ECLI:NL:RBGRO:2009:BJ7417
Rechtbank Groningen
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot moratorium wegens ernstige terugkerende wanbetaling door verzoekers
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Groningen op 2 september 2009, hebben verzoekers een verzoek ingediend tot het instellen van een moratorium op basis van artikel 287b van de Faillissementswet (Fw). Dit verzoek werd gedaan in het kader van hun poging om een wettelijke schuldsaneringsregeling toe te passen. De verzoekers, die een huurwoning huren van de Stichting Wold & Waard, hebben een aanzienlijke achterstand in de huurbetalingen opgebouwd. De kantonrechter had eerder, op 6 mei 2009, de huurovereenkomst ontbonden en de ontruiming van de woning gelast vanwege deze betalingsachterstanden.
Tijdens de zitting op 2 september 2009 zijn de verzoekers verschenen, samen met vertegenwoordigers van de betrokken schuldeisers. De verzoekers stelden dat zij bezig waren met het opzetten van een minnelijke schuldregeling en dat het moratorium noodzakelijk was om hen de ruimte te geven om deze regeling te realiseren. De verhuurder, vertegenwoordigd door Deurwaarderskantoor Hoeve Zuidhorn B.V. en Stichting Wold & Waard, verzet zich tegen het verzoek en wijst op de langdurige betalingsproblemen van de verzoekers, die al zestien jaar aanhouden.
De rechtbank heeft de belangen van beide partijen afgewogen. Hoewel de verzoekers aangaven dat zij recentelijk stappen hadden ondernomen om hun financiële situatie te verbeteren, oordeelde de rechtbank dat de ernstige en terugkerende wanbetaling aan de zijde van de verzoekers zwaarder weegt dan hun verzoek om een moratorium. De rechtbank concludeerde dat de verzoekers onvoldoende hebben gedaan om hun betalingsverplichtingen na te komen en dat het niet gerechtvaardigd was om het eerdere ontruimingsvonnis te herzien. Het verzoek tot moratorium werd dan ook afgewezen, met de opmerking dat een beslissing over de toelating tot de schuldsaneringsregeling in een afzonderlijk vonnis zal worden genomen.