ECLI:NL:RBHAA:2003:AF7439

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
3 april 2003
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
193198
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • F.J.P. Veenhof
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst KLM en werknemer wegens ongeoorloofd internetgebruik

In deze zaak verzoekt Koninklijke Luchtvaart Maatschappij N.V. (KLM) de ontbinding van de arbeidsovereenkomst met een werknemer, hierna aangeduid als [verweerder], op basis van een dringende reden. De werknemer, die sinds 1970 in dienst is bij KLM, heeft zich schuldig gemaakt aan het ongeoorloofd gebruik van internetfaciliteiten van de werkgever. Dit omvatte het bezoeken van pornosites en het versturen van pornografische afbeeldingen via het zakelijke e-mailadres. KLM stelt dat dit in strijd is met de CAO en interne richtlijnen, die het gebruik van internet en e-mail voor zakelijke doeleinden voorschrijven. Na een intern onderzoek is de werknemer op 28 november 2002 geschorst en heeft KLM op 16 december 2002 aangekondigd de arbeidsovereenkomst te willen beëindigen.

De werknemer heeft in zijn verweer aangevoerd dat zijn gedrag voortkwam uit persoonlijke omstandigheden, waaronder een geestelijke crisis en een ontdekking van zijn homoseksualiteit. Hij betoogt dat hij niet in staat was om weerstand te bieden aan de verleiding van het internetgebruik en dat KLM onvoldoende duidelijke regels had omtrent het gebruik van internetfaciliteiten. De kantonrechter heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat er onvoldoende gewichtige redenen zijn om de arbeidsovereenkomst te ontbinden. De rechter heeft opgemerkt dat KLM eerst andere maatregelen had moeten overwegen voordat tot ontslag werd overgegaan, gezien de lange diensttijd en de persoonlijke omstandigheden van de werknemer. De rechter heeft het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst afgewezen en bepaald dat iedere partij de eigen kosten draagt.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM
sector kanton, locatie Haarlem
zaaknummer: 193198
datum uitspraak: 3 april 2003
Beschikking ontbinding arbeidsovereenkomst
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
KONINKLIJKE LUCHTVAART MAATSCHAPPIJ N.V.,
te Amstelveen,
verzoekster,
hierna: KLM,
gemachtigde mr. M. Ris,
--tegen--
[VERWEERDER],
te [woonplaats],
verweerder,
hierna: [verweerder],
gemachtigde mr. R. Olde.
1. De procedure
1.1 Op 13 januari 2003 is ter griffie een verzoekschrift ontvangen van KLM, strekkende tot ontbinding van de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst. [verweerder] heeft een verweerschrift ingediend.
1.2 De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgevonden op 13 maart 2003. Op deze zitting hebben partijen hun standpunt nader toegelicht. De gemachtigden van partijen hebben pleitaantekeningen overgelegd. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van hetgeen ter zitting is verhandeld.
1.3 Beide partijen hebben producties in het geding gebracht.
1.4 De inhoud van de stukken dient als hier ingelast te worden beschouwd.
2. De feiten
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende betwist en/of op grond van de onweerspro-ken inhoud van de overgelegde producties, staat tussen partij-en het volgende vast:
a. [verweerder] is 54 jaar oud. Hij is sedert 1 juni 1970 bij KLM in dienst op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. De huidige functie van [verweerder] is Strategic Developer bij de afdeling Personeel & Organisatie van de Dienst Cabine Personeel tegen een salaris van thans €5.682,67 bruto per maand, exclusief emolumenten.
b. Op de arbeidsverhouding tussen partijen is van toepassing de CAO voor KLM Grondpersoneel (hierna: de CAO).
c. Artikel 6.1 van de CAO bepaalt dat de werknemer in dienst zo veel mogelijk de belangen van KLM zal behartigen en bevorderen.
d. Op grond van artikel 6.10 van de CAO is het de werknemer niet toegestaan zonder toestemming door of vanwege KLM enige aan KLM toebehorende zaak voor een ander doel dan waarvoor het bestemd is of te eigen behoeve te gebrui-ken.
e. In een interne folder over informatiebeveiliging van oktober 2000 is het volgen-de opgenomen:
"In de brochure staan tevens regels die aangeven hoe om te gaan met de ver-schillende soorten informatie tijdens uw werk. Als u zich houdt aan deze regels zal dit de integriteit, beschikbaarheid en vertrouwelijkheid van KLM informatie waarborgen. (…). Ernstige overtredingen kunnen zelfs leiden tot disciplinaire maatregelen."
