ECLI:NL:RBHAA:2005:AU2484

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
24 augustus 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
270136
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • F.J.P. Veenhof
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toepassing van de CAO Glastuinbouw in arbeidsovereenkomst en geschil over loonbetaling

In deze zaak, behandeld door de kantonrechter te Haarlem, vorderde eiser, vertegenwoordigd door mr. D.S. de Ploeg, dat de Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO) voor de Glastuinbouw van toepassing verklaard zou worden op zijn arbeidsovereenkomst met de gedaagde, Equator Plants B.V., vertegenwoordigd door mr. M. Alta. De zaak betreft een geschil over de toepasselijkheid van de CAO en de betaling van achterstallig loon. Eiser stelde dat hij recht had op een aanvullend loon en vakantietoeslag op basis van de CAO Glastuinbouw, terwijl Equator Plants betwistte dat deze CAO van toepassing was en stelde dat de CAO Groothandel in Bloemen en Planten van toepassing was. De kantonrechter oordeelde dat de CAO Glastuinbouw, die in de arbeidsovereenkomst was opgenomen, nog steeds van toepassing was, ondanks de indeling van Equator Plants onder de CAO Groothandel. De rechter benadrukte dat een eenzijdige wijziging van de arbeidsvoorwaarden door de werkgever niet is toegestaan zonder instemming van de werknemer. De zaak werd aangehouden voor verdere berekeningen van de vordering door eiser, met een rolzitting gepland op 21 september 2004.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM
sector kanton, locatie Haarlem
zaaknummer: 270136
datum vonnis: 24 augustus 2005
VONNIS VAN DE KANTONRECHTER TE HAARLEM
in de zaak van:
[eiser],
te [woonplaats],
EISER,
hierna: [eiser],
gemachtigde mr. D.S. de Ploeg,
--tegen--
de besloten vennootschap Equator Plants B.V.,
te Rijsenhout, gemeente Haarlemmermeer,
GEDAAGDE,
hierna: Equator Plants,
gemachtigde mr. M. Alta.
1. Het verloop van de procedure
Voor de loop van het geding verwijst de kantonrechter naar de volgende stukken, waarvan de inhoud als hier ingevoegd is te beschouwen:
- de dagvaarding van 4 april 2005, met producties,
- de conclusie van antwoord, met producties,
- het door de kantonrechter tussen partijen gewezen en op 1 juni 2005 uitgesproken tussenvonnis,
- de aantekeningen van de griffier van de ingevolge dat vonnis op 13 juli 2005 gehouden comparitie van partijen en de bij die gelegenheid door partijen in het geding gebrachte stukken.
2. De vordering
2.1 [eiser] vordert dat de kantonrechter bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. voor recht zal verklaren dat de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Glastuinbouw op de onderhavige arbeidsovereenkomst van toepassing is;
II. Equator Plants zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [eiser] te betalen:
a. €5.207,21 bruto ter zake van het aan [eiser] verschuldigde loon over de periode tot 21 december 2004;
b. €527,72 bruto per maand over de periode vanaf 21 december 2004 ter zake van de aan [eiser] verschuldigde aanvulling op de WAO-uitkering van [eiser];
c. €318,41 bruto aan vakantietoeslag over de periode tot 1 juni 2004;
d. €20,00 aan buitengerechtelijke incassokosten;
e. de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW over het onder a. en b. gevor-derde loon en de onder c. gevorderde vakantietoeslag vanaf het tijdstip van de verschuldigdheid van deze bedragen tot op de dag der algehele voldoe-ning;
f. de wettelijke rente over alle gevorderde bedragen vanaf het tijdstip van ver-schuldigdheid van deze bedragen tot op de dag der algehele voldoening.
III. Equator Plants zal veroordelen in de proceskosten.
2.2 [eiser] heeft het volgende aan zijn vordering ten grondslag gelegd:
In artikel 3 van de arbeidsovereenkomst hebben partijen de CAO voor de Glastuinbouw 2001-2003 op hun arbeidsovereenkomst van toepassing verklaard.
Het overeengekomen salaris bedroeg laatstelijk €1.676,50 bruto per maand.
In de periode van 24 januari 2001 tot 23 december 2003 placht [eiser] gedurende 40 uren per week zijn arbeid te verrichten. Het door Equator Plants betaalde periodieke loon was gebaseerd op een 38-urige werkweek, zodat Equator Plants vanaf 21 januari 2004 nog het loon over twee uren per week verschuldigd is.
In de periode voorafgaand aan 23 december 2003 heeft [eiser] €1.676,50 bruto per maand verdiend. Vanaf 23 december 2003 tot en met mei 2004 heeft Equator Plants het volledige loon van €1.676,50 bruto per maand aan [eiser] uitbetaald.
