ECLI:NL:RBHAA:2006:AX8816
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering tot betaling van abonnementsgeld voor pornografische website wegens gebrek aan bewijs van overeenkomst
In deze zaak vorderde de besloten vennootschap LIS B.V. uit Emmen betaling van abonnementsgeld van de gedaagde, die volgens LIS een abonnement op een pornografische website had afgesloten. De kantonrechter van de Rechtbank Haarlem deed uitspraak op 14 juni 2006. LIS stelde dat de gedaagde via de website een abonnement had afgesloten en vorderde een bedrag van € 327,27, vermeerderd met contractuele vertragingsrente. De gedaagde betwistte echter de totstandkoming van een overeenkomst en stelde dat hij nooit een abonnement had afgesloten.
De kantonrechter oordeelde dat het aan LIS was om het bestaan van de gestelde overeenkomst te bewijzen. Ondanks dat LIS technische gegevens had die de computer van de gedaagde konden identificeren, was dit onvoldoende om te concluderen dat de gedaagde daadwerkelijk een abonnement had afgesloten. De kantonrechter benadrukte dat een computer geen identiteitsbewijs is en dat de eigenaar niet aansprakelijk kan worden gesteld voor handelingen die door derden zijn verricht.
De rechter concludeerde dat de vordering van LIS moest worden afgewezen, omdat er geen bewijs was dat de gedaagde de overeenkomst had aanvaard. Bovendien werden de proceskosten aan LIS opgelegd, omdat deze in het ongelijk was gesteld. Dit vonnis benadrukt het belang van bewijsvoering in civiele zaken, vooral bij de totstandkoming van overeenkomsten via internet.