ECLI:NL:RBHAA:2002:AN7523
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.G. Kemmers
- Rechtspraak.nl
Omgangsregeling tussen grootouders en kleindochter
In deze zaak hebben de grootouders verzocht om een omgangsregeling met hun kleindochter, die is geboren uit het huwelijk van de ouders. De grootouders stellen dat er een nauwe persoonlijke relatie bestaat tussen hen en de kleindochter, en dat het in haar belang is om regelmatig contact met hen te hebben. De ouders van de kleindochter hebben echter verweer gevoerd en betwist dat er sprake is van een nauwe persoonlijke betrekking. Ze stellen dat de grootouders dominant zijn en dat de moeder van de kleindochter slechte herinneringen heeft aan de ruzies tussen haar ouders. De rechtbank heeft vastgesteld dat er in de periode na de geboorte van de kleindochter contact is geweest tussen de grootouders en de kleindochter, maar dat dit contact is verbroken door de ouders. De rechtbank oordeelt dat er geen bijkomende omstandigheden zijn die een bijzondere band tussen de grootouders en de kleindochter aantonen, en concludeert dat er geen sprake is van een nauwe persoonlijke betrekking zoals vereist in artikel 1:377f B.W. Daarom wordt het verzoek van de grootouders afgewezen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders verzochte wordt afgewezen.