ECLI:NL:RBGRO:2008:BG4377
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot uithuisplaatsing van ongeboren kind in het belang van verzorging en opvoeding
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Groningen op 30 oktober 2008 een beschikking gegeven met betrekking tot de uithuisplaatsing van een ongeboren kind. De William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering (WSS) had een verzoekschrift ingediend voor een machtiging tot (spoed)uithuisplaatsing, omdat er ernstige zorgen bestonden over de ontwikkelingsmogelijkheden van het ongeboren kind. De ouders, die beiden kampen met ernstige persoonlijke problemen, waaronder verslaving en psychische aandoeningen, zijn niet in staat om aan de ontwikkelingsbehoeften van hun kind te voldoen. De moeder heeft eerder twee kinderen gehad, die bij de grootouders verblijven, en heeft tijdens haar zwangerschap van het ongeboren kind cannabis gebruikt. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de situatie van de ouders zorgwekkend is en dat het noodzakelijk is om de veiligheid en ontwikkeling van het ongeboren kind te waarborgen.
De kinderrechter heeft de ouders een laatste kans geboden om hun ongeboren kind zelf te verzorgen en op te voeden, mits zij zich vlak voor en direct na de geboorte laten opnemen in een accommodatie waar zij ondersteuning kunnen krijgen. De kinderrechter heeft benadrukt dat deze kans als een laatste kans moet worden beschouwd en dat bij een eventuele volgende geboorte geen nieuwe kans meer zal worden geboden. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de ouders zijn in staat gesteld om te worden gehoord op een zitting in februari 2009. De kinderrechter heeft ook bepaald dat de machtiging tot uithuisplaatsing voor een periode van vijf maanden wordt verleend, tenzij de moeder zich laat opnemen in een geschikte accommodatie.
De beslissing is genomen in het belang van de verzorging en opvoeding van het ongeboren kind, waarbij het recht op family life, zoals vastgelegd in artikel 8 van het EVRM, in overweging is genomen. De kinderrechter heeft de ouders gewaarschuwd dat indien de situatie niet verbetert, de uithuisplaatsing onontkoombaar zal zijn. De beschikking is gegeven in aanwezigheid van de griffier en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.