Aan de gecertificeerd arbeidsdeskundige:
b. In hoeverre wordt H-B in haar arbeidsmogelijkheden beperkt door de klachten die zij als gevolg van het ongeval heeft overgehouden (zie voor wat betreft deze klachten het deskundigenbericht van dr. J. Vos d.d. 29 augustus 2003)? Wilt u uw antwoord baseren op het belastbaarheidsprofiel van de verzekeringsarts.
c. Kunt u aangeven in hoeverre de eventuele beperkingen blijvend zijn; met andere woorden zouden aanpassingen en/of voorzieningen op de werkplek daar verande-ring in kunnen brengen?
d. Welke beroepswerkzaamheden zijn, gegeven de vooropleiding en werkervaring van H-B, nog als passend te beschouwen voor H-B? Wilt u bij de beantwoording van deze vraag uitgaan van daadwerkelijk beschikbare vacatures waarop H-B, ge-zien haar leeftijd en haar beperkingen en gezien het feit dat zij een WAZ-uitkering ontvangt, naar verwachting met succes kan solliciteren.
e. Welke loonwaarde moet aan die nog passende beroepswerkzaamheden worden toegekend?
Aan de berekeningsdeskundige:
f. Wat is (inclusief eventuele pensioenschade) de arbeidsvermogensschade die H-B lijdt tot 1 januari 2005, vermeerderd met de contante waarde van de na genoemde datum door haar nog te lijden schade, indien daarbij wordt uitgegaan van de in het tussenvonnis d.d. 7 juli 2004 geformuleerde uitgangspunten en de antwoorden van de gecertificeerd arbeidsdeskundige op de vragen b. t/m e.?
g. Wat is de schade ter zake het verlies van zelfwerkzaamheid die H-B lijdt tot 1 ja-nuari 2005, vermeerderd met de contante waarde van de na genoemde datum door haar nog te lijden schade, indien daarbij wordt uitgegaan van de in het tussenvon-nis d.d. 7 juli 2004 geformuleerde uitgangspunten?
Aan alle deskundigen:
h. Geeft uw onderzoek overigens nog aanleiding tot het maken van opmerkingen, welke in het kader van deze procedure van belang kunnen zijn?
3.2 Benoemt tot deskundigen:
? de verzekeringsarts:
de heer mr.drs. G.J. Kruithof
Laan van Westmolen 4
3271 BK MIJNSHEERENLAND
Tel: (0186) 60 21 82
? de gecertificeerd arbeidsdeskundige:
de heer J.A.M. Pigge, verbonden aan Heling & Partners B.V.,
Postbus 533
9400 AM ASSEN
Tel: (0592) 39 46 46
Fax: (0592) 39 46 40
? de berekeningsdeskundige:
de heer E.M. Budwilowitz, verbonden aan Nederlands Rekencentrum Letselschade B.V.,
Postbus 341
2501 CH DEN HAAG
Tel: (070) 3 60 33 53
Fax: (070) 4 27 88 24
3.3 Bepaalt dat de deskundigen ieder zelfstandig het aan hen opgedragen onderzoek zullen verrichten en daartoe zo spoedig mogelijk zullen overgaan op een door dezen in overleg met partijen te bepalen tijdstip en plaats.
3.4 Verstaat dat de deskundigen partijen bij het onderzoek in de gelegenheid zullen stellen opmerkingen te maken en verzoeken te doen; indien tenminste één partij dat wenst, zullen de deskundigen partijen daartoe ook mondeling horen.
3.5 Bepaalt dat de deskundigen in het door ieder van hen uit te brengen rapport zullen vermelden dat aan het hiervoor genoemde voorschrift is voldaan, zulks met vermel-ding van de inhoud van de eventuele opmerkingen en verzoeken.
3.6 Bepaalt dat de deskundigen tezamen een schriftelijk, met redenen omkleed en ondertekend bericht uiterlijk vijf maanden na de uitspraak van dit vonnis ter griffie van deze rechtbank zullen inleveren.
3.7 Bepaalt dat deze zaak weer zal worden uitgeroepen ter rolle van de enkelvoudige kamer belast met de behandeling van burgerlijke zaken van deze rechtbank op de vierde woensdag na de dag waarop het gezamenlijke bericht ter griffie is ingeleverd.
3.8 Bepaalt dat de griffier van deze rechtbank ieder van de deskundigen een afschrift van dit vonnis toe zal zenden.
3.9 Verzoekt de raadsman van H-B om aan ieder van de deskundigen een afschrift van het procesdossier toe te zenden.
3.10 Bepaalt dat door Noordhollandsche een voorschot ter zake van de kosten van de deskundigen ter griffie zal worden gedeponeerd, welk voorschot bij deze wordt be-paald op het totaal van het door ieder van de deskundigen te begroten bedrag.
3.11 Verzoekt de deskundigen ieder hun kosten te begroten en deze begroting binnen drie weken aan de rechtbank en aan partijen te doen toekomen en draagt Noordhollandsche op om het in totaal begrote bedrag binnen drie weken na dagtekening van de laatstelijk ontvangen begroting ter griffie van deze rechtbank te deponeren ter verzekering van de betaling van de deskundigen nadat het deskundigenbericht is uitgebracht.
3.12 Bepaalt dat de deskundigen het onderzoek niet behoeven aan te vangen alvorens bedoeld voorschot is gedeponeerd.
3.13 Houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Flipse, lid van voormelde kamer, en in het open-baar uitgesproken ter terechtzitting van 3 november 2004, in tegenwoordigheid van de griffier.