ECLI:NL:RBHAA:2007:BB3713
Rechtbank Haarlem
- Raadkamer
- mr. Van Dijk
- Rechtspraak.nl
Verzoek om vergoeding van kosten van deskundige in strafzaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 11 januari 2007 uitspraak gedaan in een verzoekschrift dat was ingediend door mr. A.E.M. Röttgering, namens de verzoeker. Het verzoek strekte tot toekenning van een vergoeding van € 900,00 ten laste van de Staat, ter dekking van de kosten van een deskundige. De voorzitter van de rechtbank heeft het verzoek afgewezen, omdat de vraag die in het rapport van de deskundige was beantwoord, een zeer algemene kwestie over het menselijk geheugen betrof. Er was reeds veel literatuur over dit onderwerp beschikbaar, inclusief publicaties van de deskundige zelf. Bovendien bleek uit het vonnis van de politierechter dat de rapportage niet was meegewogen in het oordeel, en dat het rapport niet had geleid tot een rechtens relevante beslissing. De deskundige had zich in zijn rapport uitgelaten over de wijze waarop getuigenverklaringen tot stand waren gekomen en hoe deze gewogen dienden te worden. De rechtbank benadrukte dat de weging van het bewijs primair aan de rechter toekomt. De procedure begon op 6 september 2006 met de indiening van het verzoekschrift, dat op 21 december 2006 in raadkamer werd behandeld. De verzoeker was in persoon aanwezig, bijgestaan door zijn advocaat, en de officier van justitie was ook aanwezig. De rechtbank concludeerde dat het verzoek niet voor inwilliging vatbaar was en wees het af.