ECLI:NL:RBGRO:2011:BP6623

Rechtbank Groningen

Datum uitspraak
22 februari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
451539
Instantie
Rechtbank Groningen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • R.Tj. Terpstra
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van loon en vakantiegeld door een voormalige werknemer van een fitnessbedrijf

In deze zaak vorderde eiseres A, een voormalige werknemer van Quantum Fit B.V., betaling van achterstallig loon en vakantiegeld. A was in dienst van Quantum Fit van 25 maart 2008 tot 26 juli 2009 als fitnessinstructeur en stelde dat zij gedurende het eerste jaar te weinig was betaald, namelijk € 10,00 per uur in plaats van het contractueel afgesproken bedrag van € 12,00 per uur. Quantum Fit betwistte de vordering en stelde dat er een afspraak was gemaakt over een uurtarief van € 10,00, maar dat dit abusievelijk was verhoogd naar € 13,00 per uur na 25 maart 2009. De kantonrechter oordeelde dat A voldoende bewijs had geleverd voor haar vordering, onder andere door het arbeidscontract en de chronologie van gebeurtenissen. De rechter concludeerde dat A recht had op een uurloon van € 12,00 voor het eerste jaar en € 13,00 vanaf 25 maart 2009. Daarnaast oordeelde de kantonrechter dat Quantum Fit A's vakantiegeld moest doorbetalen, aangezien A voldoende vakantie had opgebouwd. De vordering van A werd toegewezen, met een gematigde wettelijke verhoging en een vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. De vordering van Quantum Fit in reconventie werd afgewezen. De proceskosten werden voor Quantum Fit vastgesteld op nihil, terwijl Quantum Fit de kosten van A moest vergoeden. Het vonnis werd uitgesproken door kantonrechter R.Tj. Terpstra op 22 februari 2011.

