ECLI:NL:RBHAA:2007:BB0030
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.M. Visser
- Rechtspraak.nl
Ondercuratelestelling van een betrokkene met geestelijke stoornis
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Haarlem op 25 juli 2007 uitspraak gedaan over een verzoek tot ondercuratelestelling van een betrokkene, geboren in 1919 in Turkije, die lijdt aan een geestelijke stoornis. Het verzoek is ingediend door de verzoeker, die als curator is voorgesteld. De zaak is behandeld op 17 juli 2007, waarbij zowel de verzoeker als de betrokkene aanwezig waren. De kantonrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift en bijlagen, waaronder een geneeskundige verklaring van psychiater S. Gülsaçan, en een eerdere beschikking van de rechtbank Amsterdam die de zaak naar Haarlem verwees.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft op basis van artikel 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, aangezien zowel de verzoeker als de betrokkene hun woonplaats in Nederland hebben. Tevens is de kantonrechter relatief bevoegd op basis van artikel 266 van hetzelfde wetboek, omdat de werkelijke verblijfplaats van de betrokkene in Nederland is.
De kantonrechter heeft overwogen dat, hoewel de curatele volgens het klassieke Nederlandse internationaal privaatrecht beheerst wordt door de nationale wet van de betrokkene, vooruitlopend op het Verdrag inzake de internationale bescherming van volwassenen, de Nederlandse rechter zijn eigen recht dient toe te passen. Gelet op de inhoud van de stukken en het verhandelde ter zitting, heeft de kantonrechter geoordeeld dat het verzoek tot ondercuratelestelling op de juiste gronden moet worden ingewilligd. De voorgestelde curator is benoemd, aangezien er geen bezwaren tegen deze benoeming zijn geuit.
De beschikking is openbaar uitgesproken door de kantonrechter, mr. F.M. Visser, en de beslissing houdt in dat de betrokkene met ingang van de uitspraak onder curatele wordt gesteld wegens de geestelijke stoornis.