[eiser] heeft op grond van de toepasselijke CAO aanspraak op doorbetaling van €1.676,50 bruto per maand tot 21 december 2004.
Met ingang van 21 december 2004 werd aan [eiser] een WAO-uitkering toegekend.
De toepasselijke CAO bepaalt dat de werkgever in geval van toekenning van een WAO-uitkering naar een percentage van 80-100% verplicht is de WAO-uitkering gedurende het eerste jaar aan te vullen tot 100% en gedurende het tweede jaar aan te vullen tot 90% van het loon.
[eiser] heeft buitengerechtelijke incassokosten moeten maken, te weten €20,00 voor het opvragen van de tekst van de CAO.
3. Het verweer
Equator Plants heeft het volgende tegen de vordering aangevoerd:
In de arbeidsovereenkomst hebben partijen de CAO Tuinbouw, CAO code 0002, op de arbeidsovereenkomst van toepassing verklaard.
In de arbeidsovereenkomst werd voorts overeengekomen dat [eiser] zou worden ingedeeld in functieklasse B1 met 7 functiejaren.
Equator Plants betwist dat [eiser] in de periode tot 23 december 2003 40 uren per week heeft gewerkt. Voor zover [eiser] al meer uren zou hebben gewerkt dan geldt dat deze eventuele overuren dienden ter compensatie van het negatieve saldo aan vakantiedagen.
Op het werkgeversformulier ten behoeve van de WAO-aanvraag van [eiser] werd melding gemaakt van het verplichte aantal arbeidsuren ingevolge de CAO Groothandel in Bloemen en Planten (hierna: de CAO Groothandel) van 40 uren per week; deze verklaring bevat geenszins een opgave van de feitelijk gemaakte overuren.
Het bedrijf van Equator Plants valt sedert het sluiten van de arbeidsovereenkomst en zelfs voordien onder CAO Groothandel in Bloemen en Planten.
Blijkens een herindelingsbericht van het UWV is Equator Plants met ingang van
1 januari 2004 ingeschreven in de sector Groothandel. Voordien viel het bedrijf qua werkingssfeer ook reeds onder de CAO Groothandel in Bloemen en Planten, maar werd het bedrijf ten onrechte door het UWV ingedeeld onder CAO Tuinbouw.
De CAO Groothandel in Bloemen en Planten 2003/2004 is op 4 december 2003 algemeen verbindend verklaard.
Ingevolge artikel 28 van die CAO is Equator Plants gehouden om bij ziekte en arbeidsongeschiktheid na toepassing van één wachtdag gedurende 52 weken 90% van het maandinkomen of 90% van €1.676,50 = €1.508,85 door te betalen.
Equator Plants betwist dat zij gehouden zou zijn om vanaf 23 december 2003 gedurende 52 weken de WAO-uitkering aan te vullen tot 100%. Equator Plants acht immers de CAO Groothandel in Bloemen en Planten 2003/2004 in ieder geval sedert 1 januari 2004 van toepassing.
Per 2 april 2004 werd eiser in staat geacht om rugsparende werkzaamheden te verrichten. Bij brief van 13 april 2004 heeft Equator Plants aan [eiser] meegedeeld dat voortdurende weigering tot hervatting in aangepaste arbeid zou leiden tot opschorting c.q. korting op het overeengekomen loon en eventueel zelfs tot ontslag.
Nu [eiser] op of kort na 6 april 2004 niet bij Equator Plants is hervat in aangepast werk, acht Equator Plants zich in ieder geval ontheven van de verplichting tot betaling van loon gedurende de periode na 6 april 2004.
4. De vaststaande feiten
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende betwist en/of op grond van de onweersproken inhoud van de overgelegde producties, staat tussen partijen het volgende vast:
a. Blijkens het uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer voor Koophandel en Fabrieken voor Amsterdam luidt de bedrijfsomschrijving van Equator Plants als volgt:
“Het drijven van een onderneming op het gebied van kweken, cultiveren, importeren, exporteren, kopen en verkopen van planten, snijbloemen, bloembollen, fruit, bomen, struiken en aanverwante sierteeltproducten.”
b. [eiser] is op 24 januari 2001 bij Equator Plants in dienst getreden in de functie van productiemedewerker op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd.
c. Met ingang van 1 augustus 2001 is de arbeidsovereenkomst tussen partijen voor onbepaalde tijd verlengd.
d. In het schriftelijke arbeidscontract hebben partijen de CAO Tuinbouw (CAO code 0002) op hun arbeidsverhouding van toepassing verklaard.
