Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende betwist en/of op grond van de onweerspro¬ken inhoud van de overgelegde producties, alsmede op grond van de constateringen door de kantonrechter zoals gerelateerd in het proces-verbaal van de plaatsopneming, staat tussen partij¬en het volgende vast:
a. [eiser] is eigenaar van de woning aan de [adres] te [woonplaats].
b. [gedaagde] is eigenaar van de woning aan de [adres] te [woonplaats].
c. De tuin van de woning van [gedaagde] grenst aan de achterzijde aan de tuin van de woning van [eiser].
d. In de tuin van [gedaagde] bevinden zich 2 bomen, te weten: 2 Cuppresocypari Leylandii met een hoogte van ongeveer 17 meter (hierna: de twee bomen).
e. Een zeer hoog geplaatst raam van de woning van [eiser] op de eerste verdieping ziet in de richting van de tuin van [gedaagde]. De bomen nemen veel zicht vanuit dit raam weg.
f. De takken van de twee bomen hangen over ongeveer de halve tuin van de woning van [eiser] en de twee bomen nemen veel licht weg.
g. Het terras in de tuin van [eiser] is betegeld met tegels van 30 x 30 cm. Ongeveer zes rijen van zes tegels worden omhooggeduwd door de wortels van de twee bomen.
h. Bezien vanuit de tuin van [gedaagde] staan de twee bomen voor de ramen van twee van de appartementen die zich in gebouwen van drie verdiepingen bevinden rondom de woning en tuin van [gedaagde].
i. Het Onafhankelijk Boomtechnisch Advies bureau “De Linde” (hierna: O.B.T.A. de Linde) heeft op 22 november 2006 het volgende geschreven:
“De door u gestuurde boomkern van een Cupressocyparis leylandii genomen op ongeveer diameter borsthoogte is door O.B.T.A. de Linde beoordeeld op het aantal jaarringen. Het aantal jaarringen dat geteld is vanaf de kern tot aan de buitenkant bedraagt 18. Het is zeer aannemelijk dat de leeftijd van deze boom 2 tot 3 jaar ouder is. Indien de boomkern lager genomen wordt, zullen meerdere jaren zichtbaar zijn dan hoger in de boom omdat het onderste deel van de stam het oudst is en de top het jongst zijn daar meer jaarringen aanwezig. Gezien de groeisnelheid van de Cupressocyparis leylandii moet rekening worden gehouden dat dit 2 tot 3 jaar verschilt op dit hoogteniveau ten opzichte van het maaiveld.”
j. De bewoners van perceel [adres] hebben in een verklaring van 1 september 2007 het volgende verklaard:
“In 1976 zijn wij (…) in Beverwijk komen wonen.
(…)
Toen de jongelui op 24c kwamen wonen hebben ze de hele tuin opnieuw aangepland, dus ook de coniferen die er nu staan zijn zeker al 24 jaar geleden gepoot.”
k. De bewoners van perceel [adres] hebben in een verklaring van 25 september 2007 het volgende verklaard:
“(…) zijn wij sinds begin 1997 woonachtig op [adres] te Beverwijk.
Vanuit onze vorige woonsituatie weten wij dat er in de tuin van de fam. [gedaagde] rond 1993 twee coniferen met een hoogte van ca. 3 meter zijn ingeplant.
(…)”
l. IJmondGroen heeft op 25 september 2007 het volgende aan [eiser] geschreven:
“(…)
Deze bomen zijn ± 17 meter hoog (…).
(…)”
m. De vorige eigenaars van het huis en de tuin van [gedaagde] hebben op 17 oktober 2007 schriftelijk het volgende verklaard:
“Hierbij verklaren wij:
(…)
Dat wij vanaf 1981 tot 1993 het pand aan de [adres] in eigendom hadden.
Wij hebben daar in 1981 op eigen terrein een schutting geplaatst, en in maart 1982 naast de schutting, twee coniferen geplant, dit ter opluistering van onze tuin.
Toen wij het pand verkochten aan de familie [gedaagde], stonden deze bomen er nog steeds.
Dat wij laatst in de buurt waren (september 2007), hebben wij geconstateerd dat, deze twee coniferen er nog steeds staan, en dus de zelfde bomen zijn als die we in 1982 geplant hebben.
(…)”
n. O.B.T.A. de Linde heeft op 29 oktober 2007 het volgende aan [gedaagde] geschreven:
“(…)
In punt 7 wordt de jaarringanalyse die ik via BSI Bomenservice voor u heb uitgevoerd betwist. Volgens (…) worden jaarringen alleen horizontaal gevormd en niet verticaal.
Dat dit niet juist is, is te weerleggen doordat indien een boom alleen maar verticaal jaarringen zou vormen de boom geen hoogte groei zou kunnen realiseren.
(…)
Ieder jaar vormt een boom een nieuwe jaarring. Deze jaarring kan men zien als een nieuwe laag over de oude en deze groeit vanaf de top van de boom naar beneden. Bij het afzagen van een tak telt men minder jaarringen dan indien men de boom zelf doorzaagt.
Hoe lager men in de boom kijkt hoe meer ringen men aantreft omdat de boom daar het oudste is.
(…)
Het monster genomen in 2006 op diameter borsthoogte telt 18 jaarringen.
Afhankelijk van de groeisnelheid zullen er in de stamvoet meer jaarringen aanwezig zijn, 3 tot 5.
(…)”