ECLI:NL:RBHAA:2007:BB8570
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.M. Flohil
- Rechtspraak.nl
Toewijzing hoofdverblijfplaats van minderjarigen en omgangsregeling na echtscheiding
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 16 oktober 2007 uitspraak gedaan in een geschil tussen de ouders van twee minderjarigen, [naam kind 1] en [naam kind 2]. De vader, die tijdelijk in Turkije verblijft, heeft de kinderen daar ondergebracht bij familie, terwijl de moeder in Nederland woont en het hoofdverblijf van de kinderen bij haar wenst. De rechtbank heeft vastgesteld dat de kinderen uit hun vertrouwde omgeving zijn gehaald en dat dit hen kan schaden, vooral gezien hun leeftijd en de taal- en onderwijsachterstand die zij zullen oplopen bij terugkeer naar Nederland. De rechtbank heeft de stelling van de vader dat de kinderen in Turkije goed worden behandeld, niet als voldoende argument beschouwd om hen daar te laten. De rechtbank oordeelt dat het belang van de kinderen beter gediend is met hun toevertrouwing aan de moeder in Nederland, waar zij de mogelijkheid hebben om in hun vertrouwde omgeving op te groeien.
De rechtbank heeft ook het verzoek van de moeder om eenhoofdig gezag over de kinderen afgewezen, omdat de huidige situatie te onduidelijk is en gezamenlijk gezag na het huwelijk moet worden gehandhaafd. De rechtbank heeft de Raad voor de Kinderbescherming verzocht om een onderzoek in te stellen naar de omgangsregeling tussen de vader en de kinderen, zodra de kinderen in Nederland verblijven. De behandeling van de zaak met betrekking tot de omgangsregeling en kinderalimentatie is aangehouden tot 10 april 2008, zodat de vader de gelegenheid krijgt om zijn financiële situatie inzichtelijk te maken. De rechtbank heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk effect heeft, ondanks mogelijke hoger beroep.