Ritsema, namens bjz.
OVERWEGINGEN
Bij beschikking d.d. 25 september 2007 is de ondertoezichtstelling uitgesproken, ingaande 4 december 2007, tot 19 juli 2008.
Bij beschikking d.d. 3 maart 2008 is de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg verlengd, met ingang van 4 maart 2008, tot 19 juli 2008.
Standpunt bjz
[de minderjarige] neemt op dit moment deel aan het project "Doen wat Werkt". Hij heeft hiervoor een behandeling gehad op zowel een gesloten als een besloten groep van het Poortje. Nu woont hij sinds 28 maart jl. weer thuis. [de minderjarige] wordt begeleid door een therapeut van Functionele Familie Therapie (FFT). Naar verwachting duurt deze begeleiding nog vier maanden. De begeleiding verloopt nu nog niet goed. [de minderjarige] drinkt nog veel alcohol en houdt zich niet aan de afspraken. Ook heeft hij een aantal keren geld gestolen van ouders.
Het is voor de therapie noodzakelijk dat er voor [de minderjarige] en ouders de mogelijkheid blijft om terug te vallen op een Time-Out, hetgeen inhoudt dat [de minderjarige], per direct, voor maximaal twee weken wordt teruggeplaatst naar de gesloten Time-Out groep van Doen wat Werkt.
Er is tot nu toe een keer gebruik gemaakt van deze mogelijkheid; voor een weekend.
Hoewel [de minderjarige] op 19 juli as. achttien jaar wordt, is het belangrijk dat de machtiging gesloten jeugdzorg gehandhaafd blijft, omdat de behandeling van [de minderjarige] nog niet is afgelopen. In verband hiermee is het van belang dat de mogelijkheid van een Time-Out in het Poortje blijft bestaan.
Naar de mening van bjz dient de komende periode gewerkt te worden aan het behalen van de volgende doelen:
- [de minderjarige] staat open voor begeleiding van de FFT therapeut;
- [de minderjarige] houdt zich aan de afspraken die hij maakt;
- [de minderjarige] volgt de lessen op zijn school en is gemotiveerd om zijn opleiding af te maken.
Beoordeling van de kinderrechter
[de minderjarige] is deelnemer aan het project "Doen wat Werkt". Binnen dit project bestaat de mogelijkheid om terug te vallen op een Time-Out. Dit houdt in dat [de minderjarige] voor een korte duur teruggeplaatst kan worden naar de gesloten Time-Out groep binnen het Poortje. Hier dient een machtiging tot gesloten jeugdzorg aan ten grondslag te liggen.
[de minderjarige] woont op dit moment weer bij zijn ouders. Het gaat soms goed, maar vaak ook niet. [de minderjarige] drinkt nog veel en houdt zich niet altijd aan de regels en afspraken die thuis gelden.
Het is voor [de minderjarige] en ouders van belang dat de gesprekken met de FFT therapeut voortgezet worden. De kinderrechter betrekt in dit oordeel dat [de minderjarige] voor een korte duur teruggeplaatst is naar de gesloten Time-Out groep.
De kinderrechter overweegt ten aanzien van het feit dat [de minderjarige] op 19 juli as. meerderjarig wordt het volgende.
Ingevolge artikel 29a, eerste lid, WJZ is het hoofdstuk dat betrekking heeft op de gesloten jeugdzorg niet alleen van toepassing op minderjarige jeugdigen, maar ook op jeugdigen die de leeftijd van 21 jaar nog niet hebben bereikt, ten aanzien van wie op het tijdstip waarop zij meerderjarig werden, een machtiging gold.
[de minderjarige] staat vanaf 19 juli 2008 niet meer onder toezicht. Een gesloten machtiging kan in een dergelijk geval ingevolge artikel 29b, tweede lid, van voornoemde wet slechts worden verleend, indien de voogdij over de jeugdige bij een stichting berust, of degene die het gezag over hem uitoefent, met de opneming en het verblijf instemt.
In casu hebben ouders een verklaring overgelegd waaruit hun instemming met de opneming van [de minderjarige] in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg blijkt.
Het voortzetten van de behandeling in de gesloten jeugdzorg tijdens de meerderjarigheid is bovendien slechts mogelijk in gevallen waarin de noodzaak van voortzetting/afronding van de behandeling duidelijk is. Uit de overgelegde stukken en het hierboven overwogene blijkt deze noodzaak.
Op grond van de verkregen informatie, zoals in opgemeld verzoek aangegeven, is de kinderrechter van oordeel dat verlenging van de termijn van de machtiging tot gesloten jeugdzorg moet worden verlengd omdat de jeugdige nog steeds opgroei- of opvoedingsproblemen heeft die zijn ontwikkeling naar volwassenheid ernstig belemmeren en die maken dat de opneming en het verblijf noodzakelijk zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan de zorg die hij nodig heeft zal onttrekken of daaraan door anderen wordt onttrokken.
Gebleken is dat zowel de minderjarige [de minderjarige] als zijn ouders het eens zijn met het verzoek van bjz. Gelet op deze instemming, de ernst van de problematiek van de minderjarige [de minderjarige], het gegeven dat er een keer gebruik gemaakt is van de mogelijkheid van een Time-Out en de noodzakelijkheid van het voortzetten van het behandeltraject, zal de kinderrechter de machtiging uithuisplaatsing in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg verlengen voor de duur van zes maanden.
BESLISSING
verlengt de termijn van de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige [minderjarige] voor de duur van zes maanden in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg, met ingang van 19 juli 2008, derhalve tot 19 januari 2009;
deze beschikking is uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beslissing is gegeven te Groningen door mr. L.C. Bosch, kinderrechter, in tegenwoordigheid van de griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 25 juni 2008.
WJD
Van deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld binnen drie maanden na de dag van deze uitspraak door indiening van een beroepschrift ter griffie van het Gerechtshof te Leeuwarden.