ECLI:NL:RBHAA:2004:AR8223
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- Cox
- Ayal
- Van Mierlo
- Rechtspraak.nl
Veroordeling van verdachte voor meerdere gewapende overvallen en inbraken in Haarlem
De rechtbank Haarlem heeft op 23 december 2004 uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die betrokken was bij een serie gewapende overvallen en inbraken in Haarlem en omgeving. De verdachte, geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats], werd veroordeeld tot vier en een half jaar gevangenisstraf, met toepassing van het meerderjarigenstrafrecht. De rechtbank oordeelde dat de verdachte samen met medeverdachten een reeks ernstige misdrijven had gepleegd, waaronder gewapende overvallen op een snackbar en verschillende winkelbedrijven, waarbij geweld en bedreiging met wapens werden gebruikt. De rechtbank achtte de feiten wettig en overtuigend bewezen, waarbij de verdachte een actieve rol had gespeeld in de uitvoering van de misdrijven.
De rechtbank nam in haar overwegingen mee dat de verdachte, ondanks zijn jonge leeftijd, een aanzienlijke bijdrage had geleverd aan de bedreigende situaties voor de slachtoffers. De rechtbank vond het van groot belang dat de verdachte zich had schuldig gemaakt aan meerdere gewapende overvallen, wat een ernstige inbreuk op de rechtsorde en gevoelens van onveiligheid in de samenleving veroorzaakte. De rechtbank hield rekening met de psychische gevolgen voor de slachtoffers en de ernst van de gepleegde feiten.
Naast de gevangenisstraf legde de rechtbank ook schadevergoedingsmaatregelen op aan de verdachte, waarbij hij werd veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan verschillende benadeelde partijen. De rechtbank oordeelde dat de schade die door de benadeelde partijen was geleden, rechtstreeks voortvloeide uit de bewezenverklaarde feiten. De vorderingen van de benadeelde partijen werden gedeeltelijk toegewezen, en de rechtbank legde de verdachte de verplichting op om deze bedragen aan de staat te betalen, bij gebreke van betaling te vervangen door vervangende hechtenis. De rechtbank concludeerde dat de verdachte strafbaar was en dat er geen omstandigheden waren die zijn strafbaarheid uitsloten.