ECLI:NL:RBHAA:2007:BB5164
Rechtbank Haarlem
- Raadkamer
- Aardenburg
- Rechtspraak.nl
Ongegrondverklaring klaagschrift inzake invordering rijbewijs na rijden onder invloed
Op 20 september 2007 heeft de enkelvoudige raadkamer van de rechtbank Haarlem het klaagschrift van klager tegen de invordering van zijn rijbewijs door de politie ongegrond verklaard. Klager was eerder op 23 augustus 2007 aangehouden op verdenking van rijden onder invloed, waarbij zijn ademalcoholgehalte 645 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht bleek te zijn. Klager was op dat moment al eerder betrokken bij een transactie om vervolging te voorkomen voor een soortgelijk feit, wat de rechtbank meeneemt in haar beoordeling.
De rechtbank oordeelt dat de invordering van het rijbewijs heeft plaatsgevonden met inachtneming van de wettelijke voorschriften. Klager is in persoon verschenen tijdens de behandeling van het klaagschrift, bijgestaan door zijn raadsman, mr. De Jager. De officier van justitie, mr. Hendriks, was ook aanwezig. De rechtbank heeft vastgesteld dat de officier van justitie in redelijkheid tot de inhouding van het rijbewijs heeft kunnen besluiten, gezien de ernst van de verdenking en het eerdere gedrag van klager.
De rechtbank heeft besloten dat, nu klager door de politierechter is veroordeeld tot een ontzegging van de rijbevoegdheid voor zes maanden, waarvan vier maanden voorwaardelijk, er geen aanleiding is om het rijbewijs terug te geven. Het klaagschrift is derhalve ongegrond verklaard, en de rechtbank heeft dit in het openbaar uitgesproken.