ECLI:NL:RBGRO:2011:BP6616

Rechtbank Groningen

Datum uitspraak
17 februari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
431721
Instantie
Rechtbank Groningen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • R.Tj. Terpstra
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van reparatiekosten na aankoop van een auto met gebreken

In deze zaak heeft eiseres A, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. S. El Hami, een vordering ingesteld tegen gedaagde B, een vennootschap onder firma, met betrekking tot de betaling van reparatiekosten voor een auto die A in oktober 2008 van B heeft gekocht. A stelt dat de cilinderkop van de auto vol gespoten was met bitumen en dat er een afspraak was gemaakt met B om de auto te laten repareren, waarbij B de kosten zou dragen. B heeft deze afspraak echter ontkend en betwist dat er enige verplichting bestond om de auto te repareren.

De kantonrechter heeft de feiten vastgesteld en geconcludeerd dat A zich enkel baseert op de door haar beweerde afspraak, die door B gemotiveerd is ontkend. De kantonrechter oordeelt dat de stelling van A ongeloofwaardig is, omdat het onduidelijk is waarom B een carte blanche zou geven aan A voor de reparatie. Bovendien is er onvoldoende duidelijkheid over de verplichtingen van B en de aard van het gebrek aan de auto. De kantonrechter concludeert dat A niet voldoende heeft gesteld om in aanmerking te komen voor bewijsvoering.

Uiteindelijk wijst de kantonrechter de vordering van A af en veroordeelt A in de proceskosten van B, die op nihil worden vastgesteld omdat B geen gemachtigde heeft hoeven betalen. Dit vonnis is uitgesproken op 17 februari 2011 door mr. R.Tj. Terpstra, kantonrechter, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK GRONINGEN
Sector kanton
Locatie Groningen
Zaak/rolnummer: 459096 CV EXPL 10-10411
Vonnis van 17 februari 2011
inzake
A,
wonende te [plaatsnaam],
eiseres,
gemachtigde: mr. S. El Hami, advocaat te Groningen (Postbus 129, 9700 AC),
tegen
de vennootschap onder firma [B],
gevestigd en kantoorhoudend te [adres],
gedaagde,
procederend in persoon door [naam].
PROCESGANG
1. Op de bij dagvaarding met producties vermelde gronden heeft eisende partij, hierna te noemen A, gevorderd om gedaagde partij, hierna te noemen B, te veroordelen tot betaling van alles wat A aan C moet betalen in de hoofdzaak 431721 CV EXPL 09-19080), met rente en kosten.
B heeft bij antwoord de vordering betwist.
Na repliek en dupliek (met een productie) is vonnis bepaald op de stukken, waarvan de inhoud als hier ingelast geldt.
OVERWEGINGEN
De feiten
2. De kantonrechter gaat uit van de volgende feiten.
2.1. A heeft in oktober 2008 van B een auto gekocht en geleverd gekregen.
2.2. In december 2008 heeft A telefonisch contact opgenomen met B. Zij heeft gezegd dat de cilinderkop vol gespoten was met bitumen. A heeft een e-mail met foto's gestuurd.
De standpunten van partijen
3. A heeft zich gebaseerd op de vaststaande feiten. Zij heeft verder aangevoerd dat telefonisch met B is afgesproken dat de auto bij een garage in de buurt van A zou worden gerepareerd. B zou de reparatiekosten betalen.
4. Het verweer van B is dat de door A beweerde afspraak niet is gemaakt. B heeft aangegeven dat de auto gebracht kon worden of met een oprijwagen opgehaald.
De beoordeling van het geschil
5. A beroept zich voor haar vordering enkel op een door haar beweerde afspraak, gemaakt met B. Die afspraak wordt door B gemotiveerd ontkend.
6. De kantonrechter vindt het ongeloofwaardig dat B een afspraak zou hebben gemaakt als door A beweerd. Die afspraak komt immers neer op een carte blanche. Zonder meer valt niet in te zien waarom B die carte blanche zou geven aan A.
7. Om een overeenkomst te kunnen aannemen moeten de verplichtingen over en weer voldoende bepaald en in een zeker evenwicht zijn. Daarvan is in deze kwestie naar het oordeel van de kantonrechter geen sprake. De door A beweerde overeenkomst houdt niet in waarom B de plicht heeft een gebrek te verhelpen. De overeenkomst houdt niet in waaruit het gebrek precies bestaat. De overeenkomst spreekt niet over de omvang van de verplichting van B die gerelateerd zal/kan zijn aan de leeftijd en het kilometrage van de auto. De kantonrechter is van oordeel dat A onvoldoende heeft gesteld om in aanmerking te kunnen komen voor bewijsvoering.
8. De zaak voor A staat of valt met het al of niet honoreren van haar beroep op de beweerde afspraak met B. A beroept zich niet op een ander tekortkomen van B dan het niet nakomen van de door haar beweerde afspraak. Ambtshalve ziet de kantonrechter geen mogelijkheid rechtsgronden aan te vullen omdat er geen ingebrekestelling is.
9. De kantonrechter wijst de vordering af. A moet de proceskosten van B betalen die de kantonrechter op nihil bepaalt omdat B geen gemachtigde hoeft te betalen.
B E S L I S S I N G
De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt A in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van B begroot op nihil wegens salaris.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.Tj. Terpstra, kantonrechter, en op 17 februari 2011 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.
coll.:
typ: RTjT