"Internet is niet zo veilig als u misschien denkt. Maak alleen gebruik van het in-ternet voor zakelijke aangelegenheden, hiermee verhindert u de kans dat gevoe-lige informatie onderschept kan worden."
f. In een interne folder over informatiebeveiliging van augustus 2001 is het vol-gende opgenomen:
"Binnen de KLM zijn internet, intranet en e-mail uitsluitend bedoeld voor zake-lijke doeleinden.
- Het gebruik van internet, intranet en e-mail voor privé-doeleinden is niet toegestaan.
- (…...)
- Het downloaden of kopiëren van software van internet is niet toegestaan.
Het downloaden, verzenden en/of opslaan van aanstootgevende of discrimine-rende informatie is nooit toegestaan."
g. Een interne handleiding "Veilig omgaan met informatie" van KLM bevat onder meer het volgende:
"Bij verdenking van misbruik van de faciliteiten van de KLM, heeft KLM Secu-rity Services het recht een onafhankelijk onderzoek in te stellen naar een per-soon of zaak. Als hieruit blijkt dat van de afspraken is afgeweken, kan de KLM sancties opleggen, volgens in de CAO vastgelegde afspraken. De afdeling P&O ziet hierop toe. In ernstige gevallen kan overtreding leiden tot ontslag.
(…...)
Internet en intranet worden beschikbaar gesteld ter ondersteuning van uw werk-zaamheden. Elke site die u bezoekt, moet een aantoonbare relatie met uw werk hebben. Intensief surfen op internet en het bezoeken van video- en audiowebsites kunnen het netwerk 'verstoppen', waardoor het traag of zelfs onbruikbaar wordt.
(…...)
U mag ook geen voor anderen aanstootgevend materiaal op het internet openen, doorsturen of opslaan."
h. Voorts heeft KLM op haar website een deel van de hierboven genoemde regels over het gebruik van internet en intranet opgenomen.
i. [verweerder] heeft voor privé doeleinden gebruik gemaakt van de door KLM beschikbaar gestelde internetfaciliteiten door vanaf zijn werkplek een groot aan-tal pornosites te bezoeken en door pornografische afbeeldingen op te slaan onder zijn account bij KLM.
j. Tevens heeft [verweerder] onder werktijd vanaf zijn werkplek veelvuldig (ho-mo) chatrooms op het internet bezocht en gechat met als doel (homoseksuele) contacten aan te gaan. Daarbij heeft hij via het zakelijke e-mail adres van KLM pornografische afbeeldingen ontvangen en verzonden, waaronder pornografische afbeeldingen van zichzelf.
k. De afdeling Security Services van KLM heeft hiernaar een onderzoek ingesteld. Na de eerste bevindingen daarvan is [verweerder] op 28 november 2002 ge-schorst, welke schorsing hem bij brief van 28 november 2002 is bevestigd.
l. [verweerder] heeft op 3 december 2002 onder meer het volgende verklaard:
"Ik ben op de hoogte van de KLM-policy (…) met betrekking tot het veilig om-gaan met de informatie en het gebruik van internet en e-mail.
Ik geef toe dat ik de grote hoeveelheid data van 6 november 2002 die u mij net heeft getoond door mij via de KLM-computer zijn opgevraagd. Deze hoeveelheid heb ik tijdens mijn werktijd opgevraagd. Hierbij wil ik vermelden dat Live radio (Direct/skyradio.trident.net bij mijn collega en mij de gehele dag aanstaat). Het veelvuldig gebruik van o.a. de chat box (…)chatboy.nl heb ik voor privé doelein-den opgevraagd.
(…...)
