Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende betwist en/of op grond van de onweerspro¬ken inhoud van de overgelegde producties, staat tussen partij¬en het volgende vast:
a. Met ingang van 1 maart 1998 heeft [gedaagde] gehuurd van NV Stations B.V. (hierna: NS Stations) de ruimte ter grootte van 47 m² in het station te Bloemendaal, gelegen te Bloemendaal aan de Zuider Stationsweg 20.
b. De huur is aangegaan voor een periode van 2 jaar.
c. De huidige huurprijs bedraagt €1.603,77 per maand.
d. De gehuurde ruimte is uitsluitend bestemd om te worden gebruikt als paramedische praktijkruimte.
e. Van de huurovereenkomst tussen partijen maakt het volgende “Aanhangsel huurovereenkomst” deel uit:
“Verhuurder verklaart om niet voor de periode van 1 jaar, gerekend vanaf het moment van sleuteloverdracht, in huur te hebben gegeven de opslagruimte van station Bloemendaal ter grootte van 23 m², zoals op de bij dit aanhangsel behorende en door partijen gewaarmerkte tekening door rode omlijning aangegeven, uitsluitend bestemd om te worden gebruikt als opslagruimte van meubilair voor de paramedische praktijkruimte.
(…)”
f. Voorts hebben NS Stations B.V. en [gedaagde] op 21 februari 2001 de volgende “Allonge” bij de huurovereenkomst ondertekend waarbij zij het volgende zijn overeengekomen:
“(…) overeenkomst had een looptijd van twee jaar. Met ingang van 1 maart 2000 is deze overeenkomst aangegaan voor onbepaalde tijd.
Met ingang van 1 maart 2001 zullen tevens onderstaande wijzigingen doorgevoerd worden:
Het aantal m² van 47 zal uitgebreid worden tot 135,10 m² met als unitnummer 11880012.
De bijgehuurde ruimten zullen casco opgeleverd worden.
De totale huurprijs zal op jaarbasis ƒ23.000,= bedragen. De servicekosten zullen ƒ275,= per maand bedragen, hetgeen een jaartarief geeft van ƒ3.300,=.
De waarborgsom zal worden verhoogd tot een bedrag van ƒ6.500,=.
(…)”
g. Blijkens artikel 1.2 van de huurovereenkomst dient opzegging door één der partijen te geschieden bij aangetekend schrijven met bericht van ontvangst of deurwaardersexploot, waarbij huurder en verhuurder een termijn van ten minste 6 maanden in acht dienen te nemen.
h. Bij brief van 10 januari 2007 heeft [XXX], Assetmanager van NS Vastgoed het volgende aan [gedaagde] geschreven:
“(…)
Middels dit schrijven wil ik u op de hoogte brengen dat Naamloze Vennootschap Wehando te Bloemendaal eigenaar is geworden van het door u bewoonde pand.
Uw contactpersoon bij Wehando is de heer [YYY] en u zult via uw contactpersoon op de hoogte worden gebracht over de overige wijzigingen.
(…)”
i. [YYY] van Wehando heeft aan [gedaagde] met betrekking tot de gehuurde ruimte bij ongedateerde brief het volgende meegedeeld:
“(…)
Inzake: Wijziging eigenaar Station Bloemendaal
Op 13 december 2006 heeft de eigendomsoverdracht van in hoofde genoemd pand plaatsgevonden, waarbij NS Stations B.V. het pand te Bloemendaal heeft verkocht.
Voor alle commerciële, administratieve en technische beheerszaken met betrekking tot het gehuurde, kunt u zich voortaan richten tot:
Naamloze Vennootschap Wehando
Postbus 7
2060 AA Bloemendaal
Tel: 023-5272272
Wij verzoeken u vriendelijk vanaf januari 2007 de huur over te maken op rekening 51.49.97.869 ten name van Naamloze Vennootschap Wehando te Bloemendaal.
(…)”
j. Met ingang van de maand januari 2007 heeft Wehando maandelijkse facturen voor de verschuldigde huur aan [gedaagde] gezonden. Op die facturen werd het in de onder i. genoemde brief genoemde bankrekeningnummer vermeld voor de betaling van de huur.
k. Bij deurwaardersexploot van 27 februari 2007 heeft Wehando de huur opgezegd tegen 31 augustus 2007 met aanzegging van de ontruiming tegen diezelfde datum.
l. Wehando heeft [gedaagde] bij brieven van 2 maart 2007 en 12 maart 2007 aangemaand tot betaling van de huurachterstand over de maanden januari tot en met maart 2007.
m. Daarna heeft de gemachtigde van Wehando [gedaagde] bij brief van 22 maart 2007 tot betaling aangemaand.
n. Per 1 augustus 2007 bestond er een achterstand in de huurbetalingen van €5.140,11.