ECLI:NL:RBHAA:2007:AZ9750
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- J. Burg
- M. Vos-de Greeve
- A. Kingma
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in zaak van medeplegen van witwassen te Schiphol
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 1 maart 2007 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van medeplegen van witwassen. De tenlastelegging betrof het verwerven, voorhanden hebben, overdragen en/of omzetten van een geldbedrag van ongeveer 600.000 euro, dat vermoedelijk afkomstig was uit een misdrijf. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. Tevens is het openbaar ministerie ontvankelijk verklaard in zijn vervolging en zijn er geen redenen voor schorsing van de vervolging geconstateerd.
Tijdens de openbare terechtzitting op 16 februari 2007 is het bewijs besproken. De rechtbank heeft geconcludeerd dat niet bewezen is dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft gepleegd. Gezien het gebrek aan bewijs heeft de rechtbank besloten om de verdachte vrij te spreken van de beschuldigingen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter mr. J. Burg en de rechters mrs. M. Vos-de Greeve en A. Kingma, in aanwezigheid van de griffier mr. Blaas. Mr. Vos-de Greeve was niet in staat om het vonnis mede te ondertekenen.
De uitspraak is gedaan in het kader van het strafrecht en betreft een belangrijke beslissing in de context van witwaspraktijken. De rechtbank heeft de zaak zorgvuldig beoordeeld en is tot de conclusie gekomen dat de verdachte niet schuldig is aan de tenlastegelegde feiten.