ECLI:NL:RBHAA:2004:AP1718
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.J.P. Veenhof
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid bij verkeersongeval met bijzondere manoeuvres
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Haarlem op 25 februari 2004, ging het om een verkeersongeval dat plaatsvond op 10 februari 2003 op een parkeerterrein in Haarlem. De betrokken partijen waren de Zwolsche Algemene N.V., eiseres in conventie en verweerster in reconventie, en [X], gedaagde in conventie en eiseres in reconventie. Beide bestuursters voerden een bijzondere manoeuvre uit, wat in beginsel leidde tot gelijke aansprakelijkheid. Echter, de kantonrechter oordeelde dat de bestuurster van de Daewoo, die achteruit reed tegen de rijrichting in, voor 75% aansprakelijk was voor het ongeval, terwijl de andere bestuurster, [X], voor 25% aansprakelijk werd gesteld.
De Zwolsche vorderde betaling van €2.137,83, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten, terwijl [X] een tegenvordering indiende van €135,00 en €536,60 aan buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter oordeelde dat beide partijen schuld hadden aan het ongeval, maar dat de bestuurster van de Daewoo meer schuld had. De uiteindelijke beslissing was dat [X] €433,21 aan de Zwolsche moest betalen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van het ongeval. De proceskosten werden gecompenseerd, aangezien beide partijen in het ongelijk werden gesteld.
De uitspraak benadrukt het belang van verkeersregels en de verantwoordelijkheden van bestuurders bij het uitvoeren van bijzondere manoeuvres. De kantonrechter wees erop dat beide bestuurders voorrang dienden te verlenen aan andere weggebruikers, maar dat de omstandigheden ter plaatse niet zodanig waren dat [X] rekening moest houden met een voertuig dat tegen de rijrichting in reed. Dit vonnis biedt inzicht in de beoordeling van aansprakelijkheid bij verkeersongevallen en de toepassing van relevante wetgeving.