Uitspraak

RECHTBANK GRONINGEN
Sector kanton
Locatie Winschoten
Zaak\rolnummer: 451539 \ CV EXPL 10-3010
Vonnis d.d. 22 februari 2011
inzake
A,
wonende te [adres],
eiseres in conventie, verweerster in reconventie, hierna A te noemen,
gemachtigde: mevr.mr. S. van Gessel, advocaat te Veendam (Postbus 125, 9640 AC),
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Quantum Fit B.V.,
statutair gevestigd te 9642 CZ Veendam, Skager Rak 14,
gedaagde in conventie, eiseres in reconventie, hierna Quantum Fit te noemen,
gemachtigde: mr. S. Bakker, werkzaam bij Achmea Rechtsbijstand te Tilburg
(postbus 10100, 5000 JC).
PROCESGANG
1. Op de bij dagvaarding met producties vermelde gronden heeft A gevorderd om Quantum Fit te veroordelen tot betaling van € 7.380,96 bruto en € 327,11 netto, met rente en kosten.
Quantum Fit heeft bij antwoord, onder overlegging van producties, de vordering betwist. Quantum Fit heeft een tegenvordering ingesteld van € 507,93 bruto.
Na repliek in conventie tevens antwoord in reconventie, dupliek in conventie tevens repliek in reconventie en dupliek in reconventie is vonnis bepaald op de stukken, waarvan de inhoud als hier ingelast geldt.
OVERWEGINGEN
De feiten
2. De kantonrechter gaat uit van de navolgende feiten.
2.1. A is in dienst geweest van Quantum Fit van 25 maart 2008 tot 26 juli 2009. A heeft gewerkt als fitnessinstructeur voor 26 uren per week.
2.2. Quantum Fit heeft een schriftelijke arbeidsovereenkomst opgemaakt en partijen hebben deze op 2 mei 2008 ondertekend. In Artikel 4. Beloning staat onder meer:
Werknemer ontvangt een brutosalaris van € 12 euro per uur, gebaseerd op 26 uren per week.
2.3. Partijen zijn een loonsverhoging overeengekomen van € 1,00 per uur vanaf 25 maart 2009.
De standpunten van partijen
3. A heeft zich gebaseerd op de vaststaande feiten. Zij heeft aangevoerd dat in het eerste jaar € 2,00 per gewerkt uur te weinig is betaald, want € 10,00 per uur in plaats van de contractuele € 12,00 per uur. De door Quantum Fit overgelegde brief van 12 mei 2008 ziet A voor het eerst wanneer deze is gevoegd bij de brief van 2 november 2009 van Quantum Fit aan de gemachtigde van A. Het gesprek waarop Quantum Fit doelt, heeft plaatsgevonden kort na 25 maart 2008. In dit gesprek is A niet akkoord gegaan met een lager uurloon. Enkele weken na dit gesprek is het contract van 2 mei 2008 door partijen ondertekend. A heeft mondeling geklaagd over de loonafrekeningen die uitgaan van een uurloon van € 10,00. Terecht heeft Quantum Fit na 25 maart 2009 een uurloon van € 13,00 betaald. Vanaf 13 juli 2009 tot het einde van het dienstverband, heeft A vakantie gehad. Hier is overleg over geweest. Collega's van A zijn ingeroosterd. Quantum had het salaris tijdens de vakantie moeten doorbetalen.
4. Het verweer van Quantum Fit is dat kort na 25 maart 2008 is afgesproken een uurtarief van € 10,00 bruto. Die afspraak is door Quantum Fit aan A bevestigd met de brief van 12 mei 2008. Per 25 maart 2009 is een uurtarief van € 11,00 van toepassing. Abusievelijk is aan A na 25 maart 2009 een uurtarief van € 13,00 uitbetaald. A is de laatste week niet op haar werk verschenen en heeft daarom geen recht op loon. Per saldo is er dan een vordering op A van € 507,93.
De beoordeling van het geschil
5. De kantonrechter is van oordeel dat A heeft aangetoond dat het uurtarief vanaf 25 maart 2008 is geweest € 12,00. Daarvoor is het door Quantum Fit opgestelde arbeidscontract voldoende bewijs.
6. De gelegenheid om daartegen tegenbewijs te leveren heeft Quantum Fit niet verdiend. Haar stellingname is naar het oordeel van de kantonrechter daarvoor niet toereikend. In de eerste plaats is zonder uitleg niet te begrijpen dat volgens de stellingname van Quantum Fit pas op 12 mei 2008 een bevestigingsbrief wordt gestuurd voor een kort na 25 maart 2008 gehouden bespreking. Bovendien wordt de brief door A ontkend. In de tweede plaats heeft Quantum Fit in het geheel niet gereageerd op de door A in haar repliek, alinea 4, weergegeven chronologie.
7. De conclusie is dat A over het eerste jaar recht heeft op een uurloon van € 12,00 en van 25 maart 2009 tot einde dienstverband op een uurloon van € 13,00.
8. De kantonrechter stelt vast dat A per 13 juli 2009 voldoende vakantie heeft opgebouwd om de rest van het dienstverband vakantie te kunnen opnemen. Omdat niet is gesteld dat A op of kort na 13 juli 2009 door Quantum Fit is aangesproken op ongeoorloofde afwezigheid of werkweigering, gaat de kantonrechter er van uit dat zij in overleg met Quantum Fit de laatste tijd van haar dienstverband vakantie heeft genoten. Quantum Fit behoorde haar door te betalen.
9. Op de berekeningen van A op zich zijn door Quantum Fit geen bezwaren gemaakt. De slotsom is dan ook dat de vorderingen van A zullen worden toegewezen. De wettelijke verhoging zal worden gematigd tot 25%. De gevorderde buitengerechtelijke incassokosten van € 40,00 oordeelt de kantonrechter gelet op de werkzaamheden redelijk. De vordering van Quantum Fit zal worden afgewezen. Quantum Fit krijgt ongelijk en moet de proceskosten betalen. Gelet op de samenhang zullen deze in de reconventie op nihil worden bepaald.
BESLISSING
De kantonrechter:
In conventie
veroordeelt Quantum Fit tot betaling aan A van een bedrag groot € 6.150,80 bruto en € 327,11 netto, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 6.150,80 vanaf 1 april 2010 tot aan de dag van de betaling;
veroordeelt Quantum Fit in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van A begroot op € 795,93, waarvan te voldoen aan de griffier van dit gerecht € 743,93 (zijnde € 87,93 aan dagvaardingskosten, € 156,00 aan in debet gesteld vastrecht en € 500,00 aan salaris van de gemachtigde) en te voldoen aan Quantum Fit € 52,00 aan niet in debet gesteld griffierecht;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
In reconventie
wijst de vordering af;
veroordeelt Quantum Fit in de proceskosten aan de kant van A die op nihil worden begroot.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.Tj. Terpstra, kantonrechter, en op 22 februari 2011 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.
typ: RTjT
coll: AvD