ECLI:NL:RBHAA:2005:AU8150
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.J.P. Veenhof
- Rechtspraak.nl
Gedeeltelijke opschorting van huurpenningen na lekkage in gehuurde bedrijfsruimte
In deze zaak, die voor de Rechtbank Haarlem is behandeld, betreft het een geschil tussen een eiseres en twee gedaagden, die voormalig vennoten zijn van een ontbonden vennootschap onder firma. De eiseres heeft een vordering ingesteld tegen de gedaagden in verband met huurbetalingen voor een gehuurde bedrijfsruimte waar lekkage heeft plaatsgevonden. De kantonrechter heeft op 14 december 2005 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij de gedaagde partij in conventie, [gedaagde 1], gedeeltelijk in het gelijk is gesteld. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de lekkage zich niet in de gehele bedrijfsruimte heeft voorgedaan, maar slechts in een derde deel van de ruimte, waardoor de winkel zelf normaal bruikbaar bleef. Dit leidde tot de conclusie dat [gedaagde 1] gerechtigd was om zijn huurbetalingsverplichting voor 33,3% op te schorten. De huurprijs over de periode van juli 2004 tot en met december 2004 is daarom met dit percentage verminderd, wat resulteert in een te betalen bedrag van €3.296,70 voor [gedaagde 1].
Daarnaast heeft de kantonrechter geoordeeld dat [gedaagde 1] buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd is, die zijn gematigd tot €483,14. De vordering van [gedaagde 1] in reconventie voor schadevergoeding wegens verloren voorraad is afgewezen, omdat hij bekend was met de lekkage en de ruimte desondanks heeft gebruikt. Ook de vordering voor omzetderving is afgewezen wegens gebrek aan bewijs. De kantonrechter heeft in conventie een bedrag van €3.779,84 toegewezen aan de eiseres, dat door beide gedaagden moet worden betaald. In reconventie is de huurovereenkomst partieel ontbonden, waardoor [gedaagde 1] wordt ontheven van zijn huurbetalingsverplichting over de periode juli 2004 tot en met december 2004 tot een bedrag van €1.653,30. De proceskosten zijn toegewezen aan de partijen die in het ongelijk zijn gesteld.