ECLI:NL:RBHAA:2008:BE9047
Rechtbank Haarlem
- Voorlopige voorziening
- G. Guinau
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake bouw Schoterbrug te Haarlem
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 20 juni 2008 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot de bouw van de Schoterbrug te Haarlem. Eiseres, vertegenwoordigd door mr. B.J. Meruma, had bezwaar gemaakt tegen de vrijstelling en bouwvergunning die door het college van burgemeester en wethouders van Haarlem was verleend. Dit besluit, genomen op 31 mei 2007, betrof de bouw van de brug, waarvoor een bouwvergunning fase I was afgegeven. Eiseres stelde dat er sprake was van spoedeisend belang, omdat de bouwwerkzaamheden al in volle gang waren en de gevolgen daarvan onomkeerbaar zouden zijn.
Tijdens de zitting op 19 mei 2008 werd aangegeven dat de voltooiing van het project gepland was voor april 2009. Eiseres vreesde dat, indien de bouwvergunning zou worden vernietigd, de brug niet in gebruik genomen kon worden voordat voldaan was aan de normen van het Besluit Luchtkwaliteit 2005. De rechtbank overwoog dat de bezwaren van eiseres niet direct betrekking hadden op de bouw zelf, maar op het gebruik van de brug. De voorzieningenrechter concludeerde dat er geen spoedeisend belang was en wees het verzoek om een voorlopige voorziening af.
De uitspraak werd gedaan zonder voorafgaande behandeling ter zitting, op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht. De rechtbank oordeelde dat er geen termen waren voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.