Het spreekt vanzelf dat het voorhanden hebben van dergelijke pornografische afbeeldingen op de door de KLM aan mij ter beschikking gestelde PC een privé
aangelegenheid is en geen zakelijk doel diende. Ik had dit niet moeten doen en heb spijt van mijn handelen."
m. Op 11 december 2002 heeft [verweerder] -onder meer- het volgende verklaard:
"Sedert ongeveer oktober 2001 heb ik een profiel van mijzelf aangemaakt op een pornografisch chat/website. Op deze site heb ik binnen mijn profiel foto's van pornografische aard van mijzelf op deze site gepubliceerd, met als doel om contacten te zoeken. Die foto's heb ik van thuis meegebracht op diskette's en de-ze via mijn KLM PC gekopieerd naar de site. (…)
Sedert september 2002 ben ik actiever geworden met betrekking tot deze site. Ik gebruikte mijn lunchpauzes om te chatten met andere gebruikers van genoemd site. Zeker tijdens de vakantie van mijn collega waarmee ik op hetzelfde kantoor zit, deed ik de chatsessies de gehele dag door. Ook bezocht ik regelmatig andere websites met pornografische afbeeldingen."
n. Bij brief van 16 december 2002 heeft KLM aan [verweerder] meegedeeld tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst te zullen overgaan.
3. Het verzoek
3.1 KLM verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst. KLM baseert het verzoek primair op een dringende reden en subsidiair op veranderingen in de omstan-digheden.
3.2 Ter toelichting heeft KLM het volgende -samengevat- gesteld.
[verweerder] heeft in strijd gehandeld met de artikelen 6.1 en 6.10 van de CAO voor KLM Grondpersoneel.
Door middel van interne folders worden medewerkers er nadrukkelijk op gewezen dat internet, intranet en e-mail alleen voor zakelijke doeleinden gebruikt mogen worden en dat het privé gebruik van deze faciliteiten niet is toegestaan.
Voor KLM vormt de handelwijze van [verweerder] een dringende reden om te komen tot beëindiging van het dienstverband. In verband met het zeer lange dienstverband van [verweerder] en diens persoonlijke omstandigheden is besloten niet over te gaan tot een ontslag op staande voet, maar zijn enkele alternatieven besproken. Partijen zijn in onderling overleg echter niet tot overeenstemming gekomen.
Subsidiair heeft KLM het vertrouwen in [verweerder] als werknemer volledig en definitief verloren. KLM ziet geen mogelijkheden voor een vruchtbare voortzetting van de arbeidsverhouding.
Gelet op het feit dat de verstoring van de arbeidsrelatie volledig aan [verweerder] te verwijten valt, is KLM van mening dat aan [verweerder] geen vergoeding toekomt.
4. Het verweer
4.1 [verweerder] concludeert primair tot afwijzing van het verzoek. Voor het geval de arbeidsovereenkomst toch wordt ontbonden, verzoekt [verweerder] om toekenning van een vergoeding van €257.765,76 bruto, althans een door de kantonrechter naar billijkheid te bepalen vergoeding.
4.2 Ter toelichting heeft [verweerder] het volgende -samengevat- aangevoerd.
Het beginpunt van het niet-zakelijke gebruik door [verweerder] van de internetfacilitei-ten ligt in oktober 2001. Tot september 2002 bleef het bezoek van [verweerder] aan chatrooms beperkt tot lunchpauzes en buiten werktijd. Vanaf september 2002 intensiveerde dit internetgebruik en is sprake geweest van excessief gebruik. Er was sprake van een verslaving, waaraan [verweerder] geen weerstand kon bieden.
De aanleiding voor KLM om onderzoek in te stellen was niet gelegen in de tegenvallen-de of teruglopende productie, zowel in kwaliteit als in kwantiteit, van de werkzaamhe-den van [verweerder].
Op 13 december 2002 heeft een gesprek tussen partijen plaatsgevonden. Het doel van dat gesprek -zo bleek- was niet zozeer om [verweerder] in de gelegenheid te stellen te reageren op de resultaten van het onderzoek, hetgeen als onderdeel van een zorgvuldig onderzoek van KLM verwacht had mogen worden, als wel om [verweerder] te dwingen zelf ontslag te nemen.
Uit de handelwijze van KLM blijkt dat zij, in een poging [verweerder] zelf ontslag te laten nemen, [verweerder] onder druk heeft gezet door te dreigen met ontslag op staande voet, daar waar zij nimmer de intentie had dat ontslag ook daadwerkelijk te verlenen.
[verweerder] is gehuwd en heeft 5 kinderen waarvan er nog twee thuis wonen. De privé situatie van [verweerder] kenmerkt zich door een aaneenschakeling van tragische gebeurtenissen.
[verweerder] heeft als gevolg van deze gebeurtenissen jarenlang onder hoge druk, maar niettemin tot volle tevredenheid van KLM, zijn werkzaamheden moeten uitvoeren.
Daarbij komt dat [verweerder] heeft moeten onderkennen dat hij homoseksueel is. Deze ontdekking in combinatie met de enorme druk die gedurende lange tijd op [verweerder] rustte, leidde bij [verweerder] tot een geestelijke crisis. [verweerder] zocht een uitlaatklep voor de geestelijke nood en vond deze in het onderhavige gebruik van internet.
Bij KLM bestaat geen specifieke gedragscode omtrent het gebruik van internet en e-mail. De regelingen waar KLM naar verwijst bevatten veeleer algemene regels met betrekking tot het omgaan met bepaalde (vertrouwelijke) bedrijfsinformatie en de wijze waarop een werknemer zich dient te gedragen ter bescherming van de goede naam van KLM. Dit geldt temeer tegen de achtergrond van het feit dat [verweerder] en zijn collega jarenlang via internet naar de radio luisterden, zonder dat zij ooit op deze vorm van niet-zakelijk internetgebruik zijn aangesproken.
Het ontbreken van een gedragscode voor internetgebruik en een duidelijke vermelding van de sancties die het gevolg kunnen zijn van overtreding van deze regels, zijn dan ook omstandigheden die voor rekening van KLM dienen te komen, teméér nu KLM blijkbaar een strikt beleid wenst te voeren ten aanzien van ongeoorloofd internetgebruik door haar werknemers.
Momenteel wordt pas aan een gedragscode voor e-mail/internetgebruik gewerkt.
Gezien de zeer bijzondere omstandigheden waaronder het internetgebruik plaatsvond is het niet aannemelijk dat [verweerder] ooit nog op dergelijke wijze gebruik zal maken van de internetfaciliteiten van KLM. [verweerder] staat thans onder behandeling van een psycholoog en ook overigens beseft [verweerder] dat zijn gedrag niet 'normaal' was.
Gezien de leeftijd van [verweerder] zou een ontbinding van de arbeidsovereenkomst hem onevenredig hard treffen.
Er is geen sprake van een dringende reden of dusdanige verandering in de omstandighe-den dat ontbinding gerechtvaardigd zou zijn.
De gedraging van [verweerder], afgezet tegen zijn leeftijd en zeer langdurige dienstver-band, zijn overigens uitstekende functioneren, zijn positie op de arbeidsmarkt, zijn zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden en thuissituatie en de geringe kans op herhaling leveren geen dringende reden op.
Evenmin is sprake van verandering in de omstandigheden, aangezien herstel van het volgens KLM geschonden vertrouwen alleszins mogelijk is, temeer daar het goede functioneren van [verweerder] buiten kijf staat. KLM moet als goed werkgever [verweerder] de kans geven het vertrouwen te herstellen.
Mocht de kantonrechter de arbeidsovereenkomst niettemin ontbinden dan verzoekt [verweerder] om toekenning van een vergoeding conform de neutrale kantonrechters-formule.
5. De beoordeling van het verzoek
5.1 De kantonrechter heeft zich ervan vergewist of het verzoek verband houdt met het bestaan van een opzegverbod als bedoeld in artikel 7:685 lid 1 BW. Daarvan is in dit geval geen sprake.
5.2 Omtrent de vraag of zich gewichtige redenen voordoen die tot een ontbinding van de arbeidsovereenkomst moeten leiden, wordt het volgende overwogen.
KLM heeft zich op het standpunt gesteld dat zij op grond van de persoonlijke omstandigheden van [verweerder] niet is overgegaan tot ontslag op staande voet, maar gekozen heeft voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Dat standpunt verdraagt zich niet met het primaire verzoek om wegens een dringende reden de arbeidsovereen-komst te ontbinden. Dat zou er namelijk op neerkomen dat alsnog voorbij wordt gegaan aan de persoonlijke omstandigheden van [verweerder] waarmee KLM kennelijk juist wel rekening wenst te houden. De primaire grondslag kan daarom niet tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst leiden.
Beoordeeld moet worden of de omstandigheden dusdanig zijn gewijzigd dat daarin wel een grond is gelegen voor de verzochte ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
Gebleken is dat [verweerder] voldoende doordrongen is van het laakbare karakter van zijn handelwijze. Het gebruik dat [verweerder] van de internetfaciliteiten van KLM heeft gemaakt, hoeft door KLM niet getolereerd te worden. Of er nu wel of geen gedragscode bestaat, het had toch voor [verweerder] in ieder geval duidelijk moeten zijn dat het onderhavige gebruik absoluut niet door de beugel kon. Niet alleen zijn de boven geciteerde regels van de KLM duidelijk, maar bovendien staat een dergelijk gebruik reeds een aantal jaren in de publieke belangstelling. Van [verweerder] had dus mogen worden verwacht dat hij zich daaraan niet schuldig zou maken. Dat [verweerder] inderdaad op de hoogte was van de bedoelde regels blijkt uit zijn eigen verklaring van 3 december 2002. De persoonlijke omstandigheden van [verweerder], die niet zijn weersproken, hebben hem echter blijkbaar verhinderd een heldere visie te hebben op het laakbare karakter van zijn gedrag.
Dat niet wordt opgetreden tegen het beluisteren van de radio via de internetverbinding is niet relevant. Dat is immers gebruik van geheel andere aard dan het gebruik waarvan [verweerder] thans een verwijt wordt gemaakt en is daarmee niet te vergelijken. Bovendien worden door het ontvangen van het radiosignaal via internet geen gegevens vanaf de computer van [verweerder] via de internetfaciliteit van KLM verzonden aan derden.
Van KLM als werkgeefster mag echter verwacht worden dat zij eerst tracht door middel van andere maatregelen dan ontslag [verweerder] te corrigeren. Dit geldt temeer nu [verweerder] reeds 33 jaren in dienst is van KLM en een onberispelijke staat van dienst heeft, het internetgebruik zich geconcentreerd heeft in een periode van ongeveer 1 jaar en geen nadelige invloed heeft gehad op de uitoefening van zijn werkzaamheden.
Aan [verweerder] moet in dat verband worden toegegeven dat omtrent eventuele sancties tegen gebruik als waarvan hier sprake is onvoldoende duidelijke regels bestaan bij KLM, althans niet bestonden ten tijde van het internetgebruik door [verweerder].
De kantonrechter is er -alle omstandigheden tegen elkaar afwegende- (nog) niet van overtuigd dat een andere oplossing dan ontslag niet tot de mogelijkheden behoort, of dat het vertrouwen thans zodanig is geschonden dat geen herstel meer mogelijk is. Hoewel het alleszins begrijpelijk is te achten en ook te respecteren valt dat KLM paal en perk stelt aan internetgebruik als waarvan hier sprake is, kan zij daarbij niet voorbijgaan aan de betrokken belangen van de individuele werknemer, in dit geval dus de belangen van [verweerder]. KLM zal daarom nader moeten onderzoeken of een minder ver gaande maatregel tegen [verweerder] mogelijk is. Partijen zouden daartoe in onderling overleg, eventueel door middel van mediation, naar een oplossing van het geschil moeten zoeken, daarbij rekening houdend met de wederzijdse belangen. KLM heeft weliswaar gesteld dat het bij haar gebruikelijk is dat werknemers worden bijgestaan, maar daarvan is wat [verweerder] betreft (nog) te weinig gebleken. Dat het kwaad al was geschied toen KLM op de hoogte kwam van de problemen van [verweerder] en dat zij daarom niets meer heeft gedaan, doet daar niet aan af. Op dat moment had zij hem alsnog de helpende hand moeten bieden.
5.3 Al het voorgaande in aanmerking nemende komt de kantonrechter tot de conclusie dat thans geen, althans onvoldoende gewichtige redenen bestaan om de arbeidsovereenkomst te ontbinden, zodat het verzoek zal worden afgewezen.
5.4 Gezien de aard van de procedure worden de kosten tussen partijen gecompen-seerd in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
6. De beslissing
De kantonrechter:
Wijst het verzoek af.
Bepaalt dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. F.J.P. Veenhof en uitge-sproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum.