ECLI:NL:RBHAA:2004:AT0645
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- E.P. Stolp
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens dringende reden na diefstal door werknemer
In deze zaak heeft de besloten vennootschap Kappé Schiphol B.V. een verzoek ingediend tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst met de verweerster, die als verkoopster werkzaam was in de vestigingen van Kappé op Schiphol. Het verzoek is ingediend op 20 juli 2004 en is behandeld op de zitting van 20 augustus 2004. Kappé stelt dat de verweerster zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal en/of verduistering van geld uit de kassa, wat volgens haar een dringende reden vormt voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De verweerster heeft erkend geld uit de kassa te hebben weggenomen, maar betwist dat dit voldoende is voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Ze wijst op haar persoonlijke omstandigheden die tot de diefstal hebben geleid en vraagt om een vergoeding van € 1.380,00 bruto in het geval het verzoek wordt toegewezen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verweerster op 1 mei 2003 in dienst is getreden en dat haar arbeidsovereenkomst meerdere keren is verlengd. Op 24 mei 2004 heeft de verweerster bekend dat zij zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal, waarna zij op staande voet is ontslagen. De kantonrechter heeft beoordeeld of er sprake is van een opzegverbod en heeft geconcludeerd dat dit niet het geval is. De rechter oordeelt dat de diefstal, ongeacht het bedrag, een dringende reden voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst oplevert. De persoonlijke omstandigheden van de verweerster rechtvaardigen haar handelen niet.
De kantonrechter heeft het verzoek van Kappé toegewezen en de arbeidsovereenkomst ontbonden per 1 september 2004. Tevens zijn de proceskosten tussen partijen gecompenseerd, zodat ieder zijn eigen kosten draagt. Deze beschikking is gegeven door mr. E.P. Stolp, kantonrechter, en is in het openbaar uitgesproken op 27 augustus 2004.