ECLI:NL:RBHAA:2008:BC3143
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.G. Kok
- J.E. Lurvink-Betlem
- Rechtspraak.nl
Gezamenlijk gezag voor voorhuwelijkse kinderen
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Haarlem op 29 januari 2008, is het verzoek van de man tot wijziging van het gezag over de minderjarige [kind 1] aan de orde. De man, die reeds gezamenlijk gezag heeft over de minderjarige [kind 2], verzoekt om ook gezamenlijk gezag te verkrijgen over [kind 1], die voor het huwelijk is geboren. De rechtbank heeft de procedure gestart op basis van een verzoekschrift dat op 5 september 2007 is ingediend. Tijdens de zitting op 26 november 2007 waren beide partijen aanwezig, bijgestaan door hun raadsvrouwen, en was ook de gezinsvoogdes van Bureau Jeugdzorg Noord-Holland aanwezig.
De rechtbank overweegt dat, hoewel de man en de vrouw gehuwd zijn, het gezamenlijk gezag over [kind 1] niet automatisch is ontstaan door het huwelijk, aangezien [kind 1] voor het huwelijk is geboren. De rechtbank verwijst naar de wet van 6 april 1995, die bepaalt dat ouders gezamenlijk gezag uitoefenen over hun kinderen geboren tijdens het huwelijk, maar er is geen expliciete wettelijke bepaling die dit ook voor voorkinderen regelt. De rechtbank concludeert dat de man geen belang heeft bij zijn verzoek, omdat het gezamenlijk gezag over [kind 1] niet kan worden vastgesteld op basis van de huidige wetgeving en de omstandigheden van de zaak.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank de man niet-ontvankelijk in zijn verzoek, wat betekent dat zijn verzoek om gezamenlijk gezag over [kind 1] niet wordt ingewilligd. Deze beslissing is openbaar uitgesproken ter terechtzitting van 29 januari 2008.