ECLI:NL:RBHAA:2007:AZ9750

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
1 maart 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
15/501127-06
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • J. Burg
  • M. Vos-de Greeve
  • A. Kingma
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in zaak van medeplegen van witwassen te Schiphol

In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 1 maart 2007 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van medeplegen van witwassen. De tenlastelegging betrof het verwerven, voorhanden hebben, overdragen en/of omzetten van een geldbedrag van ongeveer 600.000 euro, dat vermoedelijk afkomstig was uit een misdrijf. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. Tevens is het openbaar ministerie ontvankelijk verklaard in zijn vervolging en zijn er geen redenen voor schorsing van de vervolging geconstateerd.

Tijdens de openbare terechtzitting op 16 februari 2007 is het bewijs besproken. De rechtbank heeft geconcludeerd dat niet bewezen is dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft gepleegd. Gezien het gebrek aan bewijs heeft de rechtbank besloten om de verdachte vrij te spreken van de beschuldigingen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter mr. J. Burg en de rechters mrs. M. Vos-de Greeve en A. Kingma, in aanwezigheid van de griffier mr. Blaas. Mr. Vos-de Greeve was niet in staat om het vonnis mede te ondertekenen.

De uitspraak is gedaan in het kader van het strafrecht en betreft een belangrijke beslissing in de context van witwaspraktijken. De rechtbank heeft de zaak zorgvuldig beoordeeld en is tot de conclusie gekomen dat de verdachte niet schuldig is aan de tenlastegelegde feiten.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM
Vestiging Schiphol
SECTOR STRAFRECHT
MEERVOUDIGE STRAFKAMER
Parketnummer: 15/501127-06
Uitspraakdatum: 1 maart 2007
Tegenspraak o.g.v. artikel 279 Sv
VERKORT STRAFVONNIS (art. 138b Sv)
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 16 februari 2007 in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats].
1. Tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
zij op of omstreeks 17 augustus 2006, te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een voorwerp, te weten een geldbedrag (van ongeveer 600.000 euro), heeft/hebben verworven, voorhanden heeft/hebben gehad, heeft/hebben overgedragen en/of omgezet, althans van een voorwerp, te weten voornoemd geldbedrag, gebruik heeft/hebben gemaakt, terwijl zij verdachte en/of haar mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden, dat bovenomschreven voorwerp - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.
2. Voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
3. Bewijs
Vrijspraak
Naar het oordeel van de rechtbank is niet bewezen hetgeen verdachte ten laste is gelegd. Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
4. Beslissing
De rechtbank:
Spreekt verdachte vrij van het haar tenlastegelegde feit.
5. Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. Burg, voorzitter,
mrs. Vos-de Greeve en Kingma, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier mr. Blaas,
en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 1 maart 2007.
Mr. Vos-de Greeve is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.