ECLI:NL:RBHAA:2006:AY5343

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
1 februari 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
286490/ CV EXPL 05-9730
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • F.J.P. Veenhof
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkoop appartement met onjuiste informatie over de ouderdom van de CV-ketel

In deze zaak heeft eiseres, na de aankoop van een appartement, ontdekt dat de CV-ketel ouder is dan in de informatiefolder van de makelaar werd vermeld. Eiseres heeft het appartement op 12 juni 2003 gekocht van gedaagde, waarbij in de informatiefolder werd aangegeven dat de CV-ketel in 2001 was geplaatst. Na de aankoop kwam eiseres erachter dat de ketel in werkelijkheid uit 1991 dateert. Eiseres heeft gedaagde aangesproken voor de kosten van vervanging van de CV-ketel, die zij op € 2.411,-- heeft gesteld. Gedaagde heeft de aansprakelijkheid ontkend en betoogd dat zij aan haar mededelingsplicht heeft voldaan door eiseres te informeren over de ouderdom van de ketel tijdens de bezichtigingen en de overdracht.

De kantonrechter heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de kern van het geschil draait om de vraag of eiseres op de hoogte was of had kunnen zijn van de werkelijke ouderdom van de CV-ketel. De rechter heeft vastgesteld dat gedaagde de bewijslast draagt om aan te tonen dat zij eiseres correct heeft geïnformeerd over de ouderdom van de ketel. De zaak is verwezen naar een rolzitting voor akte uitlating omtrent het bewijs, waarbij gedaagde ook getuigen kan oproepen. De rechter heeft verder bepaald dat er geen uitstel zal worden verleend en dat verzoeken om uitstel tijdig moeten worden ingediend.

Dit vonnis is uitgesproken door de kantonrechter op 1 februari 2006, waarbij de rechter de zaak naar de rolzitting van 1 maart 2006 heeft verwezen voor verdere behandeling.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM
Sector kanton
Locatie Haarlem
zaak/rolnr.: 286490/ CV EXPL 05-9730
datum uitspraak: 1 februari 2006
VONNIS VAN DE KANTONRECHTER
inzake
[eiseres]
te [woonplaats]
eisende partij
hierna te noemen [eiseres]
gemachtigde mr. G.J. Wilschut
tegen
[gedaagde]
te [woonplaats]
gedaagde partij
hierna te noemen [gedaagde]
gemachtigde mr. M.A. de Boer
De procedure
[eiseres] heeft [gedaagde] gedagvaard op 9 september 2005. [gedaagde] heeft schriftelijk geantwoord.
Nadat de kantonrechter had beslist dat de zaak zich niet leent voor een comparitie van partijen na antwoord, heeft [eiseres] schriftelijk op het antwoord gereageerd, waarna [gedaagde] nog een schriftelijke reactie heeft gegeven.
De feiten
1. [eiseres] heeft op 12 juni 2003 van [gedaagde] gekocht het appartement, gelegen aan de [adres] te [woonplaats].
2. In de informatiefolder van makelaarskantoor Oosterduyn Wijkhuizen (hierna: de makelaar) staat met betrekking tot voormelde woning onder meer het volgende vermeld:
“In 2001 zijn veel zaken gemoderniseerd; wanden en plafonds; nieuw aangelegde cv-installatie […].
En voorts: “Verwarming combi CV 2001.”
1. [eiseres] heeft zich na het sluiten van de koopovereenkomst tot de makelaar en vervolgens tot [gedaagde] gewend met de mededeling dat haar is gebleken dat de cv-ketel in de woning uit 1991 dateert en heeft aanspraak gemaakt op betaling van een bedrag van € 2.120,-- ter zake van de kosten van een nieuwe cv-ketel.
4. Zowel de makelaar als [gedaagde] hebben de aansprakelijkheid voor de door [eiseres] gestelde schade van de hand gewezen.
De vordering
[eiseres] vordert (samengevat) veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 2.411,--. [eiseres] stelt daartoe het volgende.
[gedaagde] is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen jegens [eiseres], nu de in het appartement aanwezige cv-ketel veel ouder blijkt te zijn dan in de informatiefolder van de makelaar staat vermeld. [eiseres] mocht op de juistheid van die informatie afgaan.
Voorts heeft [eiseres] ten gevolge van de onjuiste informatie van [gedaagde] gedwaald.
Het door [eiseres] gekochte appartement bevatte ten tijde van de koop een gebrek dat niet voor [eiseres] kenbaar was en waardoor zij is overgehaald om voor het appartement een hogere prijs te betalen dan zij had gedaan indien zij van de noodzaak van de spoedige vervanging van de cv-ketel op de hoogte was geweest.
[gedaagde] is jegens [eiseres] gehouden de door [eiseres] geleden schade te vergoeden. Deze bestaat uit een bedrag van € 1.900,-- ter vervanging van de oude cv-ketel door een gelijkwaardig nieuw exemplaar en een bedrag van € 511,-- dat [eiseres] bij wijze van eigen bijdrage heeft moeten voldoen aan de Raad van de Rechtsbijstand.
Het verweer
[gedaagde] betwist de vordering. Zij voert daartoe het volgende aan.
[gedaagde] is niet tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen. De makelaar heeft er tijdens de bezichtiging van de woning op 10 en 11 juni 2004 en nog tweemaal na de totstandkoming van de koopovereenkomst op gewezen dat de cv-ketel weliswaar is geplaatst in 2001, maar dat hij niet uit dat jaar dateert. Bovendien heeft [gedaagde] telefonisch aan [eiseres] dezelfde mededeling gedaan en is nog tijdens de overdracht van de woning bij de notaris gesproken over de cv-ketel. [eiseres] was er dus van op de hoogte dat de cv-ketel in ieder geval van een vóór 2001 liggend tijdstip dateert.
[gedaagde] heeft aan haar mededelingsplicht voldaan door hetgeen zij omtrent de cv-ketel wist, aan [eiseres] te melden. Indien [eiseres] twijfelde aan de juistheid van die informatie, had zij, alvorens tot de aankoop van de woning over te gaan, zelf onderzoek naar de leeftijd van de cv-ketel moeten (laten) uitvoeren. Op [eiseres] rust immers een onderzoeksplicht. Nu zij dit heeft nagelaten, kan van dwaling geen sprake zijn.
Uit het voorgaande vloeit tevens voort, dat de woning geen niet voor [eiseres] kenbaar gebrek bevatte.
[gedaagde] betwist voorts de hoogte van de door [eiseres] gestelde schade en voert daartoe het volgende aan.
De cv-ketel kan na vervanging van de ventilator en het expansievat nog geruime tijd goed functioneren en behoeft derhalve niet door een nieuw exemplaar te worden vervangen. De door [eiseres] gestelde kosten van een vervangende ketel zijn bovendien te hoog.
Voor toewijzing van de buitengerechtelijke kosten is geen aanleiding, nu [gedaagde] op 2 november 2004 een schikkingsvoorstel heeft gedaan en [eiseres] daarop niets meer heeft laten horen alvorens tot dagvaarding van [gedaagde] over te gaan.
De beoordeling van het geschil
Het beroep op dwaling kan geen stand houden, nu [gedaagde] daaraan niet de consequentie van de vernietiging van de overeenkomst verbindt.
De kern van het onderhavige geschil wordt gevormd door de vraag of [eiseres] op de hoogte was dan wel had kunnen zijn van het feit dat de cv-ketel in de door haar van [gedaagde] gekochte woning ouder was dan het jaar van installatie, 2001.
De kantonrechter leest de stellingen van [eiseres] ter zake van de toerekenbare tekort-koming door [gedaagde] als een beroep op artikel 7:17 BW, nu [eiseres] stelt niet de cv-ketel geleverd te hebben gekregen die zij op grond van de mededelingen in de informatiefolder van de makelaar mocht verwachten. In beginsel verplicht iedere tekortkoming in de nakoming van een verbintenis de schuldenaar de schade die de schuldeiser daardoor lijdt te vergoeden. Dit geldt ook in het onderhavige geval – de door [eiseres] gestelde en door [gedaagde] betwiste omvang van de schade buiten beschouwing gelaten - tenzij komt vast te staan dat [eiseres] ervan op de hoogte was dan wel had kunnen zijn dat het in de folder genoemde jaartal niet bepalend was voor de leeftijd van de cv-ketel.
Gelet op hetgeen [gedaagde] daaromtrent heeft gesteld en de betwisting door [eiseres] van die stellingen, rust de bewijslast op [gedaagde]. [gedaagde] zal overeenkomstig haar aanbod tot dat bewijs worden toegelaten.
De kantonrechter zal de zaak naar de hierna te melden rolzitting verwijzen voor akte uitlating omtrent het bewijs van de zijde van [gedaagde], waarbij [gedaagde] ook de naam(namen) van de getuige(n) en de verhinderdata van haarzelf en de getuige(n) dient op te geven op woensdagen en vrijdagen in de maanden maart, april en mei 2006, indien [gedaagde] getuigen wenst voor te brengen.
Voorts dient de wederpartij op diezelfde rolzitting de verhinderdata van haar en haar gemachtigde voor dezelfde maanden op te geven.
Beslissing
De kantonrechter:
- laat [gedaagde] toe te bewijzen dat zij en/of de makelaar [eiseres] erop heeft gewezen dat de in de woning aanwezige cv-ketel uit een eerder jaar dateert dan het in de folder van de makelaar genoemde jaar 2001;
- verwijst de zaak naar de rolzitting van 1 maart 2006 te 11.30 uur voor akte uitlating partijen als hiervoor bedoeld;
- bepaalt dat, indien [gedaagde] aangeeft getuigen voor te willen brengen, op diezelfde rolzitting een datum voor een buitengewone zitting voor de bewijslevering zal worden vastgesteld;
- bepaalt dat ter rolle geen uitstel zal worden verleend;
- bepaalt dat, nadat de dag en tijdstip van de zitting voor de bewijslevering is vastgesteld, een verzoek om uitstel van de terechtzitting alleen in behandeling wordt genomen, als verzoeker het standpunt van de tegenpartij bekend maakt en de verhinderdata van beide partijen, hun eventuele gemachtigden en de getuigen opgeeft. Dit verzoek dient uiterlijk een week voor de vastgestelde zittingsdatum op de griffie te zijn ingediend;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.J.P. Veenhof en uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum.