ECLI:NL:RBHAA:2008:BD0833

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
22 april 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
141466/2007-4175
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • R.A. Otter
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gezagswijziging over minderjarige na beëindiging affectieve relatie ouders

In deze zaak heeft de rechtbank Haarlem op 22 april 2008 uitspraak gedaan over een verzoek tot wijziging van het gezag over de minderjarige [naam kind]. De vader, die de minderjarige heeft erkend, verzoekt om alleen met het gezag over [naam kind] te worden belast, terwijl de moeder bezwaar maakt tegen dit verzoek. De ouders hebben een affectieve relatie gehad die in 1998 is beëindigd, en uit deze relatie is de minderjarige geboren. De moeder is van rechtswege alleen belast met het gezag over [naam kind]. De rechtbank stelt voorop dat het in het belang van het kind is dat ouders gezamenlijk het gezag uitoefenen, ook al verloopt de communicatie tussen hen niet altijd goed. De rechtbank overweegt dat er geen aanwijzingen zijn dat de communicatie tussen de ouders zodanig is verstoord dat [naam kind] klem of verloren zal raken tussen hen. Bovendien staat [naam kind] onder toezicht van Bureau Jeugdzorg, wat betekent dat van de ouders verwacht mag worden dat zij belangrijke beslissingen in overleg nemen.