e. De CAO Tuinbouw is per 1 april 2001 opgevolgd door de CAO Glastuinbouw. Deze CAO Glastuinbouw is afgesloten voor de periode tot 31 december 2003/
31 maart 2004 en heeft voor bestaande arbeidscontracten nawerking totdat er een nieuwe CAO zal zijn afgesloten.
f. [eiser] is sedert 23 december 2003 arbeidsongeschikt.
g. Bij brief van 14 januari 2004 heeft het UWV te Gouda aan het UWN te Haarlem Equator Plants onder meer het volgende geschreven:
“Uit een op 27-11-2003 ingesteld onderzoek naar de bedrijfsactiviteiten van Equator Plants BV Grote Poellaan 9-a, 1435 GA RIJSENHOUT is gebleken dat de door deze werkgever (in overwegende mate) verrichte werkzaamheden niet langer kunnen worden geacht te behoren tot het terrein van het bedrijfs- en beroepsleven waarover sector Agrarisch bedrijf haar werking uit-strekt, maar ressorteren onder sector 42. Groothandel II, waarvoor u de sociale verzekeringswetgeving uitvoert.
(…)”
h. Bij brief van 3 februari 2004 heeft het UWV te Gouda onder meer het volgende aan Equator Plants geschreven:
“Wij ontvingen van UWV te Haarlem het bericht dat uw onderneming met ingang van 01-01-2004 is ingeschreven onder de sector 42 Groothandel II.
Naar aanleiding van dit bericht hebben wij vanaf 01-01-2004 uw onderneming v.w.b. de Sector Agrarisch Bedrijf uitgeschreven. (…)”
i. Met ingang van 21 december 2004 werd aan [eiser] een WAO-uitkering op basis van 80-100% arbeidsongeschiktheid toegekend.
5. De beoordeling van het geschil
5.1 Met partijen is ter comparitie afgesproken dat de kantonrechter zich eerst zal beperken tot een antwoord op de vraag welke CAO tussen partijen gelding heeft.
5.2 Tussen partijen is niet in geschil dat in de arbeidsovereenkomst met [eiser] de CAO Tuinbouw, opgevolgd door latere CAO Glastuinbouw, van toepassing is verklaard. Equator Plants stelt zich op het standpunt dat laatstgenoemde CAO niet langer van toepassing is omdat na verricht onderzoek Equator Plants is ingedeeld bij de ondernemingen waarvoor de CAO Groothandel geldt. Die indeling heeft inderdaad plaatsgevonden, maar brengt niet zonder meer mee dat voor [eiser] de CAO Groothandel is gaan gelden. Door incorporatie van de CAO Glastuinbouw in de individuele arbeidsovereenkomst met [eiser], zijn de arbeidsvoorwaarden uit die CAO deel gaan uitmaken van de arbeidsovereenkomst met [eiser]. Toepassing van de CAO Groothandel door Equator Plants zou neerkomen op een niet toegestane eenzijdige wijziging van die arbeidsvoorwaarden door Equator Plants. Een dergelijk wijziging is slechts mogelijk indien partijen uitdrukkelijk anders zijn overeengekomen. Dat laatste is evenwel gesteld noch gebleken. Het had op de weg van Equator Plants gelegen met [eiser] ter zake concreet te overleggen en eventueel nieuwe arbeids-voorwaarden overeen te komen. Gesteld noch gebleken is dat zij dit heeft gedaan. Zolang dit niet is gebeurd kan [eiser] desgewenst aanspraak blijven maken op behoud van zijn arbeidsvoorwaarden op basis van de CAO Glastuinbouw.
5.3 Op grond van het vorenstaande is de kantonrechter van oordeel dat tussen partijen nog steeds de arbeidsvoorwaarden uit de CAO Glastuinbouw gelden. Zoals ter comparitie eveneens is besproken zal de kantonrechter [eiser] thans in de gelegenheid stellen zijn vordering opnieuw te berekenen zoals hij heeft aangekondigd. Equator Plants zal daarop bij antwoordakte kunnen reageren.
5.4 Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
6. De beslissing
De kantonrechter:
Verwijst de zaak naar de rolzitting van:
21 SEPTEMBER 2004
voor akte aan de zijde van [eiser].
Bepaalt dat Equator Plants een antwoordakte zal worden toegestaan.
Houdt iedere verdere beslissing aan.
Aldus gewezen door mr. F.J.P. Veenhof, kantonrechter en in het open-baar uitge-sproken ter te-rechtzit-ting van 24 augustus 2005, in tegen-woordig-heid van de griffier.