ECLI:NL:RBHAA:2006:BD2505
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- mr. Goossens
- mrs. Mateman
- mr. Voskens
- Rechtspraak.nl
Verkrachting van stiefdochter met geweld en bedreiging
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 7 december 2006 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van verkrachting van zijn stiefdochter. De tenlastelegging omvatte twee feiten, waarbij de verdachte op verschillende tijdstippen zijn stiefdochter zou hebben gedwongen tot seksuele handelingen door middel van geweld en bedreiging. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De rechtbank heeft de verklaringen van de slachtoffers en de verdachte zorgvuldig gewogen.
De rechtbank heeft geoordeeld dat het eerste feit, de verkrachting van de stiefdochter op 25 november 2005, wettig en overtuigend bewezen is. Het slachtoffer heeft verklaard dat zij op die dag in haar slaap werd gestoord en met geweld tot seks werd gedwongen. De politie vond haar in een geschrokken toestand met zichtbare verwondingen. De rechtbank heeft de verklaringen van het slachtoffer als overtuigender beoordeeld dan die van de verdachte.
Ten aanzien van het tweede feit, dat betrekking had op een andere stiefdochter, heeft de rechtbank geoordeeld dat niet wettig en overtuigend bewezen is dat er sprake was van onvrijwillige seks. De rechtbank heeft vastgesteld dat het slachtoffer in het verleden vrijwillig seks met de verdachte had gehad en dat er geen duidelijke aanwijzingen waren dat er dwang was uitgeoefend.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, en heeft de vordering van de benadeelde partij afgewezen, omdat het tweede feit niet bewezen was. De rechtbank heeft ook de tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke straf gelast, omdat de verdachte zich niet aan de voorwaarden had gehouden.