ECLI:NL:RBHAA:2004:AP1086
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- F.F.W. Brouwer
- M. Groverman
- P.M.B. Schrijvers
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid van de rechtbank inzake Tarievenbesluiten luchtverkeersleiding
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem zich gebogen over de vraag of zij bevoegd is kennis te nemen van de beroepen tegen de Tarievenbesluiten die door de Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) zijn vastgesteld voor de jaren 2001 tot en met 2004. De Tarievenbesluiten zijn besluiten die algemeen verbindende voorschriften bevatten, zoals bedoeld in artikel 8:2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft vastgesteld dat de Tarievenbesluiten geen zelfstandige normstelling inhouden, maar een onmisbaar onderdeel vormen van een samenstel van algemeen verbindende voorschriften die voortvloeien uit de Wet Luchtvaart. Dit heeft geleid tot de conclusie dat de rechtbank onbevoegd is om van de beroepen tegen deze besluiten kennis te nemen, aangezien er op grond van de Awb geen beroep kan worden ingesteld tegen besluiten die als algemeen verbindend voorschrift worden aangemerkt.
Daarnaast heeft de rechtbank het beroep van eisers sub II tegen het besluit van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat van 30 januari 2003 gegrond verklaard. Dit besluit, waarbij de bezwaren van eisers tegen de goedkeuring van het Tarievenbesluit 2001 niet-ontvankelijk zijn verklaard, is vernietigd. De rechtbank heeft bepaald dat de Staatssecretaris zich onbevoegd had moeten verklaren, aangezien eisers geen recht hadden om beroep in te stellen tegen het goedkeuringsbesluit van een algemeen verbindend voorschrift. De rechtbank heeft ook de proceskosten van eisers sub II toegewezen en het griffierecht vergoed.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en is openbaar uitgesproken op 27 mei 2004. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.