ECLI:NL:RBHAA:2007:5505

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
14 november 2007
Publicatiedatum
19 juli 2023
Zaaknummer
139462 / HA ZA 07-1217
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in bodemzaak tussen SBS Broadcasting B.V. en V.H.O.D.N. [bedrijf]

Op 14 november 2007 heeft de Rechtbank Haarlem een vonnis gewezen in de bodemzaak tussen de eiseres, SBS Broadcasting B.V., en de gedaagde, V.H.O.D.N. '[bedrijf]'. De eiseres, vertegenwoordigd door procureur mr. V. Holthuizen, heeft de gedaagde gedagvaard, maar deze is niet verschenen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het gevorderde niet onrechtmatig of ongegrond is en heeft de vordering toegewezen. De rechtbank heeft de gedaagde veroordeeld tot betaling van een bedrag van EUR 48.061,36, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 1 september 2007 tot de dag van volledige betaling. Daarnaast is de gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van eiseres zijn begroot op EUR 2.019,85. De rechtbank heeft het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard, mits onder borgtocht of anderszins zekerheid wordt gesteld. De gedaagde dient deze zekerheid binnen acht dagen na het instellen van verzet of hoger beroep aan te bieden. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. N.E. Kwak.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK HAARLEM

Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 139462 / HA ZA 07-1217
Vonnis van 14 november 2007
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SBS BROADCASTING B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Amsterdam,
eiseres,
procureur mr. V. Holthuizen,
tegen
[gedaagde]; V.H.O.D.N. “[bedrijf]”,
wonende te [plaats], gemeente [gemeente],
gedaagde,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • het tegen gedaagde verleende verstek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.
1.3.
Wat betreft de vordering en de daaraan ten grondslag gelegde stellingen wordt verwezen naar de dagvaarding, die in afschrift aan dit vonnis is gehecht.

2.De beoordeling

2.1.
Het gevorderde komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal als volgt worden toegewezen.
2.2.
De rechtbank acht termen aanwezig aan de uitvoerbaarverklaring bij voorraad van dit vonnis na te melden voorwaarde te verbinden.
2.3.
Gedaagde zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van eiseres worden begroot op:
- dagvaarding EUR 70,85
- vast recht 1.055,00
- salaris procureur
894,00(1,0 punt × tarief EUR 894,00)
Totaal EUR 2.019,85

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
veroordeelt gedaagde om aan eiseres te betalen een bedrag van EUR 48.061,36 (achtenveertig duizendéénenzestig euro en zesendertig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6: 119a BW over het nog niet betaalde deel van het toegewezen bedrag vanaf 1 september 2007 tot de dag van volledige betaling,
3.2.
veroordeelt gedaagde in de proceskosten, aan de zijde van eiseres tot op heden begroot op EUR 2.019,85,
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad, mits onder borgtocht of anderszins zekerheid wordt gesteld tot een bedrag overeenkomende met de som van de hiervoor vermelde toegewezen vordering, inclusief het toegewezen bedrag aan proceskosten, welke zekerheid binnen een termijn van acht dagen na het instellen van verzet of hoger beroep dient te zijn aangeboden en binnen een gelijke termijn dient te zijn aangenomen of betwist.
Dit vonnis is gewezen door mr. N.E. Kwak en in het openbaar uitgesproken op 14 november 2007. [1]

Voetnoten

1.Conc.: 736