De vader heeft aangevoerd dat de moeder in februari 2007 heeft aangegeven niet langer in staat te zijn voor [naam kind] te zorgen, en dat hij sindsdien de zorg voor de minderjarige heeft. Hij wil de juridische situatie in overeenstemming brengen met de feitelijke situatie. De rechtbank oordeelt echter dat de vader onvoldoende heeft aangetoond dat de moeder niet zal meewerken aan belangrijke beslissingen over [naam kind]. De rechtbank wijst het verzoek van de vader af om alleen met het gezag te worden belast en bepaalt dat de ouders gezamenlijk het gezag over [naam kind] zullen uitoefenen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders verzochte is afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM
Sector Familie- en Jeugdrecht
gezagswijziging
zaak-/rekestnr.: 141466/2007-4175
beschikking van de enkelvoudige kamer voor familiezaken d.d. 22 april 2008
in de zaak van:
[naam man],
wonende te IJmuiden, gemeente Velsen,
hierna mede te noemen: de vader,
procureur: mr. M.Th. Maanicus,
--tegen--
[naam vrouw],
wonende te Heemskerk,
hierna mede te noemen: de moeder,
1 Verloop van de procedure
Voor het verloop van de procedure verwijst de rechtbank naar de volgende stukken:
- het op 6 december 2007 ter griffie van deze rechtbank ingekomen verzoekschrift met bijlagen van de vader;
- de brief van 20 maart 2008 met bijlage van mr. D.J. Klock;
en het verhandelde ter terechtzitting op 25 maart 2008 in aanwezigheid van de vader, bijgestaan door mr. M.J. de Klerk, namens mr. M.Th. Maanicus, de moeder en mevrouw M. Lesterhuis, namens Bureau Jeugdzorg Noord-Holland.
2 De vaststaande feiten
Uit de overgelegde stukken en het verhandelde ter terechtzitting is het volgende gebleken:
2.1 Partijen hebben een affectieve relatie gehad die in 1998 is beëindigd.
Uit deze relatie is op [datum] 1998 te [plaats] de minderjarige [naam kind] geboren. De vader heeft de minderjarige erkend. De moeder is van rechtswege alleen belast met het gezag over [naam kind].
2.2 Bij beschikking van deze rechtbank van 19 december 2006 is de minderjarige onder toezicht gesteld van Bureau jeugdzorg Noord-Holland, afdeling Jeugdbescherming, Locatie Haarlem. Deze ondertoezichtstelling is verlengd en eindigt thans op 19 december 2008.
[naam kind] verblijft sinds februari 2007 met instemming van de moeder en de gezinsvoogdijinstelling bij de vader.
3 Het verzoek en de grondslag daarvan
3.1 Het verzoek van de vader strekt tot wijziging van het gezag over voornoemde minderjarige in die zin dat hij voortaan alleen met het gezag over de minderjarige wordt belast.
3.2 De vader stelt dat de moeder in februari 2007 heeft aangegeven dat zij niet langer in staat is voor [naam kind] te zorgen en dat hij sindsdien alleen de zorg voor de minderjarige heeft.
Hij wil dat de juridische situatie in overeenstemming wordt gebracht met feitelijke situatie en stelt voorts dat het in het belang van [naam kind] is dat hij voortaan alleen met het gezag over haar is belast.
4 Het verweer
De moeder heeft ter zitting verweer gevoerd tegen het verzoek. Zij heeft er bezwaar tegen dat de vader alleen het gezag over [naam kind] uitoefent, maar heeft er geen bezwaar tegen wanneer de vader met haar het gezamenlijk gezag zullen uitoefenen.
5 Beoordeling van het verzoek
5.1 De moeder heeft ter zitting verklaard dat zij altijd in het belang van [naam kind] heeft gehandeld. Nadat de situatie rond de minderjarige in februari 2007 is geëscaleerd, heeft de zij er in overleg met de gezinsvoogd voor gekozen dat [naam kind] bij haar vader is gaan wonen in plaats van een uithuisplaatsing in een instelling. Zij stelt voorts dat zij tot de ondertoezichtstelling altijd alle beslissingen over [naam kind] alleen heeft genomen en na de ondertoezichtstelling altijd in overleg met de gezinsvoogdes. De moeder wil niet dat zij door de ontstane problemen het gezag over haar kind moet afstaan aan de vader. Zij is bereid het gezag over [naam kind] samen met de vader uit te oefenen.
5.2 De gezinsvoogdes heeft namens Bureau Jeugdzorg aangegeven dat zij met beide ouders hoort samen te werken, maar dat het overleg soms erg moeizaam verloopt. Ook indien de vader alleen met het gezag over [naam kind] zal worden belast, zal de gezinsvoogdes in gesprek blijven met beide ouders. De gezinsvoogdes kan zich niet uitlaten over de vraag of uitoefening van het eenhoofdig gezag door de vader een toegevoegde waarde voor de minderjarige heeft.
5.3 De vader wil graag alleen het gezag over [naam kind] uitoefenen zodat hij alle belangrijke beslissingen over de minderjarige alleen kan nemen zonder daarbij afhankelijk te zijn van de instemming van de moeder. Hoewel hij bereid is met de moeder te overleggen, vreest hij dat de moeder niet altijd haar medewerking zal verlenen en dat daardoor de belangen van [naam kind] worden geschaad. De vader heeft zijn verzoek ter zitting aangevuld in die zin dat hij primair verzoekt met het eenhoofdig gezag te worden belast en subsidiair dat hij samen met de moeder gezamenlijk gezag zal uitoefenen.
5.4 De rechtbank is van oordeel dat de vader onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de moeder niet zal meewerken aan belangrijke beslissingen over [naam kind]. Nu niet is betwist dat de moeder vanaf de geboorte altijd alleen de zorg voor de minderjarige heeft gehad en alleen met het gezag over de minderjarige heeft uitgeoefend, zal het primaire verzoek van de vader hem alleen met het gezag over [naam kind] te belasten worden afgewezen.
5.5 Hoewel de ouders nimmer gehuwd zijn geweest, stelt de rechtbank voorop dat als regel het belang van een kind het meest is gediend dat de ouders gezamenlijk het gezag over hun kind uitoefenen. Weliswaar verloopt de communicatie tussen de ouders niet altijd goed, maar er is niet gesteld of gebleken dat de communicatie tussen de ouders zodanig is verstoord dat [naam kind] klem of verloren zal raken tussen haar ouders. Bovendien staat [naam kind] onder toezicht, zodat van de ouders mag worden verwacht dat zij in overleg met elkaar en in samenspraak met de gezinsvoogdes alle de belangrijke beslissingen ten aanzien van [naam kind] zullen nemen.
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, zal de rechtbank bepalen dat de ouders voortaan samen het gezag over [naam kind] zullen uitoefenen.
6 Beslissing
De rechtbank:
6.1 Belast de moeder en vader voornoemd gezamenlijk met het gezag over de minderjarige:
- [naam kind], geboren op [datum] 1998 te [plaats].
6.2 Verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
6.3 Wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. R.A. Otter, tevens kinderrechter, en in het openbaar uitgesproken ter terechtzitting van 22 april 2008, in tegenwoordigheid van M.P. Joukes